Posts tonen met het label brussel. Alle posts tonen
Posts tonen met het label brussel. Alle posts tonen

vrijdag 16 februari 2024

29. AMERICA LATINA. PIKANTE SOEP IN BRUSSEL

José Merced Gonzalez zit als WVA Verbondssecretaris aan de bestuurderstafel van CLAT tijdens de opening van de Arbeidersuniversiteit UTAL in San Antonio de los Altos in Venezuela in 1975. Links Victor Durán verbonden aan de UTAL. Rechts Rangel Parra, voorzitter van de Latijns Amerikaanse Federatie van Boerenbonden FCL. 


Het moest ervan komen dat ook ik op bezoek naar het buitenland zou gaan. Niet naar Latijns Amerika, dat is te duur  maar naar Brussel waar het Wereld Verbond van de Arbeid zetelt. Als lid van het WVA heeft CLAT er een eigen verbondssecretaris in de persoon van de Mexicaan José Merced Gonzalez. Ter kennismaking heeft hij CLAT Nederland gevraagd een bezoek aan hem te brengen in de WVA burelen. 

Een goed idee want de kracht van onze vereniging zijn de contacten in het continent. Het maakt ons tot een van de best geïnformeerde instellingen over Latijns Amerika. Informatie die ook nog eens komt van een van de meest kwetsbare groepen, de boeren en de arbeiders. Zij geven ons een onschatbare kijk op de sociale, politieke en economische werkelijkheid van Latijns Amerika. José zit in Europa als een spin het CLAT web.

Aangezien het volop winter is met overal sneeuw op de weg, besluit ik met het openbaar vervoer te gaan. Ik neem de sneltram naar het Centraal Station in Utrecht en om vandaar met de trein naar Brussel te reizen.

Helaas werkt het openbaar vervoer in tijden van nood niet altijd zoals gewenst. Nog maar net op weg naar Utrecht stopt de tram. Bang dat ik mijn trein in Utrecht ga missen, vraag ik meteen de trambestuurder of dit lang gaat duren. Minstens tien minuten maar het kan ook langer zijn.

Dan ga ik de trein naar Brussel missen. Ik neem snel een besluit. Ik stap uit en loop in lichte draf terug naar huis alwaar ik mijn tweedehandse Renault 4 start. Tot aan de Belgische grens bij Breda valt het met de sneeuw op de weg nog mee. Er is afdoende gestrooid. 

Eenmaal op de snelweg naar Antwerpen is het andere koek. Er ligt een dik pak sneeuw met diepe sporen aan een kant van de tweebaansweg. Ik nestel mijn autootje in het spoor. Er is gelukkig heel weinig verkeer zodat ik niet hoef in te halen of andere eventueel risicovolle manoeuvres hoef uit te halen. Ik kom heelhuids en op tijd aan in Brussel.

José leidt mij rond door de eenvoudige kantoren van het WVA, veel eenvoudiger dan ik me van een internationale organisatie had voorgesteld. De kantoren zijn ondergebracht in een oud Brussels pand, de vergane glorie van een voormalige herenhuis. Tezamen met de zware, oude en ouderwetse bureau's maakt het een bijna armoedige indruk.  Het Wereld Verbond is in ieder geval geen rijke club. 

José vraagt honderduit over de vereniging en mijn werk. Uit zijn vragen maak ik op dat hij moeite heeft om zich voor te stellen wat of wie we zijn. Waarom bestaat in Nederland een solidariteitsvereniging met uitgerekend de Latijns Amerikaanse vakbeweging? Waarom zou je lid worden van een vereniging die solidariteit organiseert ver weg van eigen haard en huis?

Hoe gaat zo een vereniging te werk en waar komt het geld vandaan? Mijn uitleg helpt hem om er iets van te snappen maar het blijft moeilijk te plaatsen. Een reden om hem uit te nodigen naar ons kantoor aan de Nieuwe Gracht zodat hij met eigen ogen kan zien wie we zijn en wat we doen.

Ter afsluiting van mijn bezoek, nodigt José me uit bij hem thuis te eten. Dat sla ik niet af. Ik ben nieuwsgierig naar zijn huis en haard. Het is bovendien een manier om de banden aan te halen. 

Zijn vrouw is hartelijk en zwijgzaam. Haar enige zorg is of ik wel tegen pikant eten kan. Met in mijn achterhoofd het zogenaamde pikante eten in Colombia, een doodgewone kaasfondue vonden ze daar al erg pikant, verzeker ik haar dat het geen probleem is.

Tot mijn verrassing eten de Mexicanen wel degelijk pikant, super pikant. Colombia is niet te vergelijken met Mexico. De opgediende soep is pikanter dan ik ooit in mijn leven heb gegeten. Ik krijg tranen in mijn ogen en begin te zweten. Mijn hoofd wordt warm. Ik drink gauw veel water en eet stukken brood waarvan er gelukkig genoeg op tafel staan. Voorovergebogen probeer ik mijn bord zo normaal mogelijk leeg te lepelen. 

woensdag 30 november 2022

81. HET KAN VRIEZEN. HET KAN DOOIEN. NEDERLAND SAFARIPARK?

De Maashorst, een natuurgebied bij Oss waar wisenten en paarden los lopen om een romantisch oer-gevoel op te roepen. Zogezegd en safaripark dicht bij huis.

 

Het schijnt dat Eurocommissaris Frans Timmermans de geestelijke vader is van het plan dat allerlei dier- en plantsoorten, ook buiten Natura 2000-gebieden, niet mogen verslechteren. Dit komt bovenop de stikstofcrisis die ons land al gedeeltelijk verlamd. Een verslechteringsverbod buiten Natura 2000 leidt tot aanvullende beperkingen en tot meer administratieve en bestuurlijke lasten. Vooral dat laatste maakt het ingewikkeld met extra ambtenaren, nieuwe procedures en vooral actie groepen die ijveren voor het behoud van hun natuur.

Het resultaat zou wel eens nog meer rechtszaken kunnen zijn, nog meer vergunningstelsels en nog meer ambtenaren. Zelfs minister Christianne van der Wal van Natuur en Stikstof (komt er ooit een Minister voor CO2?) beseft dat dit een probleem is dat het draagvlak onder natuurherstel kan ondermijnen.

Timmermans zou als Nederlander moeten beseffen dat ons land te klein is om allerlei (romantische?) natuurverlangens op los te laten. Voldoende schoon water voor mens en vis en schone lucht is al een hele opgave.

Alle Nederlandse natuur is aangelegd of in ieder geval ontstaan door menselijk handelen. Jammer voor de natuur romantici onder ons maar natuur-natuur in de zin niet door menselijk handelen aangetast, bestaat in Nederland niet. Of het nu om heide gaat, een voortuintje of een akker. Nederlandse natuur is en blijft door mensen gemaakte natuur.

Wat is natuur verslechtering in dit verband? Het moet blijven zoals het is? Wordt Nederlandse natuur vanuit Brussel "on hold" gezet? We gaan conserveren wat we hebben. Monumentenzorg van de natuur. Dat wordt inderdaad een ingewikkelde administratieve en bestuurlijke kwestie omdat daar in Nederland geen ruimte voor is, tenzij ook de bevolkingsgroei "on hold" wordt gezet.

Zo is het natuurgebied de Maashorst bij Oss een mooi voorbeeld van hoe uiteindelijk alles moet worden samengepropt in een enkel natuurgebied d.w.z. mensen die allerlei vormen van recreatie willen zoals fietsen, wandelen met of zonder hond, speeltuinen voor kinderen, paard rijden, een natuur begraafplaats enz. en voor de safari beleving een stel los lopende  paarden en wisenten of oer-ossen. Daar komen straks misschien ook nog wolven bij.

Over de bevolkingsgroei hoor ik weinig. Bevolkingspolitiek is taboe net als migratiebeleid. Aan de ene kant willen we alles houden zoals het is, aan de andere kant blijft de bevolking groeien. 

Maar mensen moeten ergens wonen en werken. De opvangcrisis van asielzoekers  en het ruimen van boeren vanwege de stikstofcrisis zijn een aanwijzing dat de ruimtelijke ordening in Nederland volledig uit de hand begint te lopen. Het gevecht om de ruimte voor wonen, werken, boeren, asielzoekers en wat al niet meer begint op stoom te komen. Daar kan nog veel heibel van komen.

(wordt vervolgd)
 

maandag 12 september 2022

WAAROM JONGE AFRIKANEN NAAR EUROPA KOMEN

 

Julietta (niet haar echte naam) poseert met haar dochter en stiefdochter op de zolderkamer in Etterbeek, Brussel (2003).

Hoe geef je je kinderen een toekomst in een land waar geen toekomst is, dat is de kwestie waar gezinshoofd Koffi voor staat. Koffi betekent in zijn moedertaal Ewe op vrijdag geboren. Togo stagneert politiek en economisch al jaren dankzij dictator Eyadéma en zijn leger. Begin jaren negentig was er zowaar een opstand van de bevolking in de vorm van een algemene staking. De EU probeerde toen eensgezind de dictator te bewegen te vertrekken en plaats te maken voor een meer democratisch regime.

Helaas wilde Franse regering niet meewerken aan het ten val brengen van Eyadéma.  Ze hebben teveel belangen in hun oud kolonie en die wilden ze niet in de waagschaal stellen voor een onzekere uitkomst van een volksopstand. Het leger getraind en bewapend door de Fransen trad onbarmhartig op tegen stakers en demonstraties. Na enkele weken moesten de stakers met hangend hoofd terug naar hun werk. Het land zat weer voor jaren op slot.

Ook toen moeder Natuur in 2005 ingreep en de oude Eyadéma stierf, veranderde er niks. Zonder veel poespas en met instemming van het parlement werd zijn zoon de nieuwe president dictator. Hij beloofde een meer democratisch bewind maar dat stelde uiteindelijk niet veel voor. Het land bleef onder toeziend oog van de jonge dictator en het leger economisch, politiek en sociaal stagneren. Armoede en werkloosheid heerste alom. Wat kon Koffi, notabene vakbondsleider daar aan veranderen? Weinig of niks. Hij kon net als de andere vakbonden wat rommelen in de marge en hopen op betere tijden.

Voor zijn kinderen duurde dat te lang. Hij besloot ze naar Europa te sturen. Dankzij zijn vakbondswerk kwam hij wel eens voor een cursus of bijeenkomst naar Europa. In de loop der jaren had hij contacten opgebouwd met de Togolese gemeenschappen in Brussel, Parijs en zelfs in Duitsland. Togo was tot aan de Eerste Wereldoorlog een Duitse kolonie geweest. Daarna kwam het in handen van de Fransen die er voor zorgden dat het Duits snel verdrongen werd door het Frans.

Dank zij zijn contacten lukte het hem een van zijn zoons in België te krijgen en de andere in Duitsland. Hij had hen geleerd hoe ze zich het beste konden gedragen om geaccepteerd te worden: niet opvallen, je best doen om je aan te passen, hard werken en zuinig zijn met je geld. In België kwam zijn Frans sprekende zoon terecht in Vlaanderen, in een supermarkt in Oostende om precies te zijn. Het lukte hem om zijn andere zoon in Duitsland te plaatsen. Die vond werk in de buurt van Aken.

Zijn dochter kwam op een geheel eigen manier terecht in Brussel. Zij raakte zwanger van een Togolees die op vakantie was. Ze trouwden en zij ging mee naar Brussel waar ze kwam te wonen op een zolder van een oud herenhuis in het centrum van Schaarbeek, een deelgemeente van Brussel. Het hele huis wordt bewoond door migranten uit alle windstreken. Op elke verdieping hoor je een andere taal. De eigenaar verdient goed aan de migranten.

Nog voordat ze bevallen is van haar dochter, krijgt ze er een dochter bij. Die is van een vorige liefde van haar man. Julietta heeft daar geen moeite mee. Ze is gewend met kinderen van verschillende moeders is een huis te wonen. Haar vader had meerdere vrouwen. De zolderkamer is naar Belgisch normen maar een armzalige woning voor een stel met twee kinderen en ook nog veel te duur. Maar daar klaagt ze niet over. De omstandigheden thuis waren een stuk slechter.

Helaas duurt het jonge geluk niet lang. Haar man drinkt en slaat haar zodat ze besluit er vandoor te gaan met haar dochter en stiefdochter. Een gewaagde sprong in een stad als Brussel. Waar moet ze wonen en waarvan moet ze leven? Ze krijgt tijdelijk onderdak bij een landgenote. Meteen ook geeft ze zich op voor een opleiding in de verpleging met bijbehorende job. Zo heeft ze meteen een inkomen, hoe klein ook.

Haar ouders zijn haar niet vergeten en zorgen via allerlei wegen dat ze vanuit Togo bevoorraad wordt met de allernoodzakelijkste dingen. Er worden zelfs verrassingspakketten bezorgd door bekenden. Haar leven is draaglijker geworden zonder slaag en bedreigingen. Haar broers doen het nog beter. Die hebben een gezin gesticht met kinderen en al. Aldus bouwt een nieuwe generatie Afrikanen in Europa een toekomst op.

 

maandag 16 augustus 2021

NEDERLAND-VLAANDEREN

 

Sint Jozef, een kerkdorp in Vlaams Brabant (foto 2010)

Bart de Wever, burgemeester van Antwerpen en voorzitter van de grootste partij van Vlaanderen, heeft onlangs te kennen gegeven in een interview op de TV dat hij met Nederland een confederatie zou willen vormen. Een droom misschien maar waarom zou je niet mogen dromen dat wat eens bij elkaar hoorde weer tot elkaar zou kunnen komen?

In beide landsdelen wordt wanneer dit soort zaken ter tafel komen altijd lacherig gedaan. De Vlamingen zien de Nederlanders als een onbehouwen, zuinig karnemelk drinkende en kroket etend volk dat zo zelfverzekerd als ze zijn toch telkens weer de deksel op zijn neus krijgt. De Gouden Eeuw is al lang voorbij en van het ooit zo machtige koloniale imperium is weinig meer over maar ze gedragen zich nog steeds of de wereld van hen is.

Omgekeerd kijken Nederlanders wat vertederd neer op de Vlamingen die zo leuk ouderwets Nederlandse woorden gebruiken in hun sappige taaltje, een rommeltje maken van hun openbare ruimte met in onze ogen soms lachwekkende huizenbouw (of onze wijken zo gezellig zijn)  en het onbegrijpelijk  politiek geharrewar tussen Brussel, Walen en Vlamingen. Nederlanders nemen Vlamingen zelden serieus hoewel we sinds de Tweede Wereld Oorlog geen grenzen meer hebben tussen onze landsdelen.

Het wordt tijd dat de Vlamingen niet langer hun neus ophalen voor onze boterhammen met melk en wij Nederlanders ophouden ons superieur te voelen op basis van het verleden en in plaats daarvan eens gaan kijken of meer samenwerking in welke vorm dan ook niet meer hout snijdt voor Vlamingen en Nederlanders.

Binnen de EU zouden we samen met 6 miljoen Vlamingen een bevolking van ongeveer 24 miljoen inwoners hebben, waardoor we een Europese middenmotor zouden zijn en daarmee in de EU meer gewicht in de schaal zouden leggen voor onze gezamenlijke economische belangen. Economisch zouden we tot de zes zwaargewichten van de EU behoren. Reken daarbij de twee wereldhavens Rotterdam en Antwerpen, de luchthavens Schiphol en Zaventem en de treinverbindingen met de hoofdsteden van Europa via Brussel. 

De stad Brussel ligt aanzienlijk gunstiger voor verbindingen over land met Europese hoofdsteden als Parijs, Londen en Berlijn dan Amsterdam. Ruimtelijk samenwerking zou ten goede kunnen komen aan de landbouw en voor de energietransitie. Kortom er zijn genoeg argumenten om de samenwerking tussen Vlaanderen en Nederland te versterken.
 

maandag 9 maart 2020

VLAANDEREN 1

2005





2004



2004


 
Brussel 2001


2005

vrijdag 31 augustus 2018

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 53



 Londerzeel, Vlaams Brabant 2005

De Vlamingen besluiten na de staatshervorming van 1980 waarbij gewesten en gemeenschappen werden ingesteld, Het Vlaams Gewest en de Vlaamse Gemeenschap samen te voegen in wat je de natie-staat Vlaanderen kunt noemen. Vlaanderen is daarmee sinds de Tachtigjarige oorlog een min of meer zelfstandig land geworden. Het beschikt voortaan over een eigen regering met aan het hoofd een premier en een parlement. 

Tevens wordt met deze maatregel een toekomstig onafhankelijke Vlaanderen in de steigers gezet. De dubbele nationaliteit - Vlaming en Belg te zijn - wordt met deze staatshervorming geformaliseerd. Het is de eerste stap op weg naar zelfbestemming met een eigen taal en eigen cultuur, een stap uit de eenzaamheid. De Vlaming heeft voortaan een land dat zijn thuis is, waar zijn taal wordt gesproken en zijn cultuur beleefd maar hij heeft nog wel een Belgisch paspoort.


Het zelfvertrouwen onder de Vlamingen is zo groot dat ze besluiten hun regering en parlement te vestigen in het tweetalige Brussel, de voormalige hoofdstad van het hertogdom Brabant, de Zeventien Provinciën, de Zuidelijke Nederlanden en samen met Amsterdam van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, en niet in een van de roemrijke oude Vlaamse steden als Mechelen (tijdens het bewind van Margaretha van Oostenrijk de bestuurlijke hoofdstad van de Nederlanden), Leuven, Gent, Kortrijk of Antwerpen. 


Je zou denken dat ook de Franstaligen Brussel tot hun hoofdstad maken, maar het Waalse Gewest valt niet samen met de Franstalige Gemeenschap. De Franstalige Gemeenschap is over twee Gewesten: het Waalse Gewest (waaronder ook het gebiedsdeel van de Duitstalige Gemeenschap valt) en het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest. Het Waalse Gewest is eveneens verdeeld. Het beslaat ook het grondgebied van de Duitstalige Gemeenschap in de Oost Kantons van België. Na onderling geharrewar in met name de machtige socialistische partij (PS) met zijn partijbaronnen in Luik en Charleroi wordt de provinciestad Namen de hoofdstad van het Waalse Gewest.


Nog geen tien jaar later volgt de 3e staatshervorming (1988-1989) waarbij de bevoegdheid van de gemeenschappen nog eens worden uitgebreid naar het hele onderwijs, samen met die van het Arbitragehof, dat de mogelijkheid krijgt om de wetten en decreten te toetsen aan art.10 (gelijkheidsbeginsel), 11 (discriminatieverbod) en 24 (vrijheid van onderwijs) van de Belgische Grondwet. Daarnaast volgt een akkoord over de inrichting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.


(verschijnt elke vrijdag)

vrijdag 17 november 2017

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 13

Moslima met kind, Brussel metro, 2009


Men beweert dat integratie van nieuwkomers versneld kan worden met behulp van taal - en burgerschap - cursussen. Dat kan een beetje helpen maar nooit veel. Je verandert een mens zijn identiteit, zijn geloofsovertuiging zo maar niet. Mensen en hun gedachten kun je niet kneden als wassen poppen. Je moet ook nog uitkijken dat het niet een soort heropvoeding wordt want daarmee je doe je de vrijheid en waardigheid van mensen geweld aan. 

Migranten hebben hun identiteit nu eenmaal opgebouwd in een heel andere leefwereld, met een eigen cultuur, taal, geloofsovertuiging, gebruiken, sociale verhoudingen enz.  Oorlogsvluchtelingen moeten de habitat waarin zij dit alles hebben opgebouwd ook nog eens van de ene dag op de andere verlaten. Ze worden met geweld ontworteld en moeten dan vervolgens wortel proberen te schieten in een ander land met een heel andere taal en cultuur. Niets is dan meer vanzelfsprekend, je taal niet, je geloof niet en je gebruiken niet. Moslim vluchtelingen naar een Europees land hebben daarbij een extra handicap. De doorsnee Europese cultuur is christelijk en seculier en dat staat ver af van de gebruikelijke Moslim cultuur. De verschillen die overbrugd moeten  worden, worden onderschat door beide kanten.

Vluchtelingen komen blijvend in een spagaat tussen hun eigen cultuur en die van hun nieuwe land. Ze horen voortaan thuis in twee culturen - twee landen vaak - maar nooit helemaal. De migrant die blijft, ontdekt zijn moeizame verhouding met zijn nieuwe land en het wantrouwen waar hij tegen aanloopt. De migrant die terugkeert, ontdekt dat zijn voormalige landgenoten ook niet op hem of haar zit te wachten. Zelfs na jaren weet je als migrant niet voor welke voetbalploeg je moet zijn, die van je oude of die van je nieuwe thuisland? De meesten maken er maar het beste van. 

(verschijnt elke vrijdag)

vrijdag 10 november 2017

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 12

Metro Brussel 2009
De moslims uit Marokko, Turkije en andere landen zullen hoe dan ook in Brussel blijven. 

Zoals overal in de wereld, gaan migranten uit hetzelfde land het liefste bij elkaar wonen. Dat is zo over de hele wereld. In Afrikaanse hoofdsteden en elders in de wereld bestaan wijken met alleen Belgen, Amerikanen en Nederlanders. Bijna alle grote wereldsteden hebben een Chinese wijk, een Italiaanse wijk, een Joodse wijk enz.

Met moslims uit Turkije en Marokko, naar Brussel gehaald als gastarbeiders, is het niet anders. Een van de bekendste moslim wijken van Brussel is Sint-Jans-Molenbeek, kortweg Molenbeek, een aparte gemeente in het Hoofdstedelijk Gewest Brussel. De gemeente Molenbeek telt bijna 100.000 inwoners. 

Het is tragisch voor de vreedzame moslims in Molenbeek maar hun gemeente wordt als gevolg van een reeks aanslagen in Parijs en Brussel sinds kort beschouwd als een centrum van internationaal terrorisme.

Na de aanslagen in Parijs van november 2015 kwam Molenbeek in het nieuws omdat er opvallend vaak een link zou zijn tussen Molenbeek en islamitische terreurdaden. Zeker drie van de acht daders van de aanslagen in Parijs woonden er en Salah Abdeslam werd samen met verscheidene handlangers gearresteerd in Molenbeek na zich vier maanden schuilgehouden te hebben. Daarnaast verbleef ook Ayoub El Khazzani, de schutter in de Thalys op 21 augustus 2015, in Molenbeek net als Mehdi Nemmouche, de vermoedelijke dader van de aanslag op het Joods Museum in Brussel in 2014. Een van de beramers van de aanslagen in Madrid in 2004 kwam eveneens uit Sint-Jans-Molenbeek. Molenbeek is ook een gemeente met een hoog aantal Syriëstrijders.” (Wikipedia) 

Tot overmaat van ramp worden de zelfmoordaanslagen in Parijs in 2016 gevolgd door bloedige zelfmoordaanslagen in de vertrekhal van vliegveld Zaventem en de Brusselse metro ter hoogte van station Maalbeek. Bij deze aanslagen vallen 35 doden en honderden gewonden. 

Natuurlijk kon niemand voorzien dat de onderlinge strijd in het Midden en Verre Oosten zich ooit nog eens langs netwerken van terreur zou verplaatsten naar Brussel en elders in Europa. Maar misschien had het geholpen als men minder onverschillig was geweest voor het feit dat gastarbeiders niet alleen koopwaar van over de grens zijn maar mensen met een eigen taal, cultuur, geloofsbeleving en geestelijke bagage. 


Hoe het nu verder moet met de moslims in Europa, weet eigenlijk niemand. Sommige extreem radicale politieke partijen koesteren de illusie dat de moslims verwijderd moeten worden uit ons midden. Eeen gevaarlijke gedachte die in de Tweede Wereld Oorlog bijna tot uitroeiing van de Europese Joden heeft geleid. Anderen menen dat ze aangepast kunnen worden, geïntegreerd met behulp van allerlei projecten en instellingen. Weer anderen denken dat het een kwestie van tijd zal zijn en dat we er ondertussen maar het beste van moeten maken. 

(verschijnt elke vrijdag)

vrijdag 3 november 2017

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 11

Brussel Metro 2010

Een ander paar mouwen zijn de “gastarbeiders” . In de jaren zestig van de vorige eeuw zijn Turken en Marokkanen als “gastarbeiders” naar België gehaald om het tekort aan arbeiders zo goedkoop mogelijk op te vangen. Dat vond toen iedereen een goed idee. De gastarbeider als migrant betaald met zijn loon, koopwaar van over de grens. Hun voorgangers waren de Italianen die na de Tweede Wereldoorlog in Belgische mijnen kwamen te werken.

Nu bijna 50 jaar later klinkt het als krankzinnig maar toen leek de komst van Turken en Marokkanen een mooie oplossing voor de armoede ginds en het tekort aan goedkope arbeidskrachten hier. Een win-win situatie. De arme Mohammed komt naar de fabriek, in plaats van dat de fabriek naar de arme Mohammed gaat. Gastarbeid als een vorm van ontwikkelingssamenwerking. Het moet gezegd worden, het koloniale Europa is altijd goed geweest in het bedenken van oplossingen voor zijn problemen.

Maar misschien ook wel tot zijn eigen verbazing gaat gastarbeider Mohammed niet meer terug naar zijn huis en haard ginder ver weg. België wordt zijn thuisland. Zoals elke werkende Belg had hij sociale en pensioen rechten opgebouwd. Aanpassen aan de Belgische cultuur zou als vanzelf gaan, dacht de rest van het land toen nog. Een kwestie van tijd. 

Maar Mohammed is niet alleen koopwaar, hij is ook nog een mens  en mensen geven hun cultuur en identiteit niet zo maar op. Dat kan  ook niet want het opgeven van je identiteit betekent verlies van je ziel, van je hele geestelijke hebben en houwen met taal en al en dat wil niemand. Je wilt geestelijk gesproken niet in een woestijn terecht komen zonder enig houvast en richting, zonder dat je nog weet wie je bent. 

Dat men dit in België niet heeft zien aankomen is merkwaardig. Als grensland tussen twee Europese culturen worstelt België al eeuwen met dit dilemma. Wie past zich aan aan wie? Enerzijds is daar de zuidelijk georiënteerde Franse cultuur waartoe de Walen zich rekenen, anderzijds de Noordelijk georiënteerde Nederlandse cultuur waartoe de Vlamingen zich rekenen, zij het vanuit een haat-liefde verhouding. 

De (politieke) spanningen tussen de twee gemeenschappen met elk hun eigen taal en cultuur zijn tot de dag van vandaag soms te snijden. Brussel heeft tussen de twee de rol van twistappel. We mogen nog van geluk spreken dat het hier gaat om twee Europese culturen die verbonden zijn in een Europese geschiedenis vanaf de Grieks-Romeinse tijd, het Christendom en de Verlichting.

(verschijnt elke vrijdag)

vrijdag 27 oktober 2017

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 10

G. met haar dochter op een zolderkamer in Schaarbeek waar ze een veel te hoge huur
moeten betalen. Toch wil ze niet terug naar haar geboorteland Togo want daar
heeft ze helemaal geen toekomst. (Foto: 2004)

Als ik haar vader elders ontmoet geeft hij me een tas met allerlei spullen die haar moeder uit Togo heeft meegegeven. Haar moeder is erg bezorgd over haar en haar kind. Vanwege haar kind werkt G. niet dus moet het gezin het doen van het geld dat haar man verdient. Ze klaagt niet. Ze wacht met de twee kinderen op de toekomst. 

Die komt niet. Haar man slaat haar geregeld en houdt haar kort op de zolderkamer. Ze zit eenzaam met de twee kinderen opgesloten op de zolder. Ze heeft de moed om te vertrekken en gaat met de twee kinderen apart wonen in een nog kleinere kamer in een andere buurt. Ze vindt in Brussel een baan waarin ze een opleiding kan krijgen en tegelijk kan werken in de verpleging.

Zijn zoon E. werkt in een supermarkt in Oostende. Het werk bevalt hem prima. Ik zie dat hij keurige manieren heeft als hij ons bij gelegenheid bezoekt. Net als zijn vader, ernstig en fatsoenlijk. Zijn kinderen zijn netjes opgevoed. Op advies van zijn vader is hij buiten Brussel gaan werken. In Brussel is het moeilijker om werk te vinden dan in Vlaanderen.

Hij is er trots op dat hij Vlaams leert spreken. Zo te horen spreekt hij de taal al beter dan ik gewend ben van veel Franstaligen in Brussel. In Togo is hij met twee moedertalen opgegroeid, zijn moedertaal Ewe die gesproken wordt in Togo en Ghana en de koloniale taal Frans. Een paar jaar later kan zijn gezin naar België komen. Zijn broer in Duitsland vergaat het op dezelfde manier. Vader kan tevreden zijn. Hij is er in geslaagd zijn kinderen een toekomst te geven in Brussel, Vlaanderen en Duitsland. 

Wie wil weten waarom Afrikaanse jongeren naar Europa komen, moet met de ogen van die jongeren kijken. Terwijl Afrika door oorlogen en conflicten, corruptie en diefstal enz. maar niet vooruit gaat, is Europa, ondanks alle crisissen en problemen, een oase van stabiliteit, welvaart en welzijn waar je altijd wel werk kunt vinden en dat een gevarieerd pakket aan sociale voorzieningen heeft: gezondheidszorg , goed onderwijs, sociale woningen enz.


Afrika is het continent van de wanhoop. Europa is een continent met toekomst. Als je wat wil maken van je leven, kun je maar het beste maken dat je weg komt uit Afrika. De moeilijkheden onderweg neem je op de koop toe. Die zijn nooit groter dan thuis. Zo kruipt gaandeweg Afrika langzaam maar zeker in de poriën van Europa zoals Europa ooit in de poriën van Afrika is gekropen.

(verschijnt elke vrijdag)


vrijdag 20 oktober 2017

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 9

De in Nederland geboren Jonathan die samen met zijn Congolese vader in België
bij de Post werkt.Jonathan is nooit in Congo geweest.
Hij woont het liefst in Nederland. (foto: december 2015)

Je ziet steeds meer Afrikanen, niet alleen in Brussel maar ook in de rest van Vlaanderen. Ik zie ze de laatste tien jaar vaker in mijn dorp. Een man en vrouw bij een bushalte op zoek naar werk. Een in Nederland geboren postbode met een Congolese vader die ook in België werkt. Hij is meteen het levende bewijs dat migranten verder kijken dan alleen België. Zij denken Europees en dat terwijl de Europeanen zelf de laatste tijd zich steeds meer achter hun eigen grenzen willen verschuilen.

Ik kom mannen en vrouwen tegen op de fiets, lopend achter een kinderwagen of met kinderen en tassen. Een Ghanese vrouw, al enkele jaren getrouwd met een dorpeling, vertelt dat ze de nieuwkomers helpt om de eerste moeilijkheden te overwinnen. Het moest er van komen. België - en in het verlengde daarvan Europa- is rijk en Afrika is arm. Dat vraagt om migratie van arm naar rijk, zeker in een wereld die kleiner is geworden door de TV, de slimme telefoon en de reismogelijkheden. De economische vluchteling uit Afrika is een feit. 

Nu al meer dan tien jaar geleden vertelt mij een collega uit Togo dat hij zijn dochter en twee zoons naar Europa heeft gestuurd. Want - zo zei hij - ze kunnen een nog zo goede opleiding hebben, er is geen werk in Togo en dus ook geen toekomst. Zijn dochter leer ik kennen toen ze net getrouwd was met een Togolees die als onderwijzer werkt in Brussel. Ze woont op de zolder van een oud groot herenhuis in Schaarbeek. 

Het slecht onderhouden huis met drie verdiepingen en een zolder  zit barstens vol migranten. Ik hoor bij het trappen lopen naar boven op elke verdieping weer een andere taal. Eenmaal boven tref ik dochter G. aan met twee kinderen, haar eigen dochtertje en een meisje uit het vorige huwelijk van haar man. 

Haar zolderkamer is zo klein dat je er nauwelijks bewegen kunt. Met hulp van kleden en doeken is de zolder ingedeeld in een woonkamer met koelkast, een slaapkamer en een keuken. De huur van de zolderkamer is buitengewoon hoog in verhouding tot hun inkomen. Opgeteld met de huur van de andere verdiepingen moet de huiseigenaar bezig zijn met rijk worden. Het is altijd hetzelfde liedje.

(verschijnt elke vrijdag)

vrijdag 13 oktober 2017

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 8

Twee Congolese zegslieden tijdens een demonstratie voor de bevrijding van Arman Tugulu
bij afgezette straat met de Congoleseambassade. Oktober 2010

In een gesprek met een Congolese demonstrant in Brussel vraag ik hem in ook zijn taal Frans waarom hij eigenlijk in Brussel woont en niet in Kinshasa? Niet dat ik niet weet dat Kinshasa een ramp is van misère, verval en chaos waar je beter niet kunt wonen. Ik heb het verschillende keren met eigen ogen gezien. Maar toch, naar Brussel komen is ook weer zoiets. Niet voor hem, voor hem is Brussel een oude bekende waar hij als voormalig gekoloniseerde met net zoveel recht mag wonen als de Brusselaar. 

Daar staan we dan. Kinshasa en Brussel, Congo en België hebben een gedeelde geschiedenis, of we dat nu leuk vinden of niet. En laten we eerlijk zijn, wij zijn er mee begonnen. Ontdekkingsreizigers zijn onze helden. Ik heb hem maar niet gevraagd of hij zijn Brussels woonrecht ziet als een vorm van herstelbetaling voor de koloniale uitbuiting en onderdrukking, maar het zou me niks verbazen.

Aan zo een gedeelde geschiedenis kun je niet zomaar een einde maken, ook niet nadat het land onafhankelijk is geworden. De gedeelde geschiedenis blijft. België met Congo, Nederland met Suriname en ook nog steeds Indonesië. Alles wat in de vroegere kolonie gebeurt, heeft zijn weerslag in het vroegere moederland en andersom zelfs met terugwerkende kracht.

We beginnen ons te schamen voor ons koloniale verleden. Onze helden vallen van hun voetstuk want onrecht blijft onrecht, ook al is het lang geleden. Kinshasa en Brussel zijn ondanks de onafhankelijkheid van het voormalige Congo, communicerende vaten gebleven. Daar onderdrukking en verzet, dan hier in Brussel demonstraties en verzet. De politie mag met hekken de straat met de Congolese ambassade afsluiten om erger te voorkomen, het verandert niets aan de gevoelens van de Congolezen. Die gevoelens zijn en blijven in Brussel. Ze horen voortaan bij de stad.

(verschijnt elke vrijdag)

vrijdag 6 oktober 2017

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 7

Metro halte Beekkant (2009)

Brussel heeft niet alleen veel bestuurslagen, het heeft ook wijken met geheel verschillende culturen, wijken waar groepen migranten zich concentreren. De grootste groepen migranten in Brussel zijn de Congolezen uit voormalig Belgisch Congo en de Marokkaanse en Turkse gastarbeiders uit de jaren 1960 gevolgd door gezinshereniging. (cijfers 2015 te vinden in Wikipedia).  

Ik vermoed dat het aandeel van migranten op de totale Brusselse bevolking in 2 jaar tijd als gevolg van de vluchtelingencrisis groter is geworden. Hoe dan ook, wie met de Metro reist, kan met eigen ogen zien hoe divers de Brusselse bevolking in de loop der jaren is geworden. De Congolese wijk Matonge (ook wel "klein Zaïre" genoemd), is sinds enige tijd een metro-halte geworden in combinatie met de halte Naamse Poort. Het kan je overkomen dat je op een gegeven moment verbaasd vaststelt dat je als blanke de enige bent in een metro coupé. De talen die je links en rechts hoort zijn soms zelfs voor een ervaren wereldreiziger moeilijk te plaatsen. 

Brussel is geen metropool met miljoenen inwoners maar wel een wereldstad zoals Parijs, Londen en Amsterdam, ook hoofdsteden van voormalige koloniale rijken. Ook zij hebben uitgebreide wijken met migranten uit hun voormalige koloniën. En zoals in al die steden houden de migranten contact met hun verwanten daar en voeling met de ontwikkelingen in hun land, in het geval van de Congolezen zeker ook als het om de rol van België in hun land gaat. Het koloniale verleden mag dan voor de gemiddelde Brusselaar of Belg een afgesloten hoofdstuk zijn, voor de Congolezen is dat nog lang niet het geval.

Dit schilderij verdient enige uitleg.

Ik heb het op een werkreis gekocht in Kinshasa op een markt voor souvenirs.
Eenmaal thuis heb ik het enigszins veranderd. De naam van de Congolese
schilder is vermoedelijk ALPHA zoals je rechtsonder kunt zien.
De bedoeling van de bewerking is om duidelijk te maken dat
er in Congo nog wel andere avonturiers geweest zijn dan Tintin.

Het doek is geknipt uit een baal suiker en vast gemaakt op een zelf
gemaakte houten lijst. De afmeting is 38 x 45 cm

(verschijnt elke vrijdag)

vrijdag 29 september 2017

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 6

Brussel, september 2015

Door de verschrikkelijke aanslagen door terroristen van Islamitische Staat in Parijs en Brussel kwamen de bestuursstructuur en cultuur van Brussel internationaal ter sprake. Een aantal daders bleek uit een en de zelfde Brusselse wijk te komen. Was Molenbeek een broeinest van Islamitisch radicalisme geworden? Zo een vaart liep het gelukkig ook weer niet maar de regering sprak ondertussen toch wel over het opkuisen van de wijk. Wijkbewoners reageerden geschokt voor TV. De vraag of er een verband zou kunnen bestaan tussen Islamitische leer, migratie en deze aanslagplegers bleef ook nu in het publieke debat buiten schot. 

De vraag of de bestuurlijke structuren geen sta-in-de-weg zijn voor een effectieve bestrijding van terreur, kwam daarentegen wel aan de orde.  Brussel bestaat namelijk uit maar liefst 19 gemeenten en 6 politiediensten. Elke gemeente heeft zijn eigen burgemeester met zijn kabinet, zijn gemeenteraad en ambtenaren. Daarboven staat dan nog eens de regering van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest met een heuse president, een kabinet van ministers en een parlement en daarboven dan natuurlijk de federale regering van België. De kwestie is of met zo een wirwar van bestuurslagen nog een fatsoenlijk anti-terreur beleid kan worden uitgevoerd. Daarnaast vragen veel burgers zich af wat dit allemaal kost aan salarissen, gebouwen, uitrusting en voorzieningen, aan vergadertijd, bureaucratische verwikkelingen, competentiestrijd enz. De burgermeesters vonden het in ieder geval geen enkel probleem. Er wordt prima gecoördineerd en samengewerkt aldus de burgervaders. 


Met zo een loodzwaar en omvangrijk bestuur is het niet zo gek dat Brussel ook een chronisch gebrek aan geld heeft. Sommige wijken zijn vervallen bij gebrek aan onderhoud en door speculatie van huizen en grondbezitters. Hoe gebrekkig het onderhoud is, bleek onlangs toen in autotunnels uit de jaren vijftig van de vorige eeuw  brokstukken beton waren gevallen. Er wordt veel geïmproviseerd en wel zo lang dat het als vanzelf permanent wordt. Je weet niet meer beter of het hoort zo. Er zijn wijken die de indruk geven dat je niet een Derde Wereld stad rond loopt en dan bedoel ik niet alleen wijken met migranten.

(verschijnt elke vrijdag)

vrijdag 22 september 2017

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 5


Sinds de opdeling van België in een Vlaams en Waals landsdeel, is Brussel een twee snijdend zwaard voor de beide landsdelen en taalgemeenschappen. De tweetalige stad met een Franstalige meerderheid verdeelt de beide gemeenschappen maar dwingt ze ook tot samenwerking. Geen van beide gemeenschappen is bereid Brussel af te staan aan de ander. Voor de Walen is en blijft Brussel de hoofdstad van een verenigd België. Zonder dat Verenigde België kan Wallonië niet overleven. Voor de Vlamingen is Brussel dan weer hun oude hoofdstad, banier in hun strijd voor onafhankelijkheid of in ieder geval meer autonomie binnen een confederatie.  Brussel is een Europees Jeruzalem waar Vlamingen en Walen om strijden maar ook tot elkaar veroordeelt. 

Ondertussen zet de Franstalige politiek alle middelen in ter voorkoming van verdere (con)federalisering van België.  Ze gebruiken daarvoor alles wat ze binnen hun politieke bereik vinden, het koningshuis, het Franse kapitaal en wettige procedures die eigenlijk bedoeld zijn ter bescherming van de Franstalige minderheid tegenover de Vlaamse meerderheid (plus minus 3:5).

België is daardoor een land geworden van langdurige, onvoorspelbare en voor de burger ondoorzichtige procedures die op hun beurt tot even ondoorzichtige en onbegrijpelijke afspraken leiden. De Belgische politiek als eeuwige puzzel voor de burger. Structureel en procedureel wordt België met veel houtje-touwtje werk bij elkaar gehouden. Het gevolg is dat de eenvoudige democratische meerderheidsregels die in een normaal democratisch land dienen om tot besluitvorming te komen in België niet of slecht werken. Tijdens crisissen en die zijn er voortdurend, bedisselt de top van de politieke partijen onderling de oplossing. Het parlement staat bijgevolg grotendeels buitenspel. Je ziet daarom op TV zelden een interview met een parlementslid.

(verschijnt elke vrijdag)

vrijdag 15 september 2017

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 4

In plaats dat Brussel een tweede Parijs werd, is de Grande Madame 
 een Madame van vergane glorie geworden.
Foto: Het Warande,  Koninklijk Park of Park van Brussel
(Parc de Bruxelles of Parc de Warande)

Waarom zetelen Waalse regering en parlement in Namen in plaats van Luik, een stad met meer inwoners, geschiedenis en aanzien dan Namen? Ligt Luik misschien te dicht bij de Nederlandse grens en bijgevolg de Nederlandse taal? Per slot van rekening is in de Voerstreek, de streek tussen Luik en Maastricht, jarenlang een felle taalstrijd gevoerd onder leiding van de beruchte Franstalige burgemeester José Happart. 

Ondanks afspraken over de taalgrens in 1963 waardoor in Voeren het Vlaams de officiële voertaal werd, probeerde Happart met arrogante provocaties het Frans als bestuurstaal voor de Voerstreek te behouden. Zijn acties waren olie op het nationalistische voer van indertijd het Vlaams Blok. Dat op zijn beurt werd beschouwd als bewijs dat Vlamingen een kortzichtig nationalistisch volk of nog erger is. 


Wat ook wordt beweerd, is dat Namen als regerings- en parlementszetel van Wallonië het resultaat zou zijn van een compromis tussen de baronieën (de plaatselijke partijklieken) van de Waalse socialistische partij (Parti Socialiste PS). Luik zou alleen gestaan hebben tegenover Namen en Charleroi, een andere belangrijk socialistisch bastion. De PS is als grootste partij in Wallonië het centrum van fel verzet tegen een verdere opdeling van het federale België. Ze zijn daarvoor zelfs koningsgezind geworden.

(verschijnt elke vrijdag)

vrijdag 8 september 2017

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 3

Café Du Parc, Brussel, september 2015

Je denkt in alle politieke onschuld dat de Franstaligen, die Brussel na de afscheiding van Nederland in 1832 drastisch verfranst hebben, de kroon op hun werk zetten met de vestiging van Waalse parlement in Brussel. Wonderlijk genoeg is dat niet gebeurd. Het Waalse parlement zetelt in de zo goed als onbekende stad Namen. 

Hoe komt dat zo? Waarom zien de Franstaligen net als de Vlamingen de stad Brussel ook niet als hun politiek-bestuurlijke hoofdstad? Is dat alsnog uit respect voor het laatste restje Vlaams in Brussel? Of wat ook kan, zien de Franstalige Brusselaars de Walen liever niet in hun binnenstad? Of andersom, zien de Walen het niet zitten met Brussel met zijn facade van Grande Dame waarachter veel armoede schuilt? Of is het uit politieke berekening? Met Brussel als zelfstandig Gewest zijn er in het federale België immers twee Franstalige Gewesten. Het overwegend Franstalige Brussel en het geheel Franstalige Wallonië. Twee is meer dan een en dat kan in de toekomst politiek strategisch van belang zijn.


Het gerucht wil dat Wallonië niet wil opdraaien voor de hoge sociale kosten en de dure infrastructuur van de Grande Dame. Als forenzenstad van Vlamingen én Walen, de wegen naar Brussel zitten tegenwoordiger nog voller dan die in de Nederlandse Randstad,  loopt Brussel veel belastinggeld mis. De kosten voor de hoofdstedelijk infrastructuur en de sociale programma’s zijn erg hoog door het hoge aantal werklozen (ongeveer 17%) en de vele migranten. Het kan natuurlijk ook dat Vlaanderen betaalt aan Wallonië om uit Brussel weg te blijven. Over de bestuurlijke kosten zullen we het nog maar niet hebben.


(verschijnt elke vrijdag)