Posts tonen met het label vietnam oorlog. Alle posts tonen
Posts tonen met het label vietnam oorlog. Alle posts tonen

maandag 24 juli 2023

DE BLINDE WANHOOP VAN EXTINCTION REBELLION

 

Extinction Rebellen in actie. Foto: website Extinction Rebellion Nederland

Als ik de foto’s op de website van Extinction Rebellion Nederland bekijk en de “Declaration of Rebellion” lees dan hebben we te maken met een nieuw soort hippiebeweging waarbij het “make love not war “ van de jaren zestig van de vorige eeuw is vervangen door  “for love of the planet”.

Voor de hippies waren de Vietnam oorlog, de Koude Oorlog en de Atoombom een bedreiging van het voortbestaan van mensheid en planeet. Langs de weg van het eigen kleine geluk met seks, drugs en muziek ontvluchtten zij de wereld.

Volgens Extinction Rebellion zijn niet de atoombom of een wereldoorlog het grootste gevaar voor mensheid en planeet maar de klimaatcrisis.

“Honderden jaren van uitbuiting en vernietiging hebben ons op de rand van uitsterven gebracht. Mensen over de hele planeet verliezen hun manier van leven, hun omgeving en hun leven. We hebben nog maar een paar jaar om de ergste gevolgen van de klimaatcrisis af te wenden, als we niet al te laat zijn. De zesde massale uitsterving is begonnen. Wat we de komende jaren gaan doen, zal de toekomst van het leven op aarde bepalen.”
 

Grote woorden die niet gestaafd worden door feiten. Hier spreekt blinde wanhoop.  In 1820 leefde bijna 90% van de mensheid in extreme armoede, dat wil zeggen ze hdden minder dan 2 dollar per dag te besteden. Bijna honderd jaar later leeft minder dan 10% van de mensheid in extreme armoede. (Zie: Our World in Data, poverty)

Het is waar dat “over de hele planeet mensen hun manier van leven verliezen.” maar dat is niks nieuws. Verandering is nu eenmaal normaal maar ze krijgen er wel een ander leven voor terug. Zo migreren mensen wereldwijd van het platteland naar steden vanwege de belofte van een betere toekomst.

In 1500 woonde net iets meer dan 4% van de wereldbevolking in steden. In 2016 woont bijna 55% van de wereldbevolking in steden. ( Our World in data: urbanization) Begrijpelijk want in steden is helaas beter en meer onderwijs te vinden, gezondheidszorg, betere banen en huizen met water, elektriciteit en verwarming.

De bewering dat de mensheid met uitsterven bedreigd wordt, slaat als een tang op een varken. In het jaar 0 woonden ruim 236 miljoen mensen op de planeet. In 2021 wonen er 7,9 miljard mensen op planeet aarde. (zie: Our World in Data, Population Growth)

Dat is alles behalve uitsterven.  Integendeel, de steile groei begon in 1600, in de tijd dat Europa de rest van de wereld koloniseerde en volgens de Rebellen uitbuitte en onderdrukte maar niet geboeg dus om de bevolkingsgroei te doen verminderen. Het is maar hoe je het bekijkt. 

Om dan uit blinde wanhoop op de openbare weg te gaan liggen of je aan beroemde schilderijen vastplakken helpt natuurlijk niet.

vrijdag 3 april 2020

DE SPROOKJESJAREN ZESTIG 54, WEST-BERLIJN

Brandenburger Tor (2009)

Alsof dat allemaal nog niet genoeg is, is Den Bosch ook de stad van de grootwarenhuizen C&A, V&D en HEMA, de consumptie kathedralen van onze tijd. Daar deed mijn moeder de aankopen voor onze eerste communie en andere feestelijke momenten in ons gezinsleven. Zulke winkels waren er niet in ons stadsdorp behalve een winkel in de Hooghuisstraat met de pakkende slagzin “Van der Schoot kleedt klein en groot”.  Daar kocht mijn moeder onze door-de-weekse kleren en een enkele keer een broek of jas voor de zondag.

De Prediker is ouder dan ik. Met zijn doorsnee colbert, witte overhemd, stropdas, korte kapsel en donkere bril ziet hij eruit als de gebruikelijke student maar dan ernstiger en het moet gezegd worden, zonder kapsones. Dat maakt hem tot een geschikte voorzitter van Politeia, de democratisch socialistische studentenvereniging die fel tegen de oorlog in Vietnam is en marxistisch.


Onder leiding van de Prediker gaan we met een klein Nijmeegs gezelschap per bus naar West-Berlijn om mee te doen aan een internationale betoging tegen de Vietnam oorlog. We zijn met vieren: de Prediker, Dora,  huisgenoot Bernardo en ik. Hij is Bosschenaar en net als wij allemaal van goede Roomse afkomst. Vanwege zijn roeping tot het priesterschap heeft hij op het Klein Seminarie gezeten. Toen de roeping een misverstand bleek te zijn, ging hij biologie studeren. Zo snijdt het Roomse mes aan twee kanten. 


Nijmegen ligt nog geen dag reizen van West-Berlijn. Het langste stuk gaat door West-Duitsland waarna de grens volgt met Oost-Duitsland dat tot het communistische Sovjet kamp behoort. West-Berlijn is over land alleen maar te bereiken via een vierbaans snelweg die dwars door de Deutsche Democratische Republik loopt, een min of meer vrije weg door een onvrij land. Bij het instappen zit de bus vol Jong Socialisten uit Rotterdam. Tot mijn verbazing zie ik mijn voormalige klasgenoot Jozef zitten. Ik heb hem niet meer gezien sinds het derde jaar van mijn middelbare school, mijn zitten blijven jaar. 


(verschijnt elke vrijdag)

Elke gelijkenis met bestaande personen 
of gebeurtenissen berust op louter toeval.
 

vrijdag 29 november 2019

DE SPROOKJESJAREN 60 (VOORHEEN:MAKE LOVE, NOT WAR) 36: GELOOFSCRISIS

 
Foto van een Noord Amerikaanse legerpriester leest de mis op een slagveld in Vietnam. Foto van Keystone in het Penguin boek "Vietnam! Vietnam!" geschreven door Felix Greene, 1966

De Vietnamoorlog legt ongenadig een politiek morele crisis in het Westen bloot. Tot hoever kun je als land en volk gaan om je politieke en morele gelijk te halen in een oorlog tegen het communisme? Is elke oorlog in welke vorm dan ook tegen het communisme gerechtvaardigd? Meer nog, gaat het wel om communisme? Wat blijft in zo een oorlog over van onze veelgeprezen medemenselijkheid en rechtvaardigheid?

Voor de vorige generatie is het een uitgemaakte zaak dat de Amerikanen en Europa aan de goede kant staan. Dat was zo in de Tweede Wereldoorlog, dat was in de Koreaanse oorlog zo en dus nu ook in Vietnam. Toen was het tegen het nazisme, nu is het tegen het wereldwijde communisme. De jongere generatie daarentegen weet dat niet meer zo zeker. Die ziet ellende, leed en moorddadigheid die niet zo gemakkelijk te rechtvaardigen is. Die vraagt zich af of communisme zo een slechte zaak is en trouwens gaat het wel om communisme? De Vietnamoorlog is van de oude generatie en de oude politiek.

Wij jongeren zien voornamelijk een oppermachtig Noord Amerika als de reus Goliath die het opneemt tegen het kleine maar dappere Noord Vietnam. Maar Noord Vietnam laat zich net zo min als David klein krijgen en vecht terug. Het kijkt zijn vijanden onbevreesd in de ogen. Noord Vietnam maakt zich tot held van al die landen die net als Noord Vietnam oorlog voeren of hebben gevoerd tegen een koloniale overheerser. De Vietnamoorlog wordt een symbool van dekolonisering in plaats van strijd om democratie en vrijheid.

Vanaf het links revolutionaire eiland Cuba met de onoverwinnelijke helden Fidel Castro en zijn strijdmakker Che Guevara wordt opgeroepen niet een maar twee, drie Vietnams te scheppen om de macht van Noord Amerika te breken. Cuba zelf geeft het voorbeeld door soldaten en militair materieel te sturen naar de bevrijdingslegers in de Portugese koloniën Angola en Mozambique. Che Guevara geeft zijn baan op als minister en trekt in het diepste geheim naar Bolivia om daar een met een groepje revolutionairen een nieuwe revolutie naar het voorbeeld van de Cubaanse revolutie te beginnen.

De morele crisis van de Vietnamoorlog raakt aan de wortels van mijn katholieke geloof, een geloof dat nog niet zo heel lang geleden net zo vanzelfsprekend voor me was als de lucht die ik inademde. Twijfels over de geloofswaarheden ondermijnden die vanzelfsprekendheid. Roomse Blijheid veranderde in Rooms Ongemak over vrijheid, eigen verantwoordelijkheid, seksualiteit en daar komt nu ook de Vietnamoorlog bij. Ik snap de bedoelingen van de Roomse God en Zijn Zoon, gestorven aan het kruis voor de zonden van alle mensen, niet meer.

De veenbrand van mijn geloofscrisis wordt door de Vietnamoorlog een uitslaande brand. Ik zoek naar een God met een menselijke maat, een Lieve Heer die het beste met ons voor heeft maar kan Hem niet meer vinden. Niet alleen de Vader en zijn Zoon zwijgen maar ook de Roomse Kerk. Toch ga ik nog altijd met mijn Verloofde des zondags naar de heilige mis. Tot op een zondag ik weer niks hoor over de oorlog tijdens de preek. Ik besluit dat het genoeg is geweest. Samen met mijn Verloofde loop ik onder de preek de kerk uit naar buiten. Ik snuif de frisse herfstlucht in. Een nieuwe tijd is begonnen.

(verschijnt elke vrijdag)

maandag 2 mei 2016

HET RECHT OM MET JE KOP TEGEN DE MUUR TE LOPEN



Aan de wandel met mijn ouders, pakweg 4 jaren oud dus begin 1950.
Den Heuvel, Oss

Met het ouder worden, ontdek je dat de wereld steeds minder van jou is. Na je pensionering verdwijn je zelfs uit beeld. Niet alleen bij de reclamemakers en de jury’s voor prijzen voor jong en aanstormend talent, maar ook bij de jongeren zelf. Zij zijn onbekend met jouw wereld. Plotseling moet je uitleggen wat de Vietnam oorlog was, wie Ho Chi Minh was,  Joop den Uyl en de TV serie “Zo is het toevallig ook nog eens een keer.”

Met mijn broer op de slee en klompen aan. Ongeveer 7 jaar oud dus
in het jaar Onzes Heren 1953, Vijversingel te Oss.

Niet alleen raakt jouw geschiedenis uit zicht maar ook je vroegere geloofswereld. Weten mijn kleinkinderen nog waar kerken voor hebben gediend en hoeveel uren ik daar met allerlei rituelen en preken heb doorgebracht? De rest van mijn geestelijke wereld kennen ze ook niet. Wie kent nog Bomans, Wolkers, Reve enz. ? Zijn ze nog bekend met Sartre? Karel Appel en Lucebert zijn onbekenden geworden. Van Woodstock als de moeder van alle muziekfestivals hebben ze nooit gehoord. Ze kunnen zich niet voorstellen wat Elvis Presley en de Everly Brothers voor me betekend hebben. Hun muziekgeschiedenis begint nu eenmaal veel later.

De hoes van een van mijn eerste platen (1958)

Je moet jezelf voortaan verklaren en daar hebben jongeren geen tijd voor. Ze worden in beslag genomen door het heden met zijn eigen avonturen en ervaringen, net als jij toen. Daarom kun je op gezette tijden als oudere beter je mond houden of je gesprekstof  bewaren voor generatiegenoten. Dat is natuurlijk ook niet gemakkelijk want die zijn druk bezig met dood gaan. Zo verdwijnt jouw wereld vanzelf. Sportschoenen met een casual outfit volgens de laatste mode verandert daar weinig aan.

Eind jaren zestig begin jaren zeventig ontstond een soort subcultuur van en voor jongeren,
studenten enz. zoals je op de bovenstaande foto kunt zien, gemaakt in de Jacobslaan te Nijmegen
in het jaar 1968.

De enige oplossing zou kunnen zijn om je als man een jong ding aan te schaffen en als vrouw een toyboy, maar of dat echt helpt weet ik niet. Ik ben er niet aan begonnen. Het lijkt me een wanhoopsdaad die onherroepelijk tot teleurstellingen zal leiden. Niet alleen omdat jonge dingen en toyboys niet geïnteresseerd zijn in jouw geestelijke wereld en jouw geschiedenis maar omdat seks op de aanrecht, in de auto of onder de douche te vermoeiend is geworden. Je verlangt naar rustige en bedachtzame seks waarin niet van alles meer moet. Dat is al bevredigend genoeg.

Het loslaten van de wereld, want daar komt het op neer, is een moeilijk en moeizaam proces. Het is een proces van afscheid op weg naar de dood. Je hebt geen idee hoe lang dat afscheid zal gaan duren maar dat de dood het definitieve einde zal zijn, weet je zeker. Je moet er dus maar het beste van maken zonder hulp van deskundigen. Goddank zijn er geen deskundigen op dit terrein behalve natuurlijk je goede vrienden en vriendinnen, je levensmaatje en misschien soms je kinderen. 

Zelfportret geïnspireerd op de hippiecultuur van de jaren zestig.
Nijmegen 1971.

Waar je voor moet oppassen, is dat je je niet gaat ergeren aan de nieuwe wereld. Natuurlijk mag je af en toe roepen dat het in jouw tijd allemaal anders was, want dat was het per slot van rekening ook zo maar begin alsjeblieft niet te zeuren dat het toen ook beter was. Dat kun je niet weten want je bent geen jongere meer. 

Wat je vooral ook niet moet doen is te proberen de jongeren van jouw fouten te willen laten leren. Dat roept alleen maar misverstanden en ergernis op zo heb ik tot schade en schande geleerd. Je moet nu eenmaal aanvaarden dat er weliswaar al brommers waren in je jonge tijd, lang haar en zelfs al korte rokjes maar er was geen internet of smartphone, er waren geen dvd’s en goedkope citytrips, geen lege kerken en volle disco’s.


Je doet er daarom als oudere verstandig aan om de volgende universele generatiewet goed in acht te nemen en desnoods van buiten te leren: “Elke nieuwe generatie heeft het recht om opnieuw te beginnen en alle fouten van de vorige generaties te maken.”


Je kunt de wet ook samenvatten zoals mijn vader deed: “elke jongere heeft het recht om met de kop tegen de muur te lopen.” Plastisch verbeeldt en daarom wel zo duidelijk. Het voordeel is dat deze wet ook meteen als een mensenrecht kan worden beschouwd. Het wordt daarom tijd dat deze wet door de Verenigde Naties erkend wordt als een onvervreemdbaar en universeel mensenrecht.

zaterdag 17 oktober 2015

RADICALISERING

Student Anti-Vietnam Rally, 1968, Fotograf: Bettmann

Mijn broer stuurde een krantenbericht over een nieuwe (litteratuur) studie naar radicalisering in opdracht van Minister Assher gemaakt aan de Universiteit van Amsterdam. Met zo'n studie zou je immers beter beleid kunnen maken tegen radicalisering. Maar dan moet zo'n studie natuurlijk wel wat opleveren. Ik lees dat er weinig algemeens te zeggen valt over radicalisering behalve dat het meestal mannen zijn van ergens tussen de 18 en de 30 jaar. Voor de rest kan alles aanleiding zijn om te radicaliseren: een scheiding van je ouders, de onverwachte dood van een goede vriend, ontslag, discriminatie enz. Radicalisering blijkt een individuele zaak te zijn.

Het mag dan een individuele zaak zijn, maar het gaat wel altijd over moslims. Gek genoeg zegt de studie volgens het bericht daar nu net niks over. Waarom radicaliseren moslimjongeren nu en andere jongeren van christelijke, socialistische of liberale huize niet? Kijk maar naar de jaren zestig van de vorige eeuw toen vooral Westerse studenten zich bijna wereldwijd en op allerlei universiteiten radicaliseerden naar links, van Amsterdam tot Nijmegen, van de Sorbonne in Parijs tot Berkeley in Californië. Het begin van die radicalisering was een oorlog, de Vietnam oorlog om precies te zijn. Jongeren keerden zich massaal tegen deze oorlog die het Westen onder leiding van de Verenigde Staten in Zuid Vietnam voerde tegen het nationalistische, communistische Noord Vietnam.

Zou het niet kunnen dat net als toen de moslim jongeren van vandaag zich radicaliseren vanwege een oorlog? Had de toenmalige generatie jongeren genoeg aan één oorlog om te radicaliseren namelijk de Vietnam oorlog, de huidige generatie moslimjongeren, gelovig of niet, heeft te maken met een hele reeks oorlogen en gewelddadige conflicten: Palestijnen, Soennieten, Shiieten, Alawieten, Moslimbroeders, Koerden, autoritaire regeringen, dictators, stamhoofden enz. Allemaal gooien ze zich in de strijd om geopolitieke belangen veilig te stellen(land), politieke macht en bezit (olie). Om het nog ingewikkelder te maken, spelen ook Westerse (de VS en Europa) en Russische belangen mee. Het is een ware heksenketel waarbij de reikwijdte van de Vietnamoorlog in het niet valt.

Het kan niet anders of al deze gewelddadige conflicten hebben op de een of andere manier invloed op alle moslims in de wereld of ze nu gelovig zijn of niet. Dat ze partij kiezen in het conflict ligt voor de hand. Welke partij hangt er maar van af van hun individuele ervaringen en geschiedenis, waar ze vandaan komen, wat ze van hun leven verwachten, waar ze wonen, wat ze meemaken enz. Daar is geen vast patroon voor aan te wijzen. Ook voor hoe ze partij kiezen voor “hun zaak” bestaat geen vast patroon. Dat kan solidariteit op afstand zijn, familie helpen te vluchten, directe financiële steun, politieke steun of in het uiterste geval dus mee gaan vechten.

Radicalisering is niet een zwart -wit aangelegenheid maar een doorlopende lijn lopende van eenvoudige solidariteit op afstand en eindigt met meevechten in het front. Daar tussenin kan van alles zitten. Dat was ook zo in de jaren zestig. De meeste studenten rebelleerden op de een of andere manier op de universiteit, een kleinere groep ging over tot de bezetting van de universiteit min of meer gesteund door de rest. Anderen trokken de lijn door en begonnen zich politiek te organiseren in radicale groepen zoals toen de Kommunistische Eenheidsbeweging Nederland KEN, de Marxistische Leninistische Studentenbond MLS en andere groepen. Weer anderen zetten een stap verder en kozen passief of actief voor het zogenaamde gewapende verzet van de RAF in Duitsland, de Rode Brigade in Italië, de ETA in Baskenland of de IRA.

Het beeld is dus net als bij de moslim jongeren nu dat een kleine groep zich maximaal radicaliseert en daadwerkelijk wapens opneemt. De grote meerderheid blijft echter daaronder zitten, gaande van passieve solidariteit op afstand tot actie en organisatie in allerlei soorten groepen en verbanden. In Nederland is bijvoorbeeld nooit een echte gewapende linkse groep ontstaan zoals de RAF in Duitsland. Waarom weet ik niet want er waren best wel veel radicale jongeren.

Zo lang het binnen de wet en de democratische spelregels blijft, levert dat geen grotere problemen op dan onrust en wrijving met misschien hier of daar een opstootje. Net zoals in de jaren zestig zullen er in deze minder radicale groepen ook sympathisanten zijn voor de gewelddadige strijd en zelfs terreur. Ik herinner mij uit mijn studententijd dat er ook rebelse studenten waren die sympathie hadden voor bijvoorbeeld de RAF in Duitsland of deel uitmaakten van een smokkelroute van Noord Amerikaanse dienstweigeraars.


Wat kun je doen als rechtsstaat om radicalisering te voorkomen? Gezien de oorlogen in de Moslim Wereld niet veel behalve geheime diensten inzetten om de boel in de gaten te houden en uit te zoeken wie zover zou willen gaan om bijvoorbeeld aanslagen te plegen of naar een oorlog af te reizen om mee te strijden. Zo lang de oorlogen in Irak, Syrië en het geweld tussen Palestijnen en Israël doorgaan, zal er sprake zijn van radicalisering in de moslimwereld. Ik denk niet dat Assher als Minister van Sociale Zaken veel kan met deze conclusie maar het is nu eenmaal niet anders.

vrijdag 12 september 2014

HET COMMUNISME VAN SARTRE 3 (de goden van de geschiedenis)

De portretten van Marx en Engels, de grondleggers van het communisme, worden elk jaar opgehangen op het plein van de Revolutie in Havana ter opsiering van de feestelijkheden op 1 mei, de dag van de arbeid. Op de achtergrond de contouren van de beeltenis van Che Guevara, een van de goden van de Cubaanse revolutie en dus van de Geschiedenis.(foto: Petrus, 2008, Havana)

Volgens Lévy (Bernard-Henri Lévy, De eeuw van Sartre, een filosofische zoektocht, Bert Bakker 2004) werd Sartre tot het communisme bekeerd vanwege zijn anti-Amerikanisme als gevolg van de Korea oorlog, zijn anti-kolonialisme vanwege de Algerijnse oorlog, zijn teleurstelling in het na-oorlogse Frankrijk en tenslotte 'het Revolutionaire Idee'. (zie 'Het communisme van Sartre 2) Drie van de vier hier genoemde drijfveren speelden ook een rol bij de bekering van veel van mijn generatiegenoten tot het communisme met bijbehorend lidmaatschap van de CPN, de Communistische Partij Nederland (uiteindelijk opgegaan in Groen Links). Overigens is Sartre nooit lid geweest van een de Franse Communistische Partij. Hoe streng hij ook in de leer was, hij wilde niet aan een partij gebonden zijn. Misschien ook een marketing strategie van hem? Als lid van de partij was zijn status van vooraanstaande intellectueel hoogst waarschijnlijk flink gedaald.

In plaats van de Korea oorlog was het in mijn tijd (jaren 60 vorige eeuw) de Vietnam oorlog, een nationaal-communistische bevrijdingsoorlog gesteund door de communistische Sovjet Unie en communistisch China, die veel jongeren tot anti-Amerikanen maakte. In hun gevecht tegen de communisten van Noord Vietnam steunden de VS met veel militair geweld een democratische burgerlijke regering in Saigon, de hoofdstad van het voormalige Zuid Vietnam. In communistische termen heette die regering 'een marionetten regering van de VS' te zijn. Het was inderdaad een zwakke regering. Wat we niet beseften toen was dat democratie in pas onafhankelijke landen een heel lange adem nodig hebben, een adem die ze als gevolg van de oorlog niet hadden. In Hanoi, de hoofdstad van het toenmalige Noord Vietnam, was de communistische partij aan de macht met Ho Tsji Minh als charismatisch leider. Daar waren dus geen tijdrovende democratische processen nodig om tot beslissingen te komen. Voor de protesterende studenten werd Ho een Derde wereld variant van andere voormalige linkse helden als Mao Tse-toeng en Lenin.

Een aan de nieuwe tijd digitaal aangepast portret van de Chinese communistische leider Mao Tse-toeng (tegenwoordig Mao Zedong), de grondlegger van modern China en een van de heldengoden van de Geschiedenis volgens het communisme. 

Het was een wrede oorlog zoals alle burgeroorlogen, met aan de ene kant dus de burgerregering van Zuid Vietnam en de VS als beslissende macht en aan de ander kant het communistische Noord Vietnam, gesteund door de Sovjet Unie en China. Wij, na-oorlogse babyboomers gewend aan vrijheid en toenemende welvaart, zagen geschokt hoe de VS met veel, heel veel geweld zoals massabombardementen en chemische wapens als het beruchte napalm, probeerden een – volgens ons - gerechtvaardigde bevrijdingsstrijd, te vernietigen.

Wij studenten vonden ook dat in ons eigen land, net als vlak na de Tweede Wereldoorlog met de politionele acties in Indonesië, de linkse PvdA weer aan de verkeerde kant stond. De intussen sterk uitgebreide studentenbevolking, dank zij nieuwe voorzieningen van staatswege als renteloze voorschotten en dubbele kinderbijslag, werd steeds kritischer d.w.z. anti-PvdA en anti-Amerikaans. We riepen op straat dat de Noord Amerikaanse president Johnson een moordenaar was.Toen dat niet langer mocht omdat Johnson een bevriend staatshoofd was, riepen we Johnson molenaar. De democratisering van de universiteit kwam door dit alles in steeds radicaler vaarwater, waar niet alleen de CPN van profiteerde maar ook splintergroepen als de Marxistische Leninistische Studentenbond (MLS), de Kommunistische Eenheidsbeweging Nederland (KEN) en de tegenwoordige Socialistische Partij SP.

De wortels van de SP gaan terug tot o.a. het Maoïsme vandaar dit digitaal bewerkte portret van SP leider Emile Roemer in Mao pak met in zijn hand de onafscheidelijk sigaret van Mao.


Ongeveer tegelijkertijd werden Fidel Castro en vooral ook zijn commandant Che Guevara dankzij de overwinning van de Cubaanse revolutie (1959), de nieuwe Lenin of Mao Tse Toeng van Latijns Amerika. Een status die versterkt werd toen onder hun leiding het Cubaanse revolutionaire leger de Varkensbaai invasie van Cubaanse rechts vluchtelingen gesteund door de Noord Amerikaanse CIA (1961), ongedaan wisten te maken. Het door het Westen al dan niet heimelijk gesteunde Zuid Afrikaanse apartheidsregiem was ons een al even grote doorn in het oog. Vandaar dat vele van onze generatie als het ware vanzelf terecht kwamen bij de Anti Apartheidsbeweging en de Zuid Afrikaanse bevrijdingsbeweging ANC.

Voor velen was duidelijk dat de communisten de toekomst zouden hebben. Zij voerden immers de gerechtvaardigde strijd voor de bevrijding van hun volk (een romantisch begrip in de Derde Wereld en een taboe in het Westen als gevolg van de Tweede Wereldoorlog) en tegen kapitalisme en imperialisme. Dank zij de vele Vietnams in de Derde Wereld (bijvoorbeeld ook de bevrijdingsstrijd in Angola en Mozambique) zou het kapitalisme en imperialisme van de VS en zijn Westerse bondgenoten uiteindelijk verslagen worden. De Geschiedenis met een hoofdletter zou voortaan geschreven worden door de communisten. Het communisme had de Toekomst van de mensheid in handen.

Een digitale spotprent van de Cubaans-Argentijnse revolutionair Che Guevara. Een van de heel grote heldengoden van de Geschiedenis volgens het communisme.

Net als bij Sartre was in het alles verblindende licht van de Geschiedenis met een hoofdletter, de politieke democratie voortaan bijzaak. Rebelse studenten die regenten binnen en buiten de universiteiten aanvielen vanwege hun autoritaire bestuursstijl, die structuren als ondemocratisch en autoritair met bezettingen ontmaskerden, die hun kinderen anti-autoritair wilden
opvoeden, kozen vanwege hun anti-kolonialisme, anti-imperialisme en anti-kapitalisme voor het ondemocratische communisme.

De aantrekkingskracht van de Geschiedenis met de Revolutionaire Idee als motor was veel groter dan de politieke democratie met zijn vooroorlogse (en dus verouderde) politieke partijen, zijn onduidelijke, halfslachtige compromissen, zijn soms verwarrende openbare debatten, tegengestelde belangengroepen en onderlinge wedijver. De democratie bracht geen grootse visie op de toekomst, het communisme daarentegen wel. De ideële rechtvaardiging voor hun keuze voor autoritaire communisme werd gevonden bij de grondleggers van het communisme Marx en Engels, bij hun politieke volgelingen Lenin, Ho Tsji Minh, Mao Tse Toeng, Fidel Castro en Che Guevara en uiteraard vele Westerse linkse intellectuelen en partijgangers die hun ideeën vernieuwden, aanvulden en aanpasten.

Maar waar komt de idee van de Geschiedenis met een hoofdletter vandaan? Ook daar speurt Lévy naar in het leven van Sartre, de man die met zijn filosofie vertrok vanuit het individu, het Cartesiaanse 'Ik denk dus ik ben”. Volgens Lévy is de bron van alle kwaad de Duitse filosoof Hegel. Hij is de man die in zijn geschriften over de dialectiek van de geschiedenis de onwereldse Goden van onze voorvaderen heeft vervangen door de even ongrijpbare maar toch wereldse God van de Geschiedenis, Geschiedenis met een hoofdletter. Geschiedenis gemaakt door mensen, al dan niet bewust, even ongrijpbaar als de Oude Goden maar wel zo fascinerend om er in te geloven.


woensdag 19 oktober 2011

OCCUPY BEWEGING MEER DAN FACEBOOK ACTIVISME?





Wat moet ik als vermaledijde babyboomer eigenlijk vinden van de Occupy beweging? Ervaring met bezetten en demonstreren heb ik genoeg. In mijn eigen studiestad Nijmegen demonstreerden we in de jaren zestig elke maand met vertrek vanaf het Jan van Hoofmonument bij de brug over de Waal tegen de oorlog in Vietnam. Daarna volgden Berlijn, Brussel en Parijs.

Maar in tegenstelling tot de demonstraties en acties van toen, die de konkrete doelstelling hadden om de publieke opinie te doen keren tegen de oorlog in Vietnam, mis ik nu heldere doelstellingen. Ik weet niet waar de Occupy beweging heen wil. Ik zie op de borden en de leuzen veel onvrede met de bestaande wereld en oproepen tot een menslievende wereld. Beide vind ik logisch maar hoe doe je dat?

Indertijd stelde ik vast dat mijn jaren zestig en zeventig generatie uiteindelijk is vastgelopen in twee stromingen die ik nu terugzie in de Occupybeweging. De ene stroming van lief zijn voor elkaar is de erfgenaam van de hippiebeweging waar overigens cultureel veel boeiends is uit voortgekomen. De andere stroming is met zijn meer politiek geformuleerde doelstellingen, hoe vaag ook, meer de erfgenaam van het jaren zestig links dat vooral was georiënteerd op het socialisme als alternatief voor het kapitalisme.

De beide stromingen eindigden toen als gevolg van radicalisering in een cultureel en politiek isolement. Daarvoor waren al veel aanhangers afgehaakt. Zij hadden besloten om met hun verworven bagage aan nieuwe ideeën en opvattingen aan een lange mars door de bestaande politieke en culturele instellingen te beginnen. Sommigen, zoals bijvoorbeeld de Duits Franse studentenleider Cohn Bendit en kabouterman Roel van Duijn, deden dat met enig succes maar de meesten bekommerden zich uiteindelijk om huisje, boompje en kinderen.

Dat gaat al eeuwenlang zo want bestaande ideeën, opvattingen, normen en waarden en de daarbij behorende structuren zijn veel taaier dan men in zijn jeugdige enthousiasme denkt. Wat dat betreft heb ik dus mijn les wel geleerd. Ik geloof niet meer in radicale veranderingen en radicale minderheden. Ik geloof daarentegen wel aan trouw aan je idealen en je blijven inzetten voor je medemens en de samenleving zonder dat je ooit de zekerheid hebt dat het daardoor allemaal ook beter zal worden. Want dat is ook een les die het leven je ook geeft. Mensen zijn nogal eens onverbeterlijk.

De kunst is om dit te accepteren en dan toch te blijven geloven in medemenselijkheid. In een tentje te gaan zitten op en of ander plein alsof het een vriendenpagina op Facebook is daarvoor niet genoeg. Dat is te vrijblijvend en te mooi om waar te wezen. Het kan wél een begin zijn van het besef bij een nieuwe generatie dat actie nodig is. Als dat zo is, wens ik hen veel succes met hun lange mars door maatschappij en samenleving.