Posts tonen met het label wim kok. Alle posts tonen
Posts tonen met het label wim kok. Alle posts tonen

dinsdag 8 april 2025

42. HOE ZIT DAT IN OSS? EINDE VAN EEN SOCIALISTISCHE GIDSGEMEENTE?


De lokale partij VDG wordt bij de verkiezingen in 2022 3 zetels groter dan de SP. Door de afsplitsing van tezamen 5 zetels resteren er nog maar 3 zetels voor de SP.

Jan Marijnissen is PvdA leider Wim Kok voorgegaan in het ontdoen van de ideologische veren van zijn partij. De voormalige FNV voorzitter doet dat pas in 1995. Maar daarmee is niet alles gezegd. Een partij als de SP is gebouwd op militant activisme tegen de bestaande orde en dat verdwijnt zo maar niet. Daarvoor zit het te diep in het dna van die partij.


Wim Kok mag dan de klassenstrijd hebben afgeschaft daarmee blijft zijn partij wel de partij van de emancipatie. De oorspronkelijke doelgroep van arbeiders en hun vrouwen wordt ingeruild voor feminisme (Hedy D’Ancona), nieuwe minderheden zoals migranten en vluchtelingen en de verdrukten ver weg in de Derde Wereld. 


Net als indertijd in Oss durfde de PvdA het niet aan om met de SP te regeren wat niet gemakkelijk is, zoals ook in Oss blijkt. Daarvoor verschillen de temperamenten van de beide partijen teveel van elkaar. De PvdA is vooral een doorgewinterde bestuurderspartij terwijl de SP een aktie-partij is.


Of Jan Marijnissen genoeg heeft gedaan om zijn partij salonfähig te maken als coalitiepartner, is een vraag die hijzelf misschien het beste kan beantwoorden. Hoe schudt je je ideologische veren af zonder je achterban te verliezen? Jan Marijnissen doet het op informele wijze, zonder er teveel een punt van te maken. Wim Kok doet het officieel wat eigenlijk nooit helemaal verwerkt is.


Met de mislukte coalitievorming voor een linkse regering miste de SP niet alleen de kans om ons land mee te besturen maar is ook het politieke momentum voorbij. Het mag nauw lukken dat de SP  ooit nog eens zoveel zetels binnenhaalt. Jan Marijnissen houdt het in ieder geval vanwege zijn gezondheid in 2008 voor gezien.


Opvolgster Agnes Kant blijkt een politieke ramp. Met de komst van partij en fractieleider Emile Roemer behaalde de partij 15 zetels in 2010. Een teleurstelling omdat hij in de peilingen vlak daarvoor veel hoger stond. In 2017 verliest de partij 1 zetel waarop ook Roemer aftreedt.


Hij wordt opgevolgd door Lilian Marijnissen, de dochter van Jan. Met de Tweede Kamer verkiezingen in  2021 wordt ze lijsttrekker. De partij zakt naar 9 zetels. Bij de verkiezingen in 2023 zakt de partij zelfs terug naar 5 zetels. Kort daarna treedt ze af als partijleider en als lid van de Tweede Kamer. Vergeleken met haar vader en met Roemer is Lilian politiek te licht om de partij naar een overtuigende zetelwinst te kunnen voeren.


Zoals eerder gemeld, valt de SP fractie in de gemeenteraad van Oss uiteen. Een geduchte klap voor de partij die ze in Oss waarschijnlijk niet meer te boven kan komen. Nieuwe generaties kiezers zullen weinig of niks hebben met de SP.


De afgescheiden partij kan als een lokale partij worden beschouwd. Zoals de naam al aangeeft - Sociaal Sterk Oss - gaan de politieke ambities niet over de grenzen van de stad heen. In Oss worden met de afsplitsing van de SP meegerekend nu 19 van de 37 zetels bezet door leden van lokale politieke partijen. 


Daarmee lijkt een definitief einde gekomen te zijn aan de mogelijkheid dat Oss nog eens ooit een socialistische gidsgemeente in Nederland zou worden. Het kan verkeren. Oss is van een naoorlogse KVP stad via de SP veranderd naar een meerpartijen stad met, naar het zich laat aanzien, een groot aandeel van lokale partijen. Oss sluit daarmee aan bij een nationale trend. Hoe lang die trend zal voortduren is koffiedik kijken en dara doen wij politicologen niet aan.

 

donderdag 26 december 2024

DIEDERIK SAMSOM: VAN VOLKSPARTIJ NAAR KLIMAATPARTIJ


 

Ik dacht dat we van Diederik Samsom af waren toen Frans Timmermans van Eurocommissaris afdaalde naar het partijleiderschap van de PvdA-Groen Links combinatie. Maar nee hoor, hij is weer back in town, maar nu als columnist bij de  Volkskrant. Is dat de beloning voor het slopen van de PvdA als volkspartij?


Want dat is hij, PvdA sloper. Ga maar na. Hij behaalde als lijsttrekker van de PvdA bij de Tweede Kamer verkiezingen in 2012 maar liefst 38 zetels. Daar kunnen ze vandaag de dag bij de PGL combinatie alleen nog maar van dromen.


Vier jaar later, bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2016, behaalde de PvdA met hem als lijststrekker een schamele 9 zetels.  Dat stemde de PvdA in zoverre tot nadenken dat hij tijdens een daaropvolgende ledenvergadering partijleider af werd. Asscher werd toen gekozen.


Je zou denken dat zo een verlies bij de PvdA tot enige bezinning zou leiden maar dat was niet het geval. Het kader dacht dat met een vlotte campagne de kiezers wel weer terug zouden keren. Niet dus. De kiezer voelde aan zijn water aan dat onder Samsom de PvdA een klimaatpartij voor inclusiviteit was geworden van de kosmopolitische hoger opgeleiden. 


Had voormalig vakbondsman Wim Kok de partij bevrijd van zijn ideologische veren, Samsom bevrijdde de volkspartij van zijn volk. Niet langer bepaalden de noden van het volk de koers van de partij, maar de idealen en angsten van het hoger opgeleide kader. 


De snelheid waarmee Samsom met vriend Rutte tot een coalitie-akkoord kwam, was een teken aan de wand. Na 54 dagen onderhandelen stond het kabinet Rutte II er. Het was een van de snelste kabinetsformaties ooit.


Vanwaar die haast? Wat wilde deze voormalige Greenpeace activist Samsom met dit kabinet? Was klimaat niet zijn grootste prioriteit in plaats van het sociale welzijn van zijn kiezers? Nederland moest op de schop, gerenoveerd en herbouwd worden. De grote linkse ingenieur werd de bouwmeester van Nederland, de maakbaarheid van de samenleving onder handbereik moet dank aan het klimaat en Rutte.


Samsom slaagt erin om Rutte mee te trekken in de idee van economische verandering en versterking van Nederland door in te zetten op ambitieuze, duurzame groei en een ingrijpende energietransitie die ons land brengt naar we weten niet waar.


“We kiezen voor een realistische, ambitieuze groene groeistrategie, waarin ruimte en zekerheid verankerd worden. Ons land heeft alles in huis om een betekenisvolle bijdrage te leveren aan de snelle ontwikkeling van nieuwe energiebronnen als zon, wind, biomassa en geothermie: hoogwaardige chemie, een innovatieve agrarische sector, grote havens en een sterke energiesector. Die ontwikkeling is noodzakelijk vanuit het perspectief van klimaatverandering en eindige grondstoffen en is tevens een uitdaging voor innovatieve ondernemingen.” (Regeerakkoord Rutte II, getekend door Rutte en Samsom in 2012)


De missie van de voormalige Greenpeace activist is geslaagd. Nederland is voortaan vastgeketend aan groene, duurzame groei met alles wat daar bijhoort. Het klimaat wordt de heilige graal.


Hij haalt ook nog een tweede slag binnen. Kernenergie wordt niet opgenomen als een van de mogelijkheden voor duurzame groei. Het past perfect in het programma van Greenpeace. Dat Nederland door deze blinde vlek bij de actievoerders in de energie-chaos gestort wordt, ontgaat hen.


Langzaam maar zekere zijn er tekenen die duidelijk maken dat deze in 2012 ingezette koers Nederland wel eens energie-duur land en bijgevolg een  arm land kan maken bij gebrek aan maakindustrie die immers niet duurzaam en groen genoeg is. Samsom heeft niet alleen zijn eigen volkspartij gesloopt maar heeft ook de aanzet gegeven tot de sloop van Nederlands welzijn. Als dank mag hij een column schrijven in de Volkskrant.

donderdag 16 januari 2014

DE VAL VAN AD MELKERT

Ad Melkert was de kroonprins van PvdA leider en Paars Premier Wim Kok. Pim Fortuyn typeerde het kabinet Kok venijnig als "De paarse puinhoop", een politieke vondst die verwoordde wat veel mensen aanvoelden en waar Paars geen antwoord op had.
De confrontatie tussen Pim Fortuyn en Ad Melkert blijft een van de boeiendste partijpolitieke drama's van Nederland van de jongste tijd, dat ook nog eens op TV te zien was. Zelden zag je op TV zoveel echte politieke emotie als tijdens het verkiezingsdebat van 6 maart 2002 waar de verliezende PvdA leider Ad Melkert geconfronteerd wordt met overwinnaar Pim Fortuyn. Ik zag het afgelopen maandag opnieuw in de documentaire “De dag dat Pim Fortuyn won”. Het gaat dan om de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen in Rotterdam. Leefbaar Rotterdam van Fortuyn had in een keer meer dan 30% van de stemmen gehaald. Dat was nog nooit vertoond in de Nederlandse verkiezingen en dan moest het grote vuurwerk van de parlementsverkiezingen nog komen!
Pim Fortuyn was virtueel al premier van Nederland. Maar zover zou het nooit komen want zoals bekend werd Fortuyn door een gestoorde milieuactivist in koelen bloede neergeschoten. Van de ene dag op de andere werd ons brave koninkrijk als het ware de hedendaagse politiek in geschoten en dat allemaal rond de twee politiek zeer hete thema's immigratie en milieu.

Maar zover was het natuurlijk nog niet toen de nationale lijsttrekkers rond  rond de studio keukentafel zaten  en onder leiding van Paul Witteman zouden debatteren over de uitslag. Bij VVD lijsttrekker Hans Dijkstal overheerste vooral onbegrip. Zijn politieke intellect kon Pim Fortuyn niet vatten. Hetzelfde gold voor Ad Melkert maar die reageerde vooral verbeten en verwend, als de kroonprins die op het laatste moment zijn troon voorbij zag gaan. Melkert werd tot dan toe binnen en buiten de PvdA als de onoverwinnelijke kroonprins van Wim Kok, de premier van het eerste echte Paarse kabinet van Nederland, beschouwd. Na decennia van CDA regeerde eindelijk het verstand, zo vond men toen.

En dan ineens staat daar als politiek overwinnaar en mogelijk premier van Nederland Pim Fortuyn. In de ogen van zijn tegenstanders het symbool van het politieke onverstand, van het politieke onfatsoen, van on-Nederlandse buitenissigheid en overdreven charmante humor. Ze stonden letterlijk met hun mond vol tanden. Hans Dijkstal was misschien nog het verstandigste. Hij kreeg zijn gezicht niet meer in de plooi, beschikte niet over de geestelijke veerkracht om zich te herstellen tot gewoon mens en besloot daarop al handen schuddend voor de camera, ook nog nooit vertoond op TV, te vertrekken.

Ondertussen kon je zien dat Fortuyn, die eerst in bescheidenheid zijn overwinning had aanvaard als een grote verantwoordelijkheid (hij zei dat zonder de bravoure van de middelmatige politicus), er plezier in krijgt om zijn politieke tegenstanders te zien lijden aan hun eigen opgeblazen zekerheden. Je ziet hem denken eigen schuld dikke bult. Groen Links leider Paul Rosenmöller bleef al die tijd maar lachen als een boer die kiespijn heeft. Zijn politieke bravoure was als sneeuw voor de zon verdwenen. Niks jong, fris en toekomst, maar oud en afgedaan zo leek het.

Maar Melkert was er het ergste aan toe. Hij leek plotseling een heel oude man die al een beetje gebogen liep onder de last van de zich aankondigende mislukking. Het lukte hem niet zijn verbetenheid te bedwingen. Hij kon maar niet geloven dat zijn politieke intellect, zijn slimheid, zijn jarenlange uitgewerkte bedachtzame tactieken door – in zijn ogen - zoveel politiek onbenul en retoriek, op een enkele avond werd uitgeblazen als een onbeduidende kaars. Jaren van politieke voorbereiding werden op een enkele verkiezingsdag voor notabene gemeenteraden teniet gedaan. Het zal je maar overkomen. Melkert beschikte niet meer over de normale menselijke capaciteit zijn verlies te verwerken, zijn gezicht in de plooi te brengen en zijn eigen politieke onbeduidendheid onder ogen te zien. Van de weeromstuit werd Fortuyn als het ware met de minuut menselijker met zijn voor de verliezers zo pijnlijke lach.


De camera registreerde al deze emoties die politici tot mensen maakt onbarmhartig. Misschien was dat wel het ergste wat we toen op die TV avond zagen. Politici verloren onder druk van omstandigheden hun politieke maskers en dat was onthutsend. Dat is normaal niet bestemd voor ons gewone kiezers en kijkers terwijl we daar toch altijd weer naar zoeken. Per slot van rekening is voor de meeste mensen politiek een kwestie van vertrouwen en niet van partijprogramma's ook al roepen de politici zelf dat nog zo hard. Het is een van de grootste misverstanden onder Nederlandse politici te denken dat ze gekozen worden vanwege hun programma. Melkert is zo iemand en Dijkstal was ook zo. Wiegel niet en Balkenende ergens daar tussenin. Balkenende was de enige van het hele gezelschap die Fortuyn zonder complex feliciteerde met zijn overwinning. Beiden -Wiegel en Balkenende – beseffen dat het vooral draait om vertrouwen winnen wat niet wil zeggen dat ook zij, zoals elkeen die verleid wordt door macht of geld, in de val kunnen lopen van de grote eigendunk, maar dat is weer een ander verhaal.

vrijdag 2 augustus 2013

WIM SPIT EN HET ERFGOED VAN DE KATHOLIEKE VAKBEWEGING

Een boeiende foto voor wie het nog weet (november 1973). De drie vakbondsvoorzitters zitten gebroederlijk naast elkaar. NVV voorzitter Wim Kok is de enige die in de lens kijkt. Links van hem CNV voorzitter Jan Lanser. rechts van hem de onlangs overleden Wim Spit. Links vooraan zien we de ministers Boersma (vooraan links) gevolgd door Den Uyl, Duisenberg en Lubbers van het Kabinet den Uyl dat net begonnen was.

Wim Spit is onlangs overleden. Hij is 89 jaar geworden. Hoeveel mensen zullen zich hem nog herinneren? Hij is de man die samen met Wim Kok, intussen een veel bekendere Nederlander geworden, de FNV heeft opgericht. Wim Spit was indertijd voorzitter van het NKV, het Nederlands Katholiek Vakverbond. Er was in de jaren 70 sprake van een samengaan van de 3 vakcentrales NVV (de socialistische vakbond) waarvan Wim Kok voorzitter was, het NKV met aan het hoofd Wim Spit en de Christelijke Vakcentrale CNV onder Jan Lanser.

Wie was Wim Spit?(1924-2013)

Zijn vakbondsloopbaan begon Wim Spit in 1948 op het A.C. de Bruijninstituut, het toenmalige scholingsinstituut van de Katholieke Arbeidersbeweging. Daar doorliep hij de kaderopleiding. In 1949 trad hij in dienst bij de RK-bond van spoorwegpersoneel St. Rafaël, waar hij opklom van assistent-bestuurder tot voorzitter. In 1967 kwam hij als secretaris in het verbondsbestuur van het NKV (Nederlands Katholiek Vakverbond). Daar volgde Wim Spit in 1973 Jan Mertens op als voorzitter.
Dat was precies de tijd dat het overleg tussen de drie vakcentrales NVV, NKV en CNV om tot meer eenheid te komen, uit elkaar viel omdat het CNV uiteindelijk afhaakte. Spit hield met overtuiging vast aan de ingeslagen weg en zette de plannen om samen te gaan met het NVV van Wim Kok voort.
Van 1976 tot 1981 was Wim Spit vicevoorzitter van de FNV. Hij stond aan de wieg van het FNV-secretariaat Vakbeweging, Maatschappij en Levensbeschouwing en wist draagvlak op te bouwen voor een nieuwe verhouding tussen vakbeweging en levensbeschouwelijke organisaties.



Vooruitlopend op een fusie van de 3 wordt met hulp van de Commissie Claus vernoemd naar Prins Claus, later de Nederlandse Commissie Ontwikkelingssamenwerking NCO, de Stichting Ontwikkelingssamenwerking Vakbeweging SOSV, opgericht. Het CNV trekt zich echter terug uit de samenwerking. Wim Spit en Wim Kok gaan echter door en vanaf 1976 wordt er tussen de beide vakcentrales intensief samengewerkt. Wim Spit is vanaf dan tot 1981 vice-voorzitter van de FNV. In 1981 wordt hij opgevolgd door oud NKV'er Herman Bode. Wim Kok blijft voorzitter.

Tijdens zijn vice-voorzitterschap werd Herman Bode een bekende vakbondsleider. Met zijn uitspraak “Willen we naar de Dam, dan gaan we naar de Dam” in 1980 heeft hij en stukje vakbondsgeschiedenis geschreven. Dat was de tijd van de protesterende en actievoerende vakbeweging. Bode werd bij zijn afscheid in 1985 de laatste arbeider in de FNV top genoemd. De Nederlandse vakbeweging was toen van actievoerder een professioneel toegeruste onderhandelingsmachine geworden. Daarmee is de afstand tussen werkvloer en vakbondsbestuurders groter geworden. Of dat goed of slecht is, is moeilijk uit te maken want de werkvloer is ook veranderd, zeker in Nederland waar de dienstensector de industriële sector heeft overvleugeld.

Was de fusie tussen NVV en NKV misschien een voorbode van deze ontwikkeling? Hoe gek het ook mag klinken, eerder het tegendeel was het geval. In de jaren zeventig was mede onder invloed van de linkse studentenbeweging sprake van een soort “arbeiderisme” dat politiek vooral vertaald werd in “socialisme”. De PvdA begon aan een socialistische revival onder invloed van Nieuw Links en menig linkse student werd zelfs lid van de Communistische Partij Nederland die toen uitblonk in een arbeideristisch taaltje.

Arie Groeneveld spreekt stakers toe tijdens een staking bij het blikfabrtiek Tomassen & Drijver in Oss (februari 1977). Foto: Petrus

In de vakbeweging leidde deze ontwikkelingen tot een zekere herontdekking van de klassenstrijd. De bekendste voorman van deze stroming was Arie Groeneveld, eerst voorzitter van de Industriebond NVV (1969-1979) daarna tot 1983 voorzitter van de Industriebond FNV, tot stand gekomen door een fusie tussen de Industriebonden van NVV en NKV. Vooral voor de NKV bond was deze koers een hele ommezwaai. Aan het begin van de jaren 70 was Piet Brussel als voorzitter van de NKV Industriebond nog traditioneel anti-communistisch. De maatschappijvisie van Arie Groenevelt stond daar dus haaks op.

Dat uiteindelijk NVV en NKV elkaar toch vonden en het CNV afhaakte is achteraf niet zo verwonderlijk. Het NKV was mede onder invloed van onder andere de Politieke Partij Radicalen, eind jaren zestig een afsplitsing van de Katholieke Volks Partij en de Anti revolutionaire Partij geradicaliseerd. Je zou kunnen zeggen dat NKV leiders ideologisch naar het NVV toe groeiden. Binnen het CNV was zulks minder het geval. Dat bleek meer dan het NKV verbonden te zijn met een levensbeschouwelijke -Christelijke – visie. In de begin periode van het FNV onder Wim Spit was er nog een FNV secretariaat “Vakbeweging, maatschappij en levensbeschouwing” waar nog plaats was voor de Katholieke Levensbeschouwing. Bij gebrek aan inspiratie stierf dat secretariaat echter een langzame dood.

Was de fusie tussen NVV en NKV een gevolg van noodzakelijke eenheid van de arbeidersklasse in het kader van de herontdekte klassenstrijd zoals NVV kringen het graag zien, het afsterven van de vooral de Katholieke levensbeschouwelijke opvattingen ( de Nederlandse bisschoppen hadden groen licht gegeven) of was er nog wat anders aan de hand? Volgens mijn vader, indertijd bestuurder van de Katholieke Voedingsbond Sint Joris, was het niet zozeer een ideologische kwestie, maar een kwestie van geld. Het NKV zou in financiële problemen zitten.

Of dat waar is, weet ik niet maar vaak komen vakbondsfusies tot stand vanwege financiële problemen mede als gevolg van ledenverlies. Een fusie is dan ogenschijnlijk de gemakkelijkste oplossing. Samen heb je meer leden en dus weer meer inkomsten totdat blijkt dat het ledenbestand blijft afnemen en de inkomsten dus ook. De fusie blijkt slechts een  noodverband te zijn en geen oplossing voor het achterliggende probleem van ledenverlies en wie weet ook slecht financieel beheer.

Na de fusie werden uiteindelijk ook de links ideologische veren afgeschud net als later Wim Kok ook zou doen bij de PvdA. De FNV paste zich aan de sterk veranderde arbeidsmarkt in Nederland aan. Daarin was geen plaats meer voor wat voor klassenstrijd dan ook. Ondanks zijn beleden radicalisme schakelde de FNV soepel over naar het poldermodel, een model dat hoe gek het ook mag klinken ooit de basis was voor het ontstaan van de Katholieke en Christelijke vakbeweging.

Je zou daarom kunnen zeggen dat dank zij de fusie met het NKV de FNV alsnog overwegend een overlegbond is geworden en geen actiebond ook al wil tot op de dag van vandaag het heimwee naar actie nog wel eens de kop opsteken. Het erfgoed van het NKV is via Wim Spit alsnog goed terecht gekomen. Internationaal is dat helaas minder het geval, maar dat is een ander verhaal.



donderdag 22 maart 2012

DE BONUSMAKERS KOK EN WALLAGE


Ik heb Wim Kok altijd hoog gehad. In zijn tijd als voorzitter van de FNV heb ik hem wel eens persoonlijk ontmoet. Ik vond hem het voorbeeld van een goede vakbondsleider. Hij was ook een betrouwbare PvdA fractievoorzitter en later premier van Nederland. Hij stond voor degelijkheid en soberheid, compassie en besluitvaardigheid. Hij sprak toen over de exhibitionistische zelfverrijking door topmanagers uit het bedrijfsleven.

Jacques Wallage vond ik daarentegen meer het jaren zestig type praatjesmaker. Geen persoon die mij aansprak al zal hij wel zijn verdiensten voor de partij gehad hebben. Van hem kon je verwachten dat hij voor het mooie baantje en het grote geld zou gaan. Van Wim Kok heb ik dat nooit gedacht.

Dat Wallage dan ook achter de salarisverhogingen en de miljoenenbonussen van de top van PostNl staat, past wel in het beeld dat ik van hem had. Maar dat Wim Kok daar ook achter staat terwijl het bedrijf ook nog eens honderden mensen weg bezuinigd, kan ik niet begrijpen. Waarom heeft hij dan die uitspraak gedaan over exhibitionistische zelfverrijking door topmanagers? Bovendien, heeft hij dan helemaal geen voeling meer met zijn voormalige vakbonds- en PvdA achterban? Ik snap er niks van.