In een zwart wit
filmpje in een documentaire over Dali zien we een verontwaardigde Dali
met zijn wandelstok een stel schilderezels omver slaan.(Zie de blog
'Dali en de Kantwerkster van Vermeer' voor de documentaire) Geen schilderezels op de foto, roept hij. Daar houdt hij niet van.
Je ziet dan al een glimp van een schilderezel met daarop een
schilderij dat veel weg heeft van een Mondriaan. Dali is in de studio
van de Noord Amerikaanse beroemde fotograaf Philippe Halsman om te werken aan
een fotoreeks van zichzelf die hij zelf heeft ontworpen. De scène
met de schilderezel heeft Dali zelf hoogst waarschijnlijk ook
bedacht, evenals de volgende scène waarin hij aan de hand van
Mondriaan les geeft over moderne kunst.
Hij staat als een
schoolmeester naast de schilderezel met daarop de vermoedelijk door
hemzelf gemaakte Mondriaan en geeft uitleg. Fotograaf Halsman staat
er met zijn camera om zijn nek bij als een schooljongen geduldig
luisterend naar Dali. Hij spreekt de naam Piet uit als Pjet, niet
ongebruikelijk voor Spaanstaligen, zo weet ik uit ervaring. Dan
herhaalt hij Pjet, Pjet, Pjet en verandert het in “njet” wat in
het Russisch nee betekent, zo legt hij uit. Vervolgens roept hij zijn
eigen naam Dali, Dali, Dali en dat wordt dan “da”, wat in het
Russische ja betekent.
Een deel van de puntenlijst van Dali (screenshot van de genoemde documentaire) |
Dan zien we in de
documentaire een puntenlijst, een schoolrapport dat Dali aan de hand
van een aantal criteria heeft gemaakt van de grote meesters der
schilderkunst. Dat lijstje heb ik nergens anders terug kunnen vinden
dus heb ik het op basis van de filmbeelden gereconstrueerd. Hij geeft
punten voor vakmanschap, inspiratie, kleurgebruik, ontwerp,
genialiteit, compositie, originaliteit en ambitie. Wat meteen opvalt
als je de lijst overziet, is dat hij zichzelf niet tot de grootste
meesters van de schilderkunst rekent, terwijl dat toch voor hand
ligt. Dali prijst immers zichzelf nogal eens de hemel in. Blijkbaar
is dat een pose en beseft hij wel degelijk dat sommige schilders zijn
meerderen zijn.
De door mij gereconstrueerde puntenlijst van Dali aan de hand van filmbeelden in de genoemde documentaire. |
Leonardo da
Vinci,Velazquez, Rafael en Vermeer laat hij voorgaan. Vermeer is
zelfs de absolute top van alle schilders op zijn lijstje. Vermeer
krijgt voor alle aspecten van de schilderkunst van Dali het maximum
van 20 punten. Dali zelf vormt samen met landgenoot Picasso en de
klassieke schilder Ingres een subtop. Dat de moderne kunstenaar
Picasso nog zo hoog scoort valt me mee van Dali. Misschien omdat hij
niet abstract is? De abstractere Manet en de veel abstracte Mondriaan
komen er in ieder geval veel slechter vanaf.
De klassieke schilders
- Meissonier en Bouguereau – krijgen van Dali ook lage punten. De
twee moderne schilders op het lijstje met lage cijfers zijn dus Manet
en Mondriaan. Mondriaan heeft zelfs alleen maar nullen. Blijkbaar is
Mondriaan voor Dali het absolute dieptepunt in de moderne
schilderkunst, de Njet ofwel de ondergang van de schilderkunst. De
Nederlandse schilderkunst kent dus volgens Dali met Vermeer en
Mondriaan zowel het hoogtepunt als het dieptepunt van de
schilderkunst.
Screenshot van de genoemde documentaire |
Volgens Dali “is de
hele hedendaagse kunst een ramp. Die ramp is de voorwaarde voor een
geestelijke renaissance”. Wij worden als kijkers uiteraard
verondersteld te beseffen dat met Dali die geestelijke renaissance
begonnen is. Hij is al twee jaar bezig met het schilderen van
anti-materie engelen. “Alle natuurkundigen hebben het tegenwoordig
over de anti-materie. Men beseft stilaan dat de materie de wetenschap
aan het ontsnappen is. Materie blijkt niets anders te zijn dan
energie. Alles waar men van aannam dat het materie was, is zich aan
het vergeestelijken,” aldus Dali. Dali presenteert zich als de man
tussen schilderkunst en moderne wetenschap die op weg is het
geestelijke leven als de echte materie te ontdekken. Maar van moderne
abstracte kunst moet hij niks hebben.
De critici vragen zich
dan ook af of Dali misschien de moderne kunst wil vermoorden? “Alles
wat Salvador Dali zegt, alles wat hij doet en bijna alles wat hij
schildert, heeft ten minste de verdienste al diegenen in verlegenheid
te brengen, te verwarren, zo niet te ergeren, voor wie de moderne
kunst regels en grenzen kent en die er niet aan denken haar zekerheid
ooit ter discussie te stellen. Dali maakt een stroom van
'uiteenlopende bewegingen' los op een gebied waar zowel critici als
kunstenaars maar al te vaak de gewoonte hebben voor zich uit te
dommelen. Het schandaal, de provocatie, de krankzinnigste
excentriciteit -karakteristiek voor de dandy – staan hem ter
beschikking voor kritische doeleinden, waarin de heiligschennis er
toe dient 'waarheid' aan het licht te brengen.Sinds 25 jaar richt
Dali's werk zich op het tegendeel van alles wat men 'de
schilderkunst' noemt' en heeft het tot doel de waarde te verminderen
van datgene wat door de huidige 'smaak' wordt voorgeschreven, het
Kubisme, de abstracte kunst, het Expressionisme enzovoort. Hij maakt
er gene geheim van , integendeel, hij verkondigt met luide stem zijn
voornemen ' de moderne kunst te vermoorden'. We moeten ons niet laten
foppen door het humoristische en delirische karakter van zijn
uitlatingen. Dali meent het serieus, zeer serieus, en de
'uitzonderlijke intelligentie' die André Breton hem in 1936
toedichtte, benut hij voor destructieve activiteiten waarbij het
aanzien van de gehele 'moderne kunst' het gevaar de rekening te
moeten betalen.” (blz. 498 in
'Salvador Dali, 1904-1989,
Het geschilderde werk, Robert Descharnes/Gilles Néret, Taschen).
Zo'n
vaart loopt het niet. Dali is op zoek naar geestelijke waarden. Hij
is bang dat de schilderkunst zich verliest in het materialisme,
abstract of niet. Hij wil de schilderkunst in dienst stellen van
fundamentele geestelijke waarden die voor alle mensen geldig zijn.
Daarom interesseert politiek hem niet, noch generalissimo Franco en
het Spaanse fascisme of het communisme als verzet daartegen. Hij is
met hogere waarden bezig. Of hij daarin geslaagd is, moet ieder voor
zichzelf uitmaken. In ieder geval laat hij in zijn schilderijen zien
dat er meer waarheid is dan de bewuste rationele, materiële
wereld.
Het
is tragisch dat Dali niet besefte dat Mondriaan daar op zijn manier
ook mee bezig was. Wat Dali
zocht in het onderbewuste (met dank aan Freud, voor wie hij grote
bewondering had) zocht Mondriaan in de zuivere beelding, het
universele in het particuliere. Beiden waren op zoek naar onze
oorspronkelijke geestelijke wereld. Het zuivere geestelijke en het
onderbewuste zijn twee kanten van dezelfde geest. De twee
grootmeesters van de schilderkunst
onderzochten met hun
schilderkunst, met hun beelden
deze twee zijden van onze
geest. Dali en Mondriaan
onderzochten met beelden de
beide kanten
van de menselijke geest:
het onderbewuste en het
universele.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten