Posts tonen met het label knsm. Alle posts tonen
Posts tonen met het label knsm. Alle posts tonen

vrijdag 28 oktober 2022

1. TERUG NAAR NIJMEGEN. HET VERTREK

De KNSM vrachtboot 'Trident Amsterdam' waarmee we de terugreis naar Nederland maakten.

De verrassing van de dag. Na alle moeite die we gedaan hebben om onze vertrekpapieren in orde te maken, neemt de douane niet eens de moeite om er naar te kijken. Ze vinden het allang goed dat we vertrekken. Het is overal hetzelfde liedje. De bureaucratie bedenkt allerlei maatregelen om de boel te ordenen en te reguleren maar aan het eind van het liedje faalt de controle.

Op de ‘Trident Amsterdam’, een broertje van de’ Trident Rotterdam’, het vrachtschip waarmee we gekomen zijn, zijn we niet de enige passagiers. De oude bekenden Katrijn en Kees gaan ook terug naar huis. Als reissecretaris van de werkgroep studiereizen ontwikkelingssamenwerking heb ik hun reis mee helpen organiseren. De werkgroep is een stichting die studenten in het kader van hun studie naar een ontwikkelingsland willen, op weg helpt.

Katrijn en Kees wilden als studenten van de sociale academie hun stage in Colombia lopen bij opvang voor straatkinderen in Bogotá. Dankzij een subsidie van de KNSM konden beiden op de vrachtboot meevaren. Ze waren enkele maanden voor ons vertrokken zodat ze al met al langer in Colombia zijn geweest dan wij. Toen ze hoorden van onze komst, heeft Katrijn haar moeder gevraagd een koffer mee te geven met extra kleren en drop. Volgens haar moeder is Katrijn verslaafd aan drop en die is in Colombia niet te koop. 

Op onze heenreis enkele maanden na hen vernamen we al bij gerucht op de boot dat Katrijn niet de gemakkelijkste is in de omgang. Ze bemoeide zich met het eten van de bemanning. Volgens haar kreeg de bemanning niet zo goed te eten als de passagiers. Een absurde veronderstelling omdat iedereen op de boot door dezelfde keuken werd bediend tot aan het vers gebakken brood toe. 

Bemanningsleden vertelden ons over de veel te korte mannenhemden die ze aan boord en in de havens droeg. Ze vonden dat een onnodige provocatie, een gebrek aan schaamtegevoel. Ik denk dat het voor de mannen aan boord moeilijk was zo een hittepetit aan boord te hebben waar ze volgens de strikte orders van de kapitein niet eens naar mogen kijken.

Hoewel ze samen in een hut sliepen, was alweer volgens enkele bemanningsleden de status van hun relatie niet duidelijk. Ik denk dat ze niet gewend waren dat een vrouw ondanks haar korte rokken of misschien wel dankzij de broek aan had.  Toen ik beiden leerde kennen was dat meteen duidelijk. Katrijn nam het woord en het initiatief. Kees was het zwijgende deel van het paar. Een trouwe hond die blij was met zijn baasje. Het is wat je noemt een modern gelegenheidsstel.

Tijdens ons verblijf in Colombia bezochten we elkaar een paar keer. We hebben een keertje een aantal activiteiten voor straatkinderen van hen meegemaakt, eenvoudige activiteiten zoals voetballen. Straatkinderen zijn er in Bogotá meer dan genoeg. Zelfs de kranten, de burgerlijke pers zoals Katrijn ze noemt, schrijven erover en publiceren foto’s van gamines, het woord voor straatkinderen in Bogotá. Hun leven als kind is een diep treurige, hartverscheurende bedoening die je niet onberoerd kan laten. 

Ze zwerven in groepjes door de stad in afgedragen, versleten kleren met kapot gelopen schoenen of op blote voeten. Sommigen hebben colberts aan die vijf maten te groot zijn wat ze een clownesk uiterlijk geeft. Soms krijgen ze te eten van willekeurige mensen maar ze worden bovenal met wantrouwen bekeken omdat ze bekend staan als dieven. Tot overmaat van ramp snuiven ze cement. Dat schijnt een hallucinerende werking te hebben. Slapen doen ze op straat of in rioolbuizen. Ze zijn gedegradeerd tot een vorm van menselijk ongedierte.

(wordt vervolgd)
 

vrijdag 13 augustus 2021

9. HET BELOOFDE LAND. HET VERTREK

 

Het goede schip "Sirius" van kapitein Haddock waarmee Kuifje op zoek gaat naar 'De Schat van Scharlaken Rackham' (Hergé, Casterman © 1947)



Daar ligt hij dan, het vrachtschip met passagiersaccommodatie ‘Trident Amsterdam’ van de Koninklijke Nederlandse Stoombootmaatschappij KNSM. Het is inderdaad een koninklijk schip of beter een majestueus schip. Ik heb geen verstand van schepen maar zo te zien heeft het veel weg van de “Sirius” van kapitein Haddock waarmee sterreporter Kuifje op zoek gaat naar “De Schat van Scharlaken Rackham”, mijn tweede Kuifjesboek. Ik ben toevallig in een van mijn eigen avonturenboeken terecht gekomen.

Dit is natuurlijk een bijzonder moment maar toch kijk ik er niet van op. Op de een of andere manier lijkt me dit de natuurlijke gang van zaken en ik ben zelfs zo brutaal te denken dat nog meer van zulke momenten in mijn leven zullen volgen. Niettemin is het spannend om aan boord te gaan, nota bene op weg naar Colombia aan de overkant van de oceaan. Dat had ik een jaar geleden niet kunnen denken. Dat de reis per schip gaat, maakt het nog wonderlijker.

Het afscheid van de familie op de kade is warm en hartelijk maar niet overdreven. Afscheid hoort nu eenmaal bij het leven en voorlopig gaan we er vanuit dat we elkaar nog dit jaar weer zullen zien. We krijgen van mijn moeder of is het van mijn schoonmoeder een netje met appelsienen mee voor onderweg. Appelsienen voor onderweg naar Colombia, hoe ironisch kan een liefdevol gebaar zijn? Het is komisch en ontroerend tegelijk en dat maakt het onvergetelijk.

Eenmaal in onze hut proberen we zicht te krijgen op wat ons nu overkomt en waar we mee bezig zijn. Amper een jaar voor God en Vaderland getrouwd, net voor vertrek verhuisd van de Jacobslaan naar de van de Havestraat, zijn we nu op reis naar de andere kant van de wereld. Het lijkt er op dat ons leven een nieuwe wending neemt maar we hebben geen idee waarheen maar dat maakt niet uit want we hebben er vertrouwen in dat het goed komt. Ik heb al vroeg geleerd dat dit de ware geest is om op avontuur te gaan. Met twijfelen of zekerheden kom je nergens.

Misschien nog even vertellen wat dit allemaal kost, want voor niks gaat de zon op. Ik betaal voor de oversteek en weer terug het symbolische bedrag van tien gulden per dag, een tegemoetkoming van de KNSM voor studenten die zich nuttig willen maken in de Derde Wereld. Aangezien wordt aangenomen dat de heen en terugreis samen dertig dagen duurt komt dat neer op 300 gulden. Dora daarentegen betaalt het volle pond ofwel honderd gulden per dag. Dat is zogezegd haar hele bruidsschat. Gelukkig hebben haar ouders geen moeite met de besteding van het geld aan deze reis. Misschien zien zij het als een soort huwelijksreis, wij zien het als een investering in ons beider toekomst.

We installeren ons in een hut met breed uitzicht over het voordek. Rechts naast ons bed is een patrijspoort waardoor we de donkerblauwe zee zien met daarboven een lichtblauwe lucht. De horizon deint samen met het schip zachtjes op en neer. Het schip is zo lang dat we de boeg van het schip niet goed zien. Direct voor ons zien we de rand van een laadruim met daarnaast laadbomen. Naast onze hut is een ruime rooksalon met tafeltjes en stoelen en een zithoek waar je je met een boek kunt installeren of naar muziek luisteren. In een wandmeubel staat een muziekinstallatie plus glazen.

Naast de rooksalon ligt de eetsalon met plaats voor twaalf personen, het maximaal aantal passagiers. Bij deze oversteek zijn we maar met vier passagiers, een ouder Belgisch echtpaar die met hun hele hebben en houden op weg zijn naar Venezuela waar hun zoon woont en wij. ’s Avonds en ’s middags eten we vaak in gezelschap van een van de hoofdofficieren, de eerste bootsman, de eerste stuurman en de kapitein. 

Eigenlijk is zo een boot een fabriek op zichzelf tot aan de energie voorziening toe. Het is vierentwintig uur in bedrijf. De keuken moet elke dag voor ongeveer 35 mensen, passagiers en bemanning, eten klaar maken; Er wordt elke dag vers brood gebakken. Het is een en al levendigheid vooral bij aankomst en vertrek in en uit de haven is het een drukte van jewelste met loodsen en douanecontrole en alles wat daarbij hoort. 

(wordt vervolgd)