Het jaar 1996 is geen verkiezingsjaar en toch wordt het voor de SP een historisch jaar. Voor het eerst in de geschiedenis van de SP en Oss komt de partij met twee wethouders in het college van B&W. Dat is niet geheel onverwacht, er zijn voortdurend spanningen tussen de coalitiepartijen CDA, VDG en VVD. Het jaar daarvoor was de coalitie al bijna uiteen gevallen door meningsverschillen over de perspectiefnota waarin het college zijn visie geeft over het komende jaar.
“In het college, daarentegen, botert het niet lekker. De VDG vindt het beleid van de andere twee partijen te conservatief, en dat botst. In 1996 leidt de vergadering over de perspectiefnota tot de val van het college. Dit is een nota waarin het college zijn visie geeft op de beleidsperiode van vier jaar. Van Loon van de VDG fractie vindt dat het college te veel bezuinigt, en dient een motie in. De oppositie en dus ook de VDG fractie, accepteert deze, en tijdens de “nacht van de VDG” valt het draagvlak onder de coalitie weg.
De VVD en het CDA doen er alles aan om aan de macht te blijven, en ze sturen aan op een coalitie van hun partijen met PvdA en D66. Jan Frankevijle van D66 wil echter niet met het CDA in een college. Ondanks verwoede pogingen om de democraat zover te krijgen, wordt dit college niet gevormd. Zonder de twee hoofden van D66 is er namelijk geen meerderheid. En dan is het zover: ruim twintig jaar na het begin, is er dan het eerste college met de SP. Een college van SP, PvdA, D66 en VDG wel te verstaan. De SP levert Jules Iding (stadsontwikkeling en wijkbeheer) en Henk van Gerven (sociale zaken en volksgezondheid), de PvdA levert Greet van Dam (onderwijs), de VDG levert Gerard Ulijn (cultuur en sport) en de D66 levert Jan Frankevijle (financiën en economische zaken).” (ROOD OSS, de geschiedenis van de SP in Oss)
De SP schrijft zelf over de gang van zaken het volgende:
“Door snel en adequaat reageren van de SP-fractie kon nu het CDA eindelijk buitenspel gezet worden bij de collegeonderhandelingen en lukte het om een college te vormen, wat op een stevige meerderheid kon rekenen in de raad én dat duidelijke invloeden van de SP met zich droeg. De samenwerkingsafspraken die tot stand waren gekomen hadden een duidelijk SP-karakter en dat kon bij de ledenraadsvergadering, voorafgaande aan de ondertekening, dan ook ieders goedkeuring wegdragen.” (Historie SP afdeling Oss 1993-1996)
Dat de vier progressieve partijen aan het avontuur met vertrouwen beginnen, blijkt uit de getuigenis van de D66 fractievoorzitter Jan Frankevijle in het boek Het Geheim van Oss (blz.396).
“Daarna hebben we een hele rij vergaderingen gehad en wat me het meest is bijgebleven, is dat we startten op basis van “wat bindt ons” en niet “waar liggen de verschilpunten”. Er gebeurde ook niks achter de rug van de anderen om, alles werd open aan tafel besproken. Ik denk dat dát de basis voor het succes was. Een van de dingen die ik tijdens de gesprekken merkte, was dat iedereen wel ene keer koffie inschonk voor de anderen. Dat was tekenend voor de sfeer. Dat was tekenend voor de sfeer. Die was zonder meer goed en inspirerend. Er werd gelachen en er was uiteindelijk onderling vertrouwen.”
D66 schrijft trouwens ook geschiedenis met zijn eerste wethouder in Oss.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten