Hoe verhoudt de mens zich tot het universum, de aarde en de natuur? Toen er nog een God bestond was dat duidelijk. De aarde, hemel en hel behoorden toe aan de mensen mits ze zich hielden aan de van God gegeven orde zoals vastgesteld door de kerk. Ze hoefden zich geen zorgen te maken want dat doen de vogels in de lucht en de leliën in het veld ook niet, aldus de Zoon van God in het Nieuwe Testament. Maar met de komst van de wetenschap komen de zaken heel anders te liggen, zeker als er zoveel mensen op aarde wonen die allemaal een auto en een huis willen, op vakantie gaan, een biefstukje op de bbq, leuke opleiding, gezondheidszorg en op zijn tijd een festival, een grootbeeld tv en ander vermaak.
Dankzij groeiend wetenschappelijke inzicht worden we meer en meer de ingenieurs van onze omgeving en nu dus zelfs van het klimaat. Wie had twintig jaar geleden kunnen denken dat we het klimaat gaan inrichten zoals we ooit de polders hebben gedaan? We slaan aan het rekenen en het meten, aan het verzamelen van gegevens, het maken van statistieken en van modellen. Honderden, computer modellen waarin de werkelijkheid wordt vastgelegd, tenminste dat denken we. Maar dan blijkt dat hoe meer we weten, we ook meer zorgen zijn. Eigen baas op aarde is een héél zware taak waarvan je je af kunt vragen of we dat ooit zullen aankunnen.
De Engelse demograaf, econoom en predikant Malthus (1766-1834) was de eerste die zich zorgen maakte of de aarde de bevolkingsgroei wel zou aankunnen. Hij was wat je noemt een statistische doemdenker, een geheel nieuwe tak aan de eeuwenlange geschiedenis van het doemdenken. Geen God die ons waarschuwt maar de cijfers.
“Malthus werd beroemd doordat hij wees op de potentiële gevaren van bevolkingsgroei: "Het vermogen van de mens tot bevolkingsgroei is onbegrensd veel groter dan het vermogen van de aarde om voor de mens een bestaan te produceren" Als anglicaanse predikant zag Malthus deze situatie als de manier waarop God de mens deugdzaam gedrag oplegde: hij beschouwde optimistische ideeën van sociale hervormingen als gedoemd te mislukken. Hij legde zijn lezers dus een dystopische, negatieve kijk op de wereld voor, dit in tegenstelling tot de utopia's van schrijvers zoals Rousseau en William Godwin. De ramp die zich voordoet wanneer de groei van de beschikbare middelen achterblijft bij de bevolkingsgroei staat bekend als een malthusiaanse catastrofe. “ (Wikipedia: Thomas Malthus)
Het idee dat we het zelf niet goed meer in de hand hebben of kunnen houden is daarna nooit weg geweest uit in ieder geval de Westerse beschaving. Vroeger was het een aangelegenheid van religieuze sektes die de ondergaan van de wereld voorspelden, tegenwoordig draagt de wetenschap kennis en inzichten aan die al net zo hard naar een mogelijke ondergang verwijzen. Vandaag de dag zijn er mensen als Greta Thunberg die op grond van wetenschappelijke opvattingen menen dat het echt gedaan is met de wereld als er niet vlug maatregelen worden genomen.
Ondnaks het statistische gelijk van Malthus, de wereldbevolking is alleen nog maar meer gegroeid, is zijn voorspelling niet uitgekomen. Ondanks de dramatische groei van de wereldbevolking heeft de mensheid het min of meer gered, in het ene land beter dan het andere maar een ondergang van de wereld is nooit nabij geweest zelfs niet tijdens de twee wereldoorlogen die toen nog moesten komen. Onvoorziene rampen en oorlogen daargelaten, konden landbouw, veeteelt en industriële ontwikkeling grotendeels het aantal te vullen monden bijbenen. Tegelijkertijd werd de bevolking ouder (vergrijzing) en gezonder.
(wordt vervolgd)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten