maandag 30 april 2018

ONRUST IN HET KNUFFELPARADIJS

Geen schilder heeft zo goed de verwarring tussen mens en dier in beeld weten te brengen 
dan deBrabantse schilder Hieronymus Bosch. 
(Fragment uit het rechterpaneel van "De Tuin der Lusten", 
getiteld "Het Laatste Oordeel")

De katholieke schrijver Gerard Reve vroeg zich af of dieren ook katholiek waren en in de hemel konden komen. Een vraag die ons er aan herinnert dat sommige mensen over dieren praten alsof het eigenlijk net mensen zijn, tenminste de wat groter formaat dieren. Voor de kleintjes is zulk meeleven niet weggelegd. Die mogen zich dood vliegen tegen autoruiten. 

Dieren zijn gemakkelijker dan mensen. Als je ze eenmaal getemd hebt dan heb je rust en liefde van ze. Ze laten zich gemakkelijker knuffelen dan menig mens. Ze spreken je niet tegen, beginnen geen ongemakkelijke discussies en kunnen niet stemmen. 

In onze consumptiemaatschappij met overdaad aan eten en drinken, we worden alsmaar dikker, is voor veel mensen het dier op de eerste plaats een knuffel geworden en wie wil nou zijn knuffel dood maken om op te eten? Dat het in de natuur vaak eten is of zelf opgegeten worden, wil men niet meer weten. In ons beschaafd en geprogrammeerd consumptieparadijs komen we zulke “wilde” dieren niet meer tegen tenzij in de dierentuin achter tralies of in een natuurfilm. 

Dat vinden dierenliefhebbers dan weer zielig. Dieren "horen" niet achter tralies. dat is waar maar ze "horen" ook niet in een doorzonkamer de hele dag te zitten en gevoerd te worden. Bij ziekte er mee naar een dierenarts gaan, is net zo min natuurlijk. Dus wat is het nu? Een dier mag gebruikt worden als huisdier of een dier hoort thuis in de natuur? 

Sommige mensen zijn voor dat laatste. Terug naar de natuur met de dieren en de planten. We moeten de natuur of teruggeven wat we genomen hebben of op zijn minst in stand houden wat er is. Verandering is uit den boze want achteruitgang voor de natuur. Onzin natuurlijk, want de natuur is constant veranderd tot aan de ligging van de zeeën en de continenten toe. 

Volgens dit nostalgisch, romantisch, utopische gedachtengoed moeten unieke broedgebieden blijven waar ze zijn. De Wadden zijn een uniek natuurgebied dat we moeten laten zoals het is. Maar een terug naar de natuur is in een dicht bevolkt land als Nederland niet mogelijk als het al ooit ergens is uit te voeren. Nederland is al lang een groot stadspark geworden, waar alles georganiseerd en gepland is, ook de natuur. Ik zou zeggen, wen er maar vast aan of begin naders een campagne om Nederland te ontvolken. 

In de Oostvaardersplassen kwam het tot een botsing tussen preciezen en rekkelijke natuurgelovers. Aan de ene kant degenen die ten koste van dierenleed terug willen naar de natuur ook al is het maar op een beperkt aantal hectaren achter hekken. Aan de andere kant de mensen die de dieren zien als een ander soort medemens die geknuffeld en beschermd moet worden zonodig tegen de natuur. De laatsten vinden dat dieren achter een hek bijgevoederd moeten worden, de eersten vinden dat dieren op natuurlijke wijze dienen dood te gaan desnoods aan honger en ziekte. 

Beide groepen hebben mijns inziens ongelijk. Door dieren op “onnatuurlijke” wijze bij te voederen in wintertijd zal de populatie achter het hek onvermijdelijk te groot worden en dan moeten er alsnog dieren afgeschoten worden. Dieren achter een hek zetten om ze daar op natuurlijke wijze te laten leven en dood gaan is net zo “onnatuurlijk”. 

Wij mensen hebben de natuur al lang geleden naar onze hand gezet en nu zitten we met de gebakken peren. Wat “natuurlijk” zou zijn, is voor ons mensen als gevolg van ons eigen optreden in de natuur ongrijpbaar geworden. Het gevolg is begripsverwarring en knetterende ruzies hoe het nu verder moet. Het dierenrijk omtoveren tot een knuffelrijk of de dieren onderbrengen in kleine natuurparadijzen waar ze volgens de wetten van de natuur zouden leven en sterven. Het meest logische zou zijn om Nederland te ontvolken en zo het land terug te geven aan de natuur.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten