Nederland heeft het moeilijk. |
Op een gegeven moment
vond ik dat ik aan ontwikkelingshulp moest doen, niet praten maar
doen. Gepraat werd er al genoeg. Ik had op de Carmelieten HBS in Oss
al geleerd dat je zoiets vanuit je hart moet doen, je medemens wat
gunnen. Een kwestie van naastenliefde dus. Later kwam daar als
vanzelfsprekend rechtvaardigheid bij en dan vooral sociale
rechtvaardigheid. Die basis is eigenlijk nooit veranderd al is er in
de loop der jaren natuurlijk af en toe hevig getwijfeld. Het zou niet
goed zijn als dat niet het geval zou zijn geweest.
Een van mijn eerste
twijfels was zoals bij alles wat je doet of het wel nut heeft? Dat
begon al toen ik voor het VN ontwikkelingsprogramma in Mexico werkte.
We hadden 5 miljoen dollar per jaar te besteden. Apenootjes als je
keek naar de omvang van de problemen in dit enorm grote land met zijn
krottenwijken zo groot als een miljoenenstad en een armoedig,
ongeletterde platteland waar arrogante politici en gewetenloze
zakenlieden de scepter zwaaiden. Bovendien werd beweerd dat de
Mexicanen de uitvinders van corruptie waren.
Nederland heeft het de ene dag wat moeilijker dan de andere dag. |
Moet je in zulk geval
stoppen? Mijn Noord Amerikaanse VN baas vond van niet. Hij zag het VN
ontwikkelingsprogramma als deel van het grotere VN geheel en de VN
mag dan niet goed werken, soms zelf corrupt zijn, het is altijd beter
dat men met elkaar blijft praten dan oorlog voeren. Praten kost geld
maar oorlog voeren nog meer, was zijn korte maar krachtige filosofie.
Ik was dat met hem eens en dus bleef ik in de VN geloven net als
PvdA minister Pronk voor Ontwikkelingssamenwerking. Als jonge
idealistische ontwikkelingswerkers vonden we wel dat Nederland af en
toe harder aan de bel mocht trekken. Per slot van rekening was
Nederland een van de grootste donors in de wereld.
In Nederland werd toen
niet getwijfeld aan het beginsel van ontwikkelingssamenwerking. Wel
werd er telkens naar betere wegen gezocht om de armoede en het
sociale onrecht sneller en efficiënter uit de wereld te helpen. Dat
leidde dan weer vaak tot allerlei trendy en modieuze aanpassingen van
het beleid waar men in ontwikkelingslanden niet altijd veel van
begreep. Ontwikkelingssamenwerking was toen in Nederland vooral ook
linkse politiek. Op een gegeven moment werd het socialisme als de
oplossing van alle kwaad gezien totdat bleek dat centrale planning
van een economie in een onderontwikkeld land juist niet werkt.
Daarvoor ontbreekt het aan kennis, deskundigen, betrouwbare
maatschappelijke instellingen en instituten en vooral ook stabiele
politieke verhoudingen.
Sommige Nederlanders hebben het iets minder moeilijk. |
Maar ondanks al dat
onderlinge vaak ook partijpolitieke gesteggel bleef in Nederland het
hart op de goeie plaats zitten en dat is en blijft per slot van
rekening de basis van alles. Rond de eeuwwisseling is daar echter de
klad in gekomen. Met de crisis kwam de doorbraak van Wilders. Die
begon ongegeneerd het eigen belang van de natie te verkondigen.
Waarom zou je armoezaaiers in de rest van de wereld helpen als in
eigen land de nood hoog is? Wilders verklaarde Nederland tot een
noodlijdend land en verschafte daarmee aan iedereen die wilde het
alibi om de rest van de wereld te laten vallen. Je zou het nog kunnen
begrijpen indien Nederland echt een noodlijdend land zou zijn maar
dat is het niet.
Materieel gezien is
Nederland een van de rijkste landen in de wereld, geestelijk staat
het er echter minder florissant voor. Nederland predikt dank zij
Wilders en in zijn voetspoor Bolkestein en andere VVD corifeeën
materiële welvaart als het hoogste goed wat een mens kan bereiken.
Wat natuurlijk flauwekul is. Hoeveel geld en rijkdom je ook hebt, het
kan nooit je leven vullen. Gek genoeg kan dat geestelijke rijkdom wel
ook al ben je arm en behoeftig. Niet dat ik zo'n toestand aanbeveel
maar het is toch wonderlijk hoe getroffen je kunt worden door
gastvrijheid, solidariteit en vreugde in een naar onze begrippen
armoedig milieu.
Nederlanders zoeken het geluk soms op het water. |
De basishouding voor
ontwikkelingshulp, naastenliefde en solidariteit, is als gevolg van
deze nationale knieval voor het gouden kalf van het materialisme ook
nog eens vergiftigd met egoïsme en jalouzie. Notities als die van
Minister Ploumen over ontwikkelingssamenwerking, hoe goed bedoeld
ook, kunnen daar niets aan veranderen. Daarmee komt de zaak niet
verder dan wat partijpolitiek gesteggel, onderlinge belangenstrijd en
gekrakeel over wie het gelijk aan zijn kant heeft. Onze enige hoop is
dat de burgers en kiezers die kruideniersmentaliteit van Wilders en
Bolkestein c.s. een keertje spuugzat worden en weer op zoek gaan naar
zaken die er toe doen. Tot die tijd wordt het afzien.
Een goede weergave alleen hebben de economische belangen verstrengeling er een totaal andere betekenis aan gegeven
BeantwoordenVerwijderenBelangenverstrengeling of een sluipende corrumpering van idealen?
VerwijderenIk denk dat ook meespeelt dat al die miljarden aan ontwikkelingshulp de zaak in veel landen niet echt vooruit heeft geholpen. Alle beetjes mogen dan helpen, maar als je na meer dan 50 jaar ontwikkelingshulp moet concluderen dat de armoede en ellende in de wereld nog lang niet zijn verdwenen, stel je je vragen. Overigens pleit ik hiermee uiteraard niet in het voordeel van Wilders. Ge kent me.
BeantwoordenVerwijderenHet ozu naïef zijn te denken dat je met ontwikkelingsgelden de armoede de wereld zou hebben uitgekregen. In de praktijk heb ik de ontwikkelingssamenwerking ervaren als projecten met een dialoog. dat veel projecten mislukken spreekt vanzelf kijk maar eens naar het Rijksmuseum dat vandaag met veel bombarie wordt geopend, 6 jaar te laat en met verspilling van miljoenen. Over al die andere projecten in een triple A land als Nederland zullen we het dan maar niet hebben.
VerwijderenTerugdraaien van ontwikkelingshulp is eigenlijk niet veel anders dan landen in armoe vragen om ons land meer geld te geven om onze rijkdom op peil te houden.
BeantwoordenVerwijderenScherp gezien Aad!
Verwijderen