Posts tonen met het label dienstmeisjes. Alle posts tonen
Posts tonen met het label dienstmeisjes. Alle posts tonen

zondag 27 januari 2013

DIENSTMEISJES (vervolg)

Ons Colombiaans dienstmeisje at mee aan tafel.

Tijdens mijn verblijf in het buitenland deden mijn vrouw en ik samen ervaring op met dienstmeisjes. Eerst kwamen we te wonen in appartementen waar het dienstmeisje als het ware bij de huur zat inbegrepen. Mijn vrouw en ik waren privacy gewend en alles zelf te doen en dan is het heel gek dat plotseling iemand anders je als het ware voortdurend achterna loopt om jouw rommel op te ruimen, in je keuken staat te grasduinen en je was te sorteren. In ons blootje van de slaapkamer naar de douche lopen, was er niet meer bij.

Het ergste vonden we het apart eten. Eerst dekte onze dienstmeisje de tafel voor ons. Na onze tafel afgeruimd te hebben, at zij in de bijkeuken. Dat vonden we onverdraaglijk. We voelden ons er zo ongemakkelijk bij dat we besloten haar met ons mee te laten eten. Het gevolg was dan wel dat je voortaan met z'n drieën was. Al gauw begon ze zich lid van het kleine gezin te voelen - wist zij veel - met alle gevolgen van dien. Zij dacht dat ze voortaan mee mocht beslissen over het hoe en wat in huis. Onze goed bedoelde menselijkheid liep uit op wederzijdse ergernis. Voordat het mis ging, gingen we terug naar Nederland. Nooit geen dienstmeid meer voor ons, dachten we.

Totdat in ander land op een andere post een dienstmeisje bij vrienden ons vroeg of we haar zus niet in dienst wilden nemen? Ze hadden het geld thuis dringend nodig en volgens mijn Zweedse vriend konden wij dat wel missen. We streken de hand over ons hart en namen Juana in huis, een dorpsmeisje van het armoedige Mexicaanse platteland.

Ik kan je verzekeren dat mijn vrouw er alles aan deed om het haar niet moeilijk te maken. We beschouwden Juana meer als een middel om een arm gezin ergens 200 km verderop te subsidiëren dan een als een dienstmeisje. Ze wilde graag op naailes. Prima toch. Was ze ook even onder de voeten uit. Het wasgoed scheiden in bont en wit leerde ze daarentegen nooit, hoe vaak het haar ook werd uitgelegd. Hetzelfde liedje in de keuken. Zo lang ze traditioneel Mexicaans eten mocht klaarmaken, ging het goed maar owee als we eens wat anders wilden.

Wat we ook deden en bedachten, ze bleef ongelukkig. Ze miste haar dorp, haar ouders en wie weet misschien wel een vriend. Toen we zowat een jaar later na een reis van een paar dagen thuiskwamen, vonden we een briefje op de keukentafel in haar onhandige bijna onleesbare handschrift waarin ze ons bedankte voor alles. Ze had besloten terug naar huis te gaan. We hebben Juana nooit meer gezien. Haar oudere zus, de dienstmeid van onze vrienden, is zich nog komen verontschuldigen. Dat vonden we niet nodig. Wij vonden het zo al lang prima. We hadden ons eigen gezinsleven weer terug. Dank je wel Juana dat je liever thuis was dan bij ons te werken.

Ik lees dat Antoinette een proefschrift schreef over dienstmeisjes in Saoedi Arabië en Dubai (zie mijn vorige blog). Met die kant van de wereld heb ik geen persoonlijk ervaring opgedaan met dienstmeisjes. Wel heb ik in Indonesië jaren geleden jonge vrouwen gesproken die van plan waren als dienstmeisje te emigreren naar die landen. Op de vakbondscursus spraken vrouwen die er zelf jaren gewerkt hadden. Geen mooie verhalen. Integendeel, veel ellende over de de heren des huizes, de vrouwen die zich voor alles te goed voelen, hun totaal rechteloze positie en hun oh zo diepe heimwee naar eigen land en cultuur en niet te vergeten geborgenheid en veiligheid ondanks de armoede. Toch vonden de meeste jonge vrouwen dat ze het er op moesten wagen. Ze wilden net als onze Mexicaanse Juana hun familie helpen en wie weet konden ze ook nog wat voor zichzelf verdienen. 

Wat een ellende staat hun nog te wachten? Gelukkig zijn we daar in Nederland vanaf dacht ik toen. Wist ik veel dat de vrijheid van de ene vrouw, een soort slavernij ver van huis voor de ander met zich meebrengt. Mag je dat nieuwe slavernij noemen of overdrijf ik dan? Ik kan me ook niet aan het idee onttrekken dat we met onze emancipatie rondjes om onszelf draaien. Ik ga maar een pintje pakken.

zaterdag 26 januari 2013

DIENSTMEISJES

Uit het fotoboek van mijn oma. Een ons onbekende dienstmeid, vermoedelijk een vriendin van haar.


Dat ik dit nog moet meemaken! Een pleidooi van Antoinette Vlieger in mijn lijfblad NRC Handelsblad ( 'Fulltime werken kan: met hulp in huis', 24/25 januari) voor het toelaten van meer buitenlandse hulp in Nederlandse huishoudens. De cirkel is rond. De Nederlandse vrouw moet voltijds kunnen werken en daarvoor is dus hulp in de huishouding uit het buitenland nodig. In mijn jeugd heette zo'n hulp dienstmeisje of recht toe recht aan werkster of in Vlaanderen poetsvrouw. Mijn oma aan vaders kant was voor dat ze trouwde dienstmeid geweest bij goeie families.

Ja, vrouwen moesten vroeger ook al werken. Niks nieuws onder de zon. Bitter noodzaak was dat. Teveel kinderen thuis, te weinig inkomen dus de dochters het huis uit als dienstmeisje scheelde al meteen een slok op een borrel. Als ze dan ook nog wat overhielden van hun kost en inwoning was dat mooi meegnomen voor de rest van het gezin. Want wat je verdiende was gezinseigendom en niet een zakcentje om leuke kleren voor te kopen of uit te gaan. Dat was voor dat soort mensen niet weg gelegd. Uitgaan deed je een keer in de week. Naar de zondagse mis.

Uit de discussie in NRC over parttime werkende vrouwen begrijp ik dat de Nederlandse vrouw van vandaag full time moet werken om straks niet in de armoedeval van het gebrekkige pensioen te vallen. Vertrouw niet op je partner of je kinderen maar alleen op jezelf als vrije en onafhankelijke vrouw is het devies. Wat je maar vrij en onafhankelijk noemt. Je hele leven loonslaaf om straks van je pensioen te genieten als je voor die tijd al niet onder de zoden ligt, dementeert of in een vervallen verzorgingstehuis bent ondergebracht door je ondankbare kinderen terwijl je ex zich ook nog vermaakt met een jong ding. Lach niet. Ik ken mannen die hun leven hebben vergald en hun dromen verknalt vanwege hun pensioen. Een andere baan zou hun pensioen in gevaar brengen. Dat komt ervan als je vrij wilt zijn en van het leven genieten met volledige garantie voor de toekomst.

Uit het fotoboek van mijn oma. Een onbekende vriendin vermoedelijk ook dienstmeid.

Mijn oma had geen mooie herinneringen aan haar tijd als dienstmeisje. De gang schrobben met koud water en zeep op je blote knieën, zo vertelde ze . De was doen in de winter was iets verschrikkelijks Je handen werden paars en rood. Poetsen, stoffen, vegen, bedden afhalen en opmaken, WC's schoonmaken enz. De vrouw des huizes was je baas en die waren volgens mijn oma nooit gemakkelijk. De moeder van mijn vrouw, de oma van mijn kinderen onderging voor, tijdens en na de oorlog hetzelfde lot. Maar haar bazen waren iets gemakkelijker: een kruideniersvrouw en een bakkersvrouw. Die hadden wel andere zorgen aan hun kop dan de mooie madam uithangen. Die hadden begrip voor hun dienstmeid.

Trouwen was voor hen een bevrijding van dit vernederende werk. Zo lang als het duurde, want het kan natuurlijk altijd misgaan in een huwelijk. Maar dat was nog altijd beter dan je leven lang de dienstmeid zijn bij een ander in huis. Je sliep onder het dak van een ander in een kamertje ergens achteraf, je at in de keuken van een ander, je moest de rommel en de rotzooi van een ander opruimen en altijd netjes gehoorzamen. Het chagrijn, geruzie, pesterijen van kinderen, de onhebbelijkheden van de vrouw en/of de heer des huizes moest je er allemaal bijnemen. Wat waren mijn oma en mijn schoonmoeder blij dat ze daar na hun trouw vanaf waren.

Wordt vervolgd