dinsdag 13 december 2022

PINDAKAAS VOOR SURINAME


 

Wat de houding van Indonesië tegenover het koloniale verleden en de slavernij bepaalt, is de onafhankelijkheidsoorlog. Indonesië heeft zich ten koste van veel levens en diepe sporen in de samenleving los gevochten van Nederland. Eenmaal die oorlog gewonnen, heeft het land nauwelijks nog behoefte zich te bewijzen tegenover de oude koloniale meester. Die heeft immers in 1949 het hoofd gebogen met de soevereiniteitsoverdracht van het koloniale Nederland aan het bevrijde Indonesië.

Hoe anders is het in Suriname gegaan. Daar is de soevereiniteitsoverdracht het gevolg geweest van een wereldwijde politieke ontwikkeling waarin geen plaats meer was voor koloniale verhoudingen. Het “meest progressieve” kabinet dat Nederland ooit gehad heeft, Kabinet -Den Uyl (1973-1977) wilde dan ook een einde maken aan de Nederlandse koloniale geschiedenis. Suriname stond daarbij bovenaan het lijstje.

In Suriname waren de meningen over die onafhankelijkheid verdeeld. Men vreesde dat etnische verdeeldheid de Surinaamse eenheidsstaat zou kunnen bedreigen. Om de spanningen daaromtrent te verminderen werden ventielen ingebouwd. Surinamers konden kiezen tussen de Nederlandse en Surinaamse nationaliteit en het land kreeg een flinke bruidsschat van Nederland.

Dat blijkt niet genoeg. Nederland moet het hoofd dieper buigen voor zijn koloniale verleden dan bij de soevereiniteitsoverdracht in 1975 is gebeurd. Naast excuses worden nieuwe “randvoorwaarden” gesteld zoals het verbieden van het woord neger, het bannen van Zwarte Piet uit de publieke ruimte en uiteraard geld als herstelbetaling in de vorm van kwijtschelding van schulden.

Wat me opvalt is de kinderlijkheid van randvoorwaarden als het negerwoord verbieden en het van overheidswege uitbannen van Zwarte Piet. Het doet me denken aan een Surinamer die blij was dat Nederland verkiezingswaarnemers had gestuurd tijdens de verkiezingen in 1987 die een einde moesten maken aan de dictatuur van Bouterse. 

Voor hem was mijn aanwezigheid namens Nederland een teken dat Nederland weer hulp zou gaan geven zodat hij straks weer pindakaas uit Nederland kon eten. Nederland was voor hem nog altijd de voogd van Suriname. Een restant van het kolonialisme dat nog niet weg is uit Suriname. Geestelijke dekolonisatie/ontvoogding kost tijd, misschien wel twee of drie generaties. Het is te hopen dat de Nederlandse excuses voor zijn slavernij verleden daaraan bijdragen. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten