Hoe schrijf je een scriptie? Eerst dacht ik een grootse en meeslepende wetenschappelijk verhandeling te schrijven. Geen idee hoe precies, maar ik wilde alles zeggen wat ik er zeggen valt en dat is veel en origineel, dacht ik.
Maar mijn wetenschappelijke begeleider tevens mentor Frans Rosier heeft mij in Colombia behoedzaam gemaakt. Jonge wetenschappers maken het zichzelf veel te moeilijk, zo sneerde hij af en toe als we weer eens in een ingewikkeld gesprek over de Marx en God hadden.
Ze willen onnodig geleerd doen met gewichtige verwijzingen en een uitgebreid notenapparaat terwijl de eenvoudige dingen des levens hen ontgaan, beweerde hij. Hij relativeerde daarbij zijn eigen rol als mentor daarbij voortdurend. Hij zei me herhaaldelijk niks te snappen van politicologie. Ergens in de verte klonk dat alsof hij het een modieus vak vond, maar zeggen deed hij dat nooit.
Ik had er geen probleem mee dat hij niks wist van politicologie. Politicologie is bijzaak. Hoofdzaak is dat ik een land als Colombia sociaal en politiek leer begrijpen. Zijn scherpe waarnemingen en zijn brede ervaring in Colombia zijn daarbij voor mij van groter nut dan een theoretische verhandeling over het politieke partijenstelsel.
Maar leg dat maar eens uit aan een professor in Nijmegen die zweert bij wetenschap volgens het boekje. Had die niet ooit tijdens een van zijn eerste colleges gezegd dat politicologie straks een net zo geordende en strak georganiseerde wetenschap zal zijn als de medische wetenschap? Zullen straks niet politicologen in een witte jas politicologische studies uitvoeren die de basis zullen zijn van overheidsbeleid? Zal de politicoloog straks niet zijn als een arts die politieke ziektes te lijf gaat?
Een toekomstbeeld van de politicologie waar ik vriendelijk voor bedank. Ik voel me toch al niet aangetrokken tot een wetenschappelijke carrière zo die al mogelijk zou zijn. Ik vind het niks om opgesloten in een studeerkamer uit te zoeken hoe politiek en maatschappij in elkaar zitten. Daarvoor ben ik teveel een doener al moet je het nadenken over wat je doet niet laten.
Je kunt toch ook geen goeie timmerman worden door alleen maar verhandelingen over timmeren te lezen zonder ooit zelf iets in elkaar te timmeren? Zo is het ook met politiek en maatschappij. Wil je daar enige vat op krijgen, hoe gering ook dan zul je er zelf mee aan de slag moeten.
Rosier in dit opzicht een bron van inspiratie en ondanks ons leeftijdsverschil ook een goede vriend. Hij is als priester en pater de wereld in getrokken. Heeft niet uit alleen boekjes gelezen over God en de mensen maar is naar de mensen toegegaan. Hij is op zoek gegaan naar God bij de mensen en heeft daarna zijn ervaringen te boek gesteld.
Zo wil ik het ook doen. Ik ben niet op zoek naar God, maar naar sociale rechtvaardigheid en om te weten hoe dat zit, moet ik me onder de mensen begeven. Sociale rechtvaardigheid prediken is een ding maar meewerken aan het bevorderen van sociale rechtvaardigheid is beter. Daarvoor moet ik me op de een of andere manier onder de mensen begeven.
Met dit allemaal in mijn achterhoofd, besluit ik mij niet langer te forceren tot het schrijven van een baanbrekend politicologisch werk over de Liberale en Conservatieve Partij in Colombia, maar mij te beperken tot een simpele afstudeer scriptie uiteraard met een goed notenapparaat om professor Hoogerwerf en zijn wetenschappelijke ambities tevreden te stellen. Per slot van rekening moet ik wel een voldoende halen.
Toen dat inzicht bij me was ingedaald, ging het schrijven van de scriptie een stuk gemakkelijker. De last om alles wetenschappelijk theoretisch te verantwoorden was van me afgevallen. In de beperking kent men de meester. Dat vindt Hoogerwerf blijkbaar ook want hij is zo genereus om mij op 7 juli 1972 een voldoende te geven met de opmerking dat het bijzonder te waarderen was dat ik zoveel moeite had gedaan om ook nog Spaans te leren. Inderdaad, je moet je taal wel spreken als je de mensen wil verstaan en begrijpen.
(wordt vervolgd)
Goed gedaan!
BeantwoordenVerwijderen