maandag 30 mei 2022

OORLOGSBULLETIN 18

 


In een reportage van de VPRO spreekt een uit Wit Rusland naar Litouwen gevluchte jonge vrouw over hoe zij naar Rusland kijkt. Volgens haar is een van de problemen van De Russen dat ze nooit hebben afgerekend met het duistere Stalin verleden en de Duitsers wel met het Nazi verleden. In Duitsland zijn Nazi’s veroordeeld voor hun misdaden en de staatsinstellingen gedenazificeerd. Rusland is nooit gedestaliniseerd.

Het verschil is dat Duitsland zijn oorlog verloren heeft en Rusland gewonnen. Het verlies van de oorlog dwong de Duitsers, aangemoedigd door de geallieerden verantwoording af te leggen over wat ze de wereld hadden aangedaan met hun oorlog en misdaden. Stalin daarentegen liet zich kronen als de Grote Overwinnaar en kon zo zijn misdaden ongehinderd voortzetten, niet alleen in eigen land maar ook in de Sovjet satellietstaten zoals de honger-genocide (Holodomor) in de jaren dertig van de vorige eeuw waarbij naar schatting tussen de 2,5 en 7,5 miljoen Oekraïners omkwamen. Terwijl het Nazisme voortaan tot het rijk van het kwaad behoorde, kon dankzij Stalin het communisme met al zijn misdaden voortwoekeren.

De enige die ooit de moed heeft gehad om min of meer met Stalin af te rekenen was Chroesjtsjov overigens zelf ook lang mededader aan de Stalinistische massa executies bij regionale zuiveringen. In een geheime toespraak op een partijcongres in 1956 klaagde Chroejstsjov de extreme persoonsverheerlijking van Stalin aan alswel zijn misdaden tijdens de Grote Zuivering waarbij meer dan 50.000 regionale functionarissen werden geëxecuteerd.

Die onthulling en veroordeling had verder geen vervolg voor de staatsinstellingen en de toenmalige medewerkers van Stalin. De leugenachtige rechterlijke macht, de KGB, de geheime politie, de politie, het leger, de al even leugenachtige media enz. konden doorgaan alsof er niets was gebeurd.

Pas met de val van de muur (1989) en het Sovjetrijk leek het erop dat er eindelijk een beweging op gang te komen die de waarheid over het Stalinistische communisme  openlijk aan de kaak zou gaan stellen. Maar dat gebeurde uiteindelijk niet. President Jeltsin besefte niet dat een democratie gebouwd moet worden op waarheid en rechtvaardigheid. Ook hij liet na om de staatsinstellingen te destaliniseren.

Erger nog hij stelde zijn vertrouweling Putinski, de voormalige KGB’er, die tot grote hoogte was opgeklommen in de Petersburgse bureaucratie, als zijn opvolger voor. Deze reactionair van het zuiverste water zag zijn kans schoon om zichzelf en zijn voormalige KGB vriendjes te rehabiliteren maar ook de basis te leggen voor een herrijzing van het imperiale Sovjet-Tsarenrijk. En net als in 1917 tijdens de Kerenski periode (1917) kreeg ook nu de democratie geen kans. Zou de val van Putinski als gevolg van zijn misrekening met de inval in Oekraïne dan eindelijk het begin kunnen zijn voor het Russische volk om af te rekenen met het verleden om alsnog een waarachtige democratie op te bouwen? 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten