De Koninklijke Nederlandse Academie houdt een flinke slag om de arm bij het antwoord op deze vraag. “Als we het scenario volgen van het gebruik van steeds meer fossiele brandstoffen geven de modelprojecties aan dat de gemiddelde temperatuur op aarde in het jaar 2100 tussen de 1,1 en 6,4 graden hoger zou kunnen zijn dan in 1990.” (‘Klimaatverandering, wetenschap en debat ’ verschenen in 2011, blz.34)
Maar ook deze vaststelling staat ter discussie zo schrijft de Koninklijke Academie zelf. “In het klimaatdebat spelen speculaties over die onder - en bovengrens een belangrijke rol. Er zijn klimaatonderzoekers die redenen hebben te denken dat het klimaat minder gevoelig is en dat stijging van de temperatuur bij een verdubbeling van het kooldioxidegehalte hooguit 1 graad zal zijn, en onderzoekers die menen dat het door de toename van kooldioxide helemaal niet warmer zal worden; er is eigenlijk niemand die meent dat de toename leidt tot afkoeling.” (blz.19)
Andere deskundigen stellen vast dat wat de modellen voorspellen niet overeenkomt met satellietmetingen en dat er volgens die metingen veel minder opwarming is.
“Volgens het gemiddelde van 120 climate model runs zou de opwarming van de atmosfeer vanaf 1979 0, 214 graad Celsius per decennium bedragen. De (gemeten) werkelijkheid tussen 1979 en 2015 is 0, 091 graad Celsius per decennium. De laatste jaren is er zelfs sprake van een daling. Zie de rode lijn in figuur 1 hierboven." (Ap Kloosterman, Is de klimaatfobie nog te keren?)
Het is op zijn minst verontrustend dat de modellen en de metingen niet met elkaar overeenkomen. Ligt dit aan de modellen gebouwd op basis van veronderstellingen of aan de metingen? Hoe dan ook, zo lang de klimatologie niet in staat is om een eenduidig antwoord te geven op de vraag anders dan bij meerderheidsbesluitvorming van het VN panel, is het verstandig om behoedzaam te zijn met het nemen van vergaande en kostbare maatregelen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten