vrijdag 22 juni 2018

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 43

 
In de buurt van het Napoleondok, Antwerpen 1994

De Vlamingen hebben het minder slecht getroffen dan de Noord Amerikaanse indianen of de Australische aboriginals en misschien ook wel beter dan de Basken, de Catelanen, de Esten, Letten en Litouwers. De Basken hebben te maken gehad met dictator Franco die hun taal en cultuur uit naam van het fascisme onderdrukte terwijl de Baltische talen en culturen onderdrukt werden uit naam van het Communisme.

Niettemin dreigden de Vlamingen door de verfransing niet alleen hun taal en cultuur te verliezen maar ook hun banden met hun verleden, hun greep op hun omgeving en hun wereld. Geen wonder dus dat ze zich stortten op hun wordingsgeschiedenis als volk en natie en hun taal waarbij ook het intussen modieuze woord identiteit valt.

“Taal en geschiedenis van Vlaanderen werden daarom bestudeerd door geleerden als Jan Frans Willems en kannunik Jan Baptist David. Ze ontdekten oude geschiedverhalen in oud Nederlands, ze gaven die opnieuw uit, ze bestudeerden dialecten in het hele land en verzamelden volksverhalen. Maar in die eigen taal schreven literatoren ook eigen werk, om aan te tonen dat ook het Nederlands volwaardige literatuur kon opleveren. Vooral historische romans, toneelstukken, zedenromans en hekeldichten bewezen goede diensten, zoals die van Hendrik Conscience of Prudens van Duyse. Deze laatste schreef ook eigenaardige ‘loverkens’, gedichten die hij in een imitatie van Middelnederlands schreef. Van Duyse vatte trouwens het idee achter de Vlaamse Beweging het beste samen. Een sterk Nederlandse taal betekende een sterke Vlaamse bevolking, want, zo schreef hij, ‘de tael is gansch het volk’.” (zie de website litteratuurgeschiedenis.nl, de Vlaamse Beweging in de negentiende eeuw)

Omstreeks 1850 ontwikkelde zich uit deze Vlaams culturele emancipatiebeweging een politieke beweging. Daarbij stak een zekere verdeeldheid tussen katholieke en liberale Vlamingen de kop op.

"De Vlaamse Beweging wist niet of ze haar politieke doelen moest realiseren door samen te werken met de katholieke of met de liberale partij. Uiteindelijk sloot ze aan bij beide en ontstond er in de Vlaamse Beweging een liberale en een katholieke vleugel. De ankerpunten van de twee strekkingen werden genoemd naar twee van de vaders van de Beweging: het liberale Willemsfonds en het katholieke Davidsfonds."(zie website hierboven)


De volgende fase was die van de radicalisering van de cultureel georiënteerde Vlaamse Beweging tot wat de Vlaamse Zaak is gaan heten.

“Maar de echte actie van de Vlaamse Beweging situeerde zich steeds meer buiten de literatuur; aan het eind van de eeuw werd de massa in beweging gebracht voor de Vlaamse zaak. Rodenbach richtte de blauwvoeterij, een Vlaamse actiebeweging, op en Vlaamse studenten van overal verenigden zich in de Katholieke Vlaamse Studentenbeweging. Sommige Vlaamsgezinden werkten tijdens de Eerste Wereldoorlog met de Duitse bezetter samen, in de hoop de Vlaamse taal en cultuur uit België los te weken en in te passen in de grote en op dat moment machtige cultuur van het Duitse keizerrijk. Dat zou de Vlaamse Beweging na de oorlog een tijdlang verdacht maken.” (zie de website litteratuurgeschiedenis.nl, de Vlaamse Beweging in de negentiende eeuw)



 (verschijnt elke vrijdag)




2 opmerkingen: