Zuid Limburg, 22 april 2014 |
Bij het zien van het bordje “Eigen Weg” bij
het kruisbeeld op de foto, dacht ik aan de kwestie van het
privébezit. Zou privébezit de wortel van alle kwaad in de wereld
kunnen zijn? Het zou kunnen. Voor de 18e eeuwse Franse
filosoof, romanschrijver en componist Jean-Jacques Rousseau
(1721-1778) stond dat in ieder geval vast. “In de 'Discours sur
l'origine et les fondements de l'inégalité parmi les hommes'
schreef Rousseau: De eerste man die een stuk land omheinde zei "dit
is van mij" en vond anderen naïef genoeg om hem te geloven.
Deze man was de ware stichter van de burgermaatschappij. Van hoeveel
oorlogen, misdaden en moorden, van hoeveel ellende en armoede zou men
niet verlost gebleven zijn wanneer niet iemand de stokken uit de
grond getrokken had, de kuilen gevuld had en naar zijn mannen
geroepen had: pas op voor deze ellendeling; het zal je einde
betekenen als je vergeet dat de vruchten van de aarde van ons allen
zijn, en de aarde van niemand.” (citaat afkomstig uit Wikipedia).
Rousseau ging uit van “de goede wilde” die
gecorrumpeerd zou zijn door de maatschappij met zijn privébezit.
Zonder privébezit zou het kwaad van de hebzucht immers niet mogelijk
zijn. Dat idee komen we ook tegen in het Scheppingsverhaal Genesis
waarmee het Oude Testament begint. De geschiedenis van de mens begint
daarin met het verhaal van een mensenpaar in natuurtoestand. Ze mogen
van alles eten in de tuin van Eden, d.w.z. het paradijs. Echter, de
duivel in de gedaante van een sluwe slang, corrumpeert het mensenpaar
door ze te verleiden de appel te eten van de boom van kennis van goed
en kwaad. Dat kon God als hun schepper en enige die goed en kwaad
behoorde te kennen, niet toestaan en verjoeg ze daarom uit het
paradijs. Zo komt er een einde aan de natuurtoestand waarin het
mensenpaar leefde.
Als man van de Verlichting (en Romantiek) geloofde Rousseau dus
niet in dit Scheppingsverhaal. Volgens wat we hier boven hebben
gelezen, is het de mens zelf die zich corrumpeert met de schepping
van het privébezit. De negentiende eeuwse filosoof, journalist en
politicus Karl Marx moderniseerde deze opvattingen van Rousseau door
ze aan te passen aan het in zijn tijd beginnende industriële
tijdperk gebouwd op het kapitalisme. De burgermaatschappij met het
privébezit bleef voor Marx de wortel van alle kwaad maar bij het
draaide in het industriële tijdperk niet langer meer om het bezit
van grond maar van kapitaal. Zo wees Marx het kapitaal aan als de
bron van alle kwaad in de wereld.
Marx zijn verhaal was overtuigend omdat met het
industriële kapitalisme ook het proletariaat ontstond: de arbeiders
die met veel te lage lonen en veel te lange werkdagen in de fabrieken
van de kapitaalbezitters werden uitgebuit. Deze arbeiders van het
eerste uur leefden in diepe armoede, zonder enig bezit behalve hun
arbeid. De producten van hun arbeid behoorden hen als arbeiders niet
toe maar de kapitalist. Volgens Marx leidde die onteigening van de
productie er toe dat de arbeider vervreemdde van zijn werk en daarmee
uiteindelijk van zichzelf. Aldus wordt bij Marx de burgermaatschappij
als de organisator van het kapitalisme de oorzaak van de vervreemding
van de mensen.
Vervreemding zou je kunnen beschouwen als de
moderne, wereldse vorm van zondeval maar dan niet een die door God
maar door de mensen zelf is georganiseerd. Marx ging er vanuit dat de
arbeiders als uitgebuite mensen als van nature zich op den duur
zouden gaan verzetten tegen de beroving van hun eigen aard en natuur
en daarmee van hun vrijheid. Marx zag in het proletariaat meteen ook
het sociaal-politieke vliegwiel dat de geschiedenis van de mensheid
definitief zou veranderen. De onderdrukte arbeiders hoefden zich als
het ware alleen nog maar te verenigen om zich langs politieke weg te
bevrijden van de burgermaatschappij en het kapitalisme om van daaruit
het rijk van de vrijheid binnen te treden.
Marx zelf meende ook nog eens dat vliegwiel van de
geschiedenis van de mensheid naar zijn eigen bevrijding op gang te
kunnen brengen met zijn Communistenbond waarvoor hij ook het beroemde
Communistisch Manifest (1848) schreef. Dat Manifest eindigde met
drie zinnen die een oproep zijn aan het proletariaat om zich aan te
sluiten bij de Communistische beweging maar die tevens ook de kern
van zijn filosofie weergeven: "De proletariërs hebben daarbij
niets dan ketenen te verliezen. Zij hebben een wereld te winnen.
Proletariërs aller landen, verenigt U!"
Helaas bleek het te mooi om waar te zijn. De
afschaffing van het privébezit door alle bezit naar de staat over te
hevelen maakte dat de arbeider in plaats van slaaf van de kapitalist
tot slaaf van de staat werd of eigenlijk nog erger, tot slaaf van de
Communistische Partij die in de geest van Lenin immers had besloten
dat met de vestiging van 'de dictatuur van het proletariaat' de
burgerlijke vrijheden konden worden afgeschaft. Zo maakte het
Communisme in de praktijk de arbeiders nog onvrijer dan ze al waren
onder het kapitalisme. Van de drup kwam men terecht in de regen.
Hoe moet het nu verder? Is ooit een ideale
samenleving zonder privébezit, zonder kapitalisme, zonder
burgermaatschappij, zonder vervreemding en zonder kwaad mogelijk? Ik
kan niet in de toekomst kijken maar ik denk het niet. Ik geloof dat
de schrijvers van Genesis wijzer waren dan onze 18e en 19e
eeuwse filosofen. Het kwaad is meer dan het gevolg van privébezit,
het zit dieper in de mensen dan we zouden willen. Daarvoor hoef je
niet in God te geloven of in het Scheppingsverhaal van het Oude
Testament. Je kunt het zelf zien, elke dag opnieuw, tenminste als je
het wilt zien. Het kwaad is net als de dood, het is er en je kunt
niet anders dan er zo goed en kwaad als mogelijk mee leren leven.
Mee eens. De mens heeft zijn goede en slechte kanten die al naar gelang de situatie komen bovendrijven. Als God de mens heeft geschapen, is dat toch een grote weeffout van hem geweest. Even verder redenerend: als God de mens naar zijn evenbeeld heeft geschapen, is hij dus ook niet zonder zonden ...
BeantwoordenVerwijderen@ZJA Geen weeffout van God maar van de mensen zelf. Ze hebben immers de vrije wil om voor het goede of het kwade te kiezen. God schiep geen marionetten.
BeantwoordenVerwijderenJe tweede conclusies gaat vanwege bovenstaande dus niet op.