vrijdag 18 oktober 2013

NEWTON'S NAAKTEN

In het museum is ook een afdeling personalia van Newton. Aan de ingang loop je zowat tegen hem op.

Een bezoek aan het museum van de fotograaf Helmut Newton in Berlijn over Helmut Newton leek me wel wat. Per slot van rekening had ik lang geleden een tentoonstelling van hem gezien in Mexico stad. Foto's van naakte vrouwen in de natuur, op het strand en aan zee. Ze maakten een verfrissende indruk op me. Nu eens niet dat naakt geknutsel in een fotostudio met geheimzinnige schaduwen, schaars licht en uiteraard veel kunstzinnigheid bedoeld om de verheven schoonheid van de vrouw in beeld te brengen. Newton's naakten zijn vooral recht toe recht aan naakten, vaak in het volle licht en in allerlei posities. De tentoonstelling inspireerde me later tot een aantal naaktfoto's aan een strand in Costa Rica.
Dit is misschien wel de meest beroemde foto van Newton. Naakte, zelfbewust bijna marcherende vrouwen die de boodschap afgeven dat ze er aan komen en zich niet meer met een bijrolletje laten afschepen.
Ik had nog niet zo lang geleden voor een zacht prijsje zijn fotoboek 'Sex and Landscapes' gekocht. Een uitgave van Taschen, 2004. Ook daarin weer die verfrissende aanpak van het recht toe recht aan naakt maar nu met een absurdistische toets in plaats van een natuur toets. Als ik ze bekijk, komt het vemoeden bij me op dat die foto's voor Newton een ontsnapping boden uit de zwaarwichtige en altijd serieuze modefotografie waar je in het belang van de marketing af en toe wel een grensje mag overschrijden maar het natuurlijk nooit te gek mag maken.
Wat zien we hier? De verleidster, de dienster of de verzorgster of alle drie ineen? Zo te zien laat  ze niet met zich spotten.
Op de tentoonstelling van modefoto's in zijn museum had ik al vastgesteld dat modefotografie in wezen saaie fotografie is zelfs bij Newton ondanks dat hij zijn fantasie maximaal heeft gebruik om er nog wat variatie in te brengen. Het blijven plaatjes van mooie vrouwen met mooie kleren aan en verder gaan ze nergens over. Nou ja, technisch zijn ze natuurlijk heel goed gemaakt maar voor de rest gaan ze vervelen.
Deze foto illustreert treffend het raadsel dat volgens hem de vrouw toch vaak is. Hij zoekt en kijkt maar een antwoord op het raadsel is er niet.
Daarentegen brengen de foto's van de naakte vrouwen in het genoemde boek je een beetje van je stuk, net als op die tentoonstelling in Mexicostad. Je vraagt je af wat er nu eigelijk erotisch is aan een naakte vrouw? Waar kijk je naar als ze naakt staat te telefoneren, schaars uitgedost staat voor een paar cocktails of zo maar in beeld komt voor het raam van wat vermoedelijk haar slaapkamer is? Wie is die vrouw, wat doet ze daar? Is ze er voor de sex, was er sex of is het allemaal maar een spel van de verbeelding? De foto's verplaatsen het raadsel naar jezelf. Waarom moet je zo nodig kijken en blijven kijken en altijd zoeken naar de erogene zones van de vrouw? Zijn we dan eigenlijk toch niet meer dan dierlijke lustbeleving en is onze beschaving slechts een versiering om nu juist dat te verhullen?


donderdag 17 oktober 2013

woensdag 16 oktober 2013

dinsdag 15 oktober 2013

ZWARTE PIET EN DE TACHTIGJARIGE OORLOG

Zie hier Sinterklaas en 2 Zwarte Pieten in hun standaard uitrusting. De Goed Heilig Man met baard, mijter met kruis, staf, het grote Gouden Boek, rode mantel en priester onderkleed. Zwarte Piet met baret met veren, een zwart gemaakt gezicht met fel rode lippen, handschoenen en een kleurig pak.


Het is weer tijd voor het terugkerende ritueel van de discussie over Zwarte Piet. De zwart geverfde blanke Piet zou een uiting zijn van racisme want hij lijkt op een neger of nog beledigender een nikkertje. Laat ik beginnen met mezelf. Ik ben opgegroeid met Sinterklaas en Zwarte Pieten want er waren er altijd meer dan een. Sinterklaas werd ook wel eerbiedig de Goed Heilig Man genoemd. Daarmee kwam hij nog verder van ons af te staan dan hij al deed met zijn eerbiedwaardige baard, mijter, staf, goud bestikte rode mantel met daaronder een voor Katholieken duidelijk herkenbaar priesterkleed en gezeten op een wit koningspaard. Een onaantastbare oude man die het beste met kinderen voor had.

Wat zijn aanzien nog verhoogde was zijn grote Gouden Boek met daarin de namen van alle kinderen met aantekeningen over hun gedrag in het afgelopen jaar. Was Sinterklaas daarmee een vroege voorloper van de Amerikaanse inlichtingendienst NSA of een verzinnebeelding van een god? Ik denk het laatste, want met behulp van zijn boek scheidde hij immers de goede kinderen van de stoute kinderen. Sinterklaas heeft de autoriteit en de macht om goed van kwaad te scheiden, normaal is dat alleen aan God voorbehouden. Was een kind goed geweest, dat wil zeggen braaf en gehoorzaam aan zijn ouders dan kon het rekenen op een of meer cadeaus. Een beloning van het goede, wat de normale gang van zaken behoort te zijn.

Maar helaas komt het tegendeel ook voor, het kwaad en in het geval van kinderen hebben we het dan over stoute kinderen. Het stoute kind behoort te worden gestraft en voor straffen hebben we de duivel, zelf de verzinnebeelding van het kwaad. Zwarte Piet is die verzinnebeelding van de duivel maar dan wel een voor kinderen. Een goedaardige duivel als tegenpool van de goed heilig man. Het eeuwige raadsel van goed en kwaad verzinnebeeld in Sinterklaas en Zwarte Piet. Zwarte Piet straft niet voor eeuwig zoals duivels met volwassenen doen. Hij geeft kinderen met de roe of in het ergste geval stopt hij ze in de zak om ze mee te nemen naar Spanje, dat wil zeggen ver weg van huis en haard. Een akelige gedachte voor een kind dat graag thuis bij zijn vader en moeder is.

Sinterklaas en Zwarte Piet zijn dus een verzinnebeelding van iets wat normaal ongrijpbaar is, namelijk het goede en het kwade. Er komt dus geen moor, slaaf, neger of nikker of wat voor beledigends dan ook voor de Afrikaan aan te pas. Als Zwarte Piet wel een verzinnebeelding van de slaaf was geweest dan zou hij de stoute kinderen toch ook niet meenemen naar Spanje maar naar Afrika? In mijn jeugd is dat continent echter nooit genoemd. Ik leerde over Afrika dat er heidenen woonden. Sommige heidenen waren goed en anderen slecht. De goede Afrikaanse heidenen werden door missionarissen geholpen om Katholiek te worden om zodoende alsnog in de hemel te komen.

Je kunt nu lachen om zoveel simplisme maar het leven zelf was toen nog een stuk simpeler. Het is altijd gemakkelijk lachen om het verleden als je zelf beter meent te weten. Dat is de arrogantie van de levenden over de doden, maar dat terzijde.

De onthoofding van de edellieden Egmont en Hoorne op de Grote Markt van Brussel op 5 juni 1968. Waarom wordt deze oorlogsdaad niet herdacht met een gedenksteen op de Grote Markt van Brussel. Dat is toch het minste wat men zou kunnen doen voor deze twee vrienden van Willen van Oranje die hun protest tegen de Spaanse Inquisitie met de dood moesten bekopen.

Terug naar Spanje. Waarom komen Sinterklaas en Zwarte Piet uit Spanje? Dat is moeilijk te achterhalen. Spanje was in vroeger eeuwen natuurlijk een Verweggiestan, onvoorstelbaar ver weg voor de meeste mensen en toch dichtbij genoeg om het te kennen. Tenminste voor Nederlanders. Kwam tachtig jaar lang niet het goede en het kwade min of meer uit Spanje, tijdens de Tachtigjarige oorlog? In ieder geval voor Katholieken. De Spanjaarden mochten dan aan de kant staan van de Katholieken maar als de Spaanse troepen voor de poorten van je stad stonden of door je dorp marcheerden, was het oorlog met alles wat daarbij hoort: doodslag en moord, brand en plundering en dan maakte het niet uit of je een Katholiek was of niet. Iedereen leed onder de Tachtigjarige oorlog zoals ook nu iedereen in Syrië lijdt onder de burgeroorlog aan welke kant hij of zij ook staan. Spanje was dus ooit bijna een eeuw lang voor Nederlanders een land waar zowel het goede als het kwade vandaan kwam. Is het dan niet logisch dat Sinterklaas en zwarte Piet als een goedaardige verzinnebeelding van het goede en het kwade ook uit Spanje komen?

De martelaren van Gorkum waren 19 religieuzen en wereldheren die door watergeuzen in 1572 vermoord zijn in Briel. Ook een oorlogsdaad en een schending van mensenrechten zoals de terechtstelling van Egmont en Hoorne. Iemands geloof kon toen in de Nederlanden blijkbaar een reden voor moord zijn op landgenoten. Misschien goed als we daar eens wat vaker bij stil zouden staan. Het maakt je nederig en bescheiden maar doet je ook beseffen dat zoiets niet meer mag gebeuren.

Dit verwarrende beeld van de Tachtigjarige Oorlog klopt trouwens aardig met wat ik als Katholieke jongen op de Lagere School leerde. Aan de ene kant kregen we verhalen te horen over de onschuldige martelaren van Gorkum, de schuilkerken en het verbod op Katholieke processies. Aan de andere kant leerden we over de terechtstelling van de edellieden Egmont en Hoorne, de bevrijding van Breda, de doodsstrijd van Leiden enz. Kortom, geen eenduidige beeld van een glorieuze bevrijdingsoorlog maar een verwarrend beeld van een land in oorlog. Een beeld dichtbij de werkelijkheid van elke dag van de gewone mensen. Een werkelijkheid die ik ook van nabij heb leren kennen tijdens de burgeroorlogen in Nicaragua en El Salvador.

Als sommigen menen dat Zwarte Piet een desnoods verborgen vorm van racisme is dan verwarren ze dus de verzinnebeelding van het kwaad met dat van de zwarte medemens. Bij mij persoonlijk en al mijn leeftijdgenoten en ook bij mijn kinderen is het voor zover ik weet nooit opgekomen dat Zwarte Piet eigenlijk een mallotige en minderwaardige Afrikaan of zelfs een slaaf zou zijn. Dat kon ook moeilijk want Afrikanen lopen niet in korte gestreepte broeken met zwaar aangestifte rode lippen, een veel te zwart gezicht, een baret met veren, witte kniekousen, handschoenen, een roe en een zak. Volwassenen zien blijkbaar iets in Zwarte Piet waar een kind niet eens op kan komen. Voor een kind is Zwarte Piet iemand die je te vriend moet zien te houden want met de roe krijgen is niet niks om nog maar niet te spreken van in een zak naar Spanje te worden meegenomen.

maandag 14 oktober 2013

EIGENTIJDSE BEELDBOUWERS

Ingang van het Hamburger Bahnhof-Museum für Gegenwart - Berlin met links de grote hal met beelden.

Wat moet ik met een stationshal vol eigentijdse sculpturen van de Duitse Nationalgalerie in het Hamburger Bahnhof-Museum für Gegenwart-Berlin? Eigentijdse kunst is al moeilijk genoeg en nu krijg ik een overzicht sinds de jaren zestig dat geen overzicht is. Volgens de bijbehorende brochure onderzoekt de tentoonstelling 'Body Pressure' de vele verschillende benaderingen van de menselijke figuur sinds de jaren 60 door middel van een selectie van werken uit de verzamelingen van de Nationalgalerie. Vrij van elke tentoonstellings- architectuur is de grote Historische Hal omgebouwd tot een met licht overgoten 'beeldentuin'.

Sinds de jaren zestig zijn beeldhouwers vooral beeldbouwers geworden waarbij ze willekeurig welk materiaal gebruiken: “The materiality of works changes dramatically beginning in the 1960s; in addition to marble and bronze artists use plastic, ceramics (dat was in de oudheid ook al zo, dus dat is niet zo nieuw), wax, rubber, and even their own excrements”

Waar dient dat beeldbouwen voor? De samenstellers van de tentoonstelling schrijven in hun korte voorwoord in de gratis brochure dat “figurative sculpture no longer symbolizes the claims of public representation, demonstrations of power, religion, and mythology. It no longer serves as a monument. In the context of feminist critique and the process-based art of the 1970s, sculpture expands into the dimension of the performative. The body itself becomes a sculptural object. Often fragmented and abstract, the figurative sculpture of the present always negotiates our contemporary social and cultural context as well.”

Jeff Koons, Puppy, bij Museum Guggenheim in Bilbao.

Een nogal raadselachtige tekst die kunstkenners onder elkaar misschien begrijpen maar voor een buitenstaander heeft het toch wel een hoog gehalte koeterwaals. Bovendien worden er nog wel degelijk monumenten gemaakt voor de openbare ruimte. Wat te denken van de 12 meter hoge schoothond van Jef Koons dat nu staat tentoongesteld bij het Guggenheim museum in Bilbao? Ik zou alleen niet zo gauw weten wat het symboliseert? Een eerbetoon aan de puppy als troosthondje of juist een sarcastische kritiek op het schoothondje als plaatsvervangend object voor liefde en zorg?

Paul McCarthy, Michael Jackson and Bubbles (Gold), 1997-1999

Koons Puppy brengt me bij het beeld van Michael Jackson and Bubbles (Gold) van Paul McCarthy dat vooraan in de hal staat. Ik dacht eerst dat het van Koons was, want die had ook al zoiets gemaakt. Ik lees in de brochure dat dit inderdaad het geval is. Sterker nog “Paul McCarty's Michael Jackson and Bubbles refers to Jeff Kooks' sculpture with the same title dating from 1988.” Maar het beeld van Koons is lieflijk terwijl de uitvergrote Michael Jackson van Paul McCarthy “een dimensie van het groteske veronderstelt”, zo lees ik. De uitleg van McCarty van dit en andere beelden van hem is dat “hij zoekt naar antwoorden op de absurditeit van het bestaan, in het bijzonder van het belang dat we hechten aan consumptie en de manier waarop we waarneming indoctrineren.”

Eerlijk gezegd, vindt ik in dit beeld nog niet het begin van een antwoord op de absurditeit van het bestaan, evenmin als op de vraag naar onze consumptie en de indoctrinatie van de waarneming wat dat ook moge betekenen. Ik veronderstel dat hij bedoelt dat hij onderzoekt hoe we door reclame gemanipuleerd worden. Ik verdenk McCarthy ervan dat hij ons met zijn pseudo filosofisch taaltje voor de gek houdt. Hij stelt zich voor als de trendy criticaster van onze tijd maar over pakweg 100 jaar zal het beeld gezien worden als een eerbetoon aan Michael Jackson en dat is het natuurlijk ook.

Duane Hanson, Lady with Shopping Bags, 1972

Dan zie ik liever het super realistische beeld van de Amerikaanse kunstenares Duane Hanson 'Lady with shopping bags'. Het verrassende aan dat beeld is de levensechtheid. Daar heeft de kunstenaar veel tijd in gestoken. Het is een bekend beeld uit onze tijd. Je kunt de vrouw zo op straat tegen komen waar dan ook in de wereld. Ik zie het als een zachtmoedige kritiek op onze consumptiemaatschappij. Er spreekt eerder medeleven dan spot uit en zo hoort het ook. Per slot van rekening zijn we allemaal verdwaalt in onze eigen tijd. Wat Hanson volgens de brochure over haar werk zegt, “I do not replicate life but represent human values” , klopt wat mij betreft.

Georg Baselitz, Mänlicher Torso, 1993

Het is ondoenlijk om alle 23 beelden hier te bespreken. Daarom nog eentje. Het beeld van Georg Baselitz “Mänlicher Torso”. Voor mij was het in eerste instantie een vrouwentorso vanwege de rode plekken in het kruis en op de borsten. Een primitief houten beeld en daar hou ik van. Het zou een afgod kunnen zijn uit een verleden. De rode verf is symbolisch voor de offers die we geven aan die god. Ik hou ook van hout. Dat is levend materiaal verwant aan ons mensen. De onaffe torso weerspiegelt het onvolmaakte en dat zijn we per slot van rekening allemaal. Het museumtaaltje in de brochure dat “the expressive coat of paint and the traces left by the working process emerge from the tension between figuration and abstraction in Baselitz' works”, neem ik er maar voor lief bij.