maandag 14 oktober 2013

EIGENTIJDSE BEELDBOUWERS

Ingang van het Hamburger Bahnhof-Museum für Gegenwart - Berlin met links de grote hal met beelden.

Wat moet ik met een stationshal vol eigentijdse sculpturen van de Duitse Nationalgalerie in het Hamburger Bahnhof-Museum für Gegenwart-Berlin? Eigentijdse kunst is al moeilijk genoeg en nu krijg ik een overzicht sinds de jaren zestig dat geen overzicht is. Volgens de bijbehorende brochure onderzoekt de tentoonstelling 'Body Pressure' de vele verschillende benaderingen van de menselijke figuur sinds de jaren 60 door middel van een selectie van werken uit de verzamelingen van de Nationalgalerie. Vrij van elke tentoonstellings- architectuur is de grote Historische Hal omgebouwd tot een met licht overgoten 'beeldentuin'.

Sinds de jaren zestig zijn beeldhouwers vooral beeldbouwers geworden waarbij ze willekeurig welk materiaal gebruiken: “The materiality of works changes dramatically beginning in the 1960s; in addition to marble and bronze artists use plastic, ceramics (dat was in de oudheid ook al zo, dus dat is niet zo nieuw), wax, rubber, and even their own excrements”

Waar dient dat beeldbouwen voor? De samenstellers van de tentoonstelling schrijven in hun korte voorwoord in de gratis brochure dat “figurative sculpture no longer symbolizes the claims of public representation, demonstrations of power, religion, and mythology. It no longer serves as a monument. In the context of feminist critique and the process-based art of the 1970s, sculpture expands into the dimension of the performative. The body itself becomes a sculptural object. Often fragmented and abstract, the figurative sculpture of the present always negotiates our contemporary social and cultural context as well.”

Jeff Koons, Puppy, bij Museum Guggenheim in Bilbao.

Een nogal raadselachtige tekst die kunstkenners onder elkaar misschien begrijpen maar voor een buitenstaander heeft het toch wel een hoog gehalte koeterwaals. Bovendien worden er nog wel degelijk monumenten gemaakt voor de openbare ruimte. Wat te denken van de 12 meter hoge schoothond van Jef Koons dat nu staat tentoongesteld bij het Guggenheim museum in Bilbao? Ik zou alleen niet zo gauw weten wat het symboliseert? Een eerbetoon aan de puppy als troosthondje of juist een sarcastische kritiek op het schoothondje als plaatsvervangend object voor liefde en zorg?

Paul McCarthy, Michael Jackson and Bubbles (Gold), 1997-1999

Koons Puppy brengt me bij het beeld van Michael Jackson and Bubbles (Gold) van Paul McCarthy dat vooraan in de hal staat. Ik dacht eerst dat het van Koons was, want die had ook al zoiets gemaakt. Ik lees in de brochure dat dit inderdaad het geval is. Sterker nog “Paul McCarty's Michael Jackson and Bubbles refers to Jeff Kooks' sculpture with the same title dating from 1988.” Maar het beeld van Koons is lieflijk terwijl de uitvergrote Michael Jackson van Paul McCarthy “een dimensie van het groteske veronderstelt”, zo lees ik. De uitleg van McCarty van dit en andere beelden van hem is dat “hij zoekt naar antwoorden op de absurditeit van het bestaan, in het bijzonder van het belang dat we hechten aan consumptie en de manier waarop we waarneming indoctrineren.”

Eerlijk gezegd, vindt ik in dit beeld nog niet het begin van een antwoord op de absurditeit van het bestaan, evenmin als op de vraag naar onze consumptie en de indoctrinatie van de waarneming wat dat ook moge betekenen. Ik veronderstel dat hij bedoelt dat hij onderzoekt hoe we door reclame gemanipuleerd worden. Ik verdenk McCarthy ervan dat hij ons met zijn pseudo filosofisch taaltje voor de gek houdt. Hij stelt zich voor als de trendy criticaster van onze tijd maar over pakweg 100 jaar zal het beeld gezien worden als een eerbetoon aan Michael Jackson en dat is het natuurlijk ook.

Duane Hanson, Lady with Shopping Bags, 1972

Dan zie ik liever het super realistische beeld van de Amerikaanse kunstenares Duane Hanson 'Lady with shopping bags'. Het verrassende aan dat beeld is de levensechtheid. Daar heeft de kunstenaar veel tijd in gestoken. Het is een bekend beeld uit onze tijd. Je kunt de vrouw zo op straat tegen komen waar dan ook in de wereld. Ik zie het als een zachtmoedige kritiek op onze consumptiemaatschappij. Er spreekt eerder medeleven dan spot uit en zo hoort het ook. Per slot van rekening zijn we allemaal verdwaalt in onze eigen tijd. Wat Hanson volgens de brochure over haar werk zegt, “I do not replicate life but represent human values” , klopt wat mij betreft.

Georg Baselitz, Mänlicher Torso, 1993

Het is ondoenlijk om alle 23 beelden hier te bespreken. Daarom nog eentje. Het beeld van Georg Baselitz “Mänlicher Torso”. Voor mij was het in eerste instantie een vrouwentorso vanwege de rode plekken in het kruis en op de borsten. Een primitief houten beeld en daar hou ik van. Het zou een afgod kunnen zijn uit een verleden. De rode verf is symbolisch voor de offers die we geven aan die god. Ik hou ook van hout. Dat is levend materiaal verwant aan ons mensen. De onaffe torso weerspiegelt het onvolmaakte en dat zijn we per slot van rekening allemaal. Het museumtaaltje in de brochure dat “the expressive coat of paint and the traces left by the working process emerge from the tension between figuration and abstraction in Baselitz' works”, neem ik er maar voor lief bij.

1 opmerking:

  1. Hedendaagse kunst is veel bla bla om niets. Mag ik dat zeggen? In elk geval denken en ik ken meer mensen die hetzelfde doen.

    BeantwoordenVerwijderen