maandag 7 augustus 2023

OORLOGSBULLETIN 68. HOE STERK IS HET RUSSISCHE LEGER?

 

Dat het officiële Russische leger niet mee kan met de ontwikkelingen moge blijken uit het feit dat de Wagnerbende, een privé militie van Prigozien, nodig was om Bachmut te veroveren.

Na de aanval op Oekraïne in februari vorig jaar bleek na verloop van tijd dat het Russisch leger helemaal niet zo sterk is als men dacht. De blitzkrieg bleek slecht voorbereid, zo slecht dat de troepen al snel de aftocht rond Kiev moesten blazen en daarna uit grote stukken van Oekraïne werd verdreven.

Het leger van Rusland blijkt dus minder sterk te zijn dan men dacht. Dat is eigenlijk niet zo verwonderlijk als men de geschiedenis van dat leger bekijkt. Het is geen professioneel leger zoals wij dat kennen maar een gepolitiseerd leger. Sinds de Bolsjiwistische revolutie van 1917 is het overgeleverd  aan de grillen van politieke machthebbers, dat wil zeggen het politbureau van de communistische partij. Daar binnen woedde een voortdurende meedogenloze strijd om de macht. Sommige van die machthebbers holden uit politieke vrees het leger zelfs uit.

Het Rode Leger is opgebouwd door kameraad Trotski, zelf slachtoffer geworden van een door Stalin georganiseerde moordpartij. Stalin kortwiekte het leger uit vrees dat het een bedreiging van zijn macht zou zijn. Het gevolg was dat bij de Duitse aanval in 1941 het Rode Leger geen verweer had. Er vielen miljoenen doden. 

Als gevolg van de strenge winters slaagde Hitler er ondanks het Duitse overwicht niet in Moskou te veroveren. De Duitsers waren niet voorbereid op de winter. Ze dachten voor de winter de klus geklaard te hebben. Een onderschatting van de grootte van Rusland.

“In februari 1943 verloren de Duitsers de uitputtende Slag om Stalingrad. Vanaf dat moment werden ze aan het oostfront steeds verder teruggedrongen. In de maand juli van datzelfde jaar volgde de beslissende tankslag bij Koersk in Oekraïne. De Wehrmacht en de SS hadden de oorlog in het oosten verloren. De overwinning kon het Rode Leger niet meer ontgaan. “ (Duitsland Instituut)

Het lot van eerst generaal en later maarschalk Zjoekov, die in Rusland wordt beschouwd als degene die de troepen van Hitler uiteindelijk wist te verslaan, is tekenend voor het lot van het Rode Leger, vanaf 1946 officieel Sovjetleger geheten.

Hij valt na de Tweede Wereldoorlog bij Stalin in ongenade. Hij is te groot geworden en daardoor een bedreiging van de persoonscultus van Stalin. Krijgsgevangen Russen worden bij terugkeer uit de oorlog gewantrouwd en opnieuw opgesloten maar nu in Russische kampen.

Na de dood van Stalin wordt Zjoekov in eer hersteld door Chroesjtsjov. Zjoekov heeft immers Beria, de rivaal van Chroesjtsjov gearresteerd en laten executeren. Zjoekov’s carrière gaat weer vooruit. Hij wordt zelfs minister van defensie. In 1957, na de inval in Hongarije, wordt hij opnieuw uit al zijn functies gezet. Hij is te groot geworden voor Chroesjtsjov.

Na diens aftreden herstelt Brezjnev opnieuw de eer van Zjoekov en mag hij met al zijn onderscheidingen samen met het politbureau op de eretribune van het mausoleum staan tijdens de parade van het Sovjetleger.

De inval in Praag in 1968 schept verwarring onder soldaten en officieren die zich zien als helden en beschermers van het Russische volk en nu ontdekken dat zij op burgers moest schieten.

De oorlog in Afghanistan doet het Sovjetleger ook al geen goed. De verliezen tegen de guerrilla, bewapend door de Amerikanen, bleven groot. Het door Rusland gesteunde regiem bleef wankel.  De verontwaardiging van de soldatenmoeders is groot toen ze ontdekten dat het leger leugens over de dood van hun kinderen verspreidt met het doel het imago van een heldhaftig en dapper leger overeind te houden. Gedwongen door al deze tegenslag trok
Gorbatsjov na tien jaar het leger terug.

Intern wordt het Sovjetleger geplaagd door blanke Russische eigenwaan van de officieren die in meerderheid Russisch zijn. Zij gedragen zich racistisch door soldaten van een andere etnische afkomst grof en met geweld te behandelen, soms met de dood tot gevolg.  De ontgroening wordt zo gevreesd dat buitensporig veel soldaten hun dienstplicht proberen af te kopen.

Het uiteenvallen van de Sovjet Unie in 1991 in de landen Rusland, Oekraïne en Wit-Rusland, de drie landen waar het nu bij de oorlog in Oekraïne opnieuw om draait, betekent een nieuwe klap voor de moraal van het Sovjetleger dat werd omgedoopt tot Strijdkrachten van de Russische Federatie.

Met de komst van Putjinski krijgt het voormalige Sovjetleger officieel eerherstel, geld en middelen om zich te moderniseren. Ondanks het vele geld, lijkt het erop dat het leger nauwelijks gemoderniseerd is. 

De bewapening wordt inderdaad gemoderniseerd maar de cultuur van een absoluut centrale commando structuur, een erfenis uit de communistische tijd, blijft onveranderd. Het is geen modern leger waar in teams wordt geopereerd met een eigen verantwoordelijkheid. Het is eigenlijk een ouderwets leger, een Derde Wereld leger. 

Het rommelt voortdurend in de commandostructuur door ingrijpen van bovenaf zoals valt op te maken uit de vele verschuivingen van generaals en commandanten. Sommige critici zijn zelfs van het toneel verdwenen, zitten in het gevang of vallen uit een raam. Zulke zaken doen afbreuk aan de slagkracht en het moreel van het leger.

De voortdurende propaganda naar de eigen bevolking toe moet dan weer de idee van een strijdvaardig en dapper leger met heldhaftige soldaten hoog houden wat na de Wagner muiterij nog moeilijk vol te houden is behalve dan door middel van onderdrukking van elke kritische mening.
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten