woensdag 2 april 2025

DE KLEINE GESCHIEDENIS VOLGENS JAN VAN DER PUTTEN. 1

 


De journalist Jan van der Putten heeft een boek geschreven over zijn tijd als correspondent, met de titel “Tijd van illusies” met als onderschrift “Mijn kleine geschiedenis van de wereld”. Hij is getuige geweest van gebeurtenissen waarvan velen dachten dat ze het aanzien van de wereld zouden veranderen, wat niet gebeurd is, vandaar dat hij het heeft over “tijd van illusies”.


Die tijd laat zich het beste samenvatten als de tijd tussen de meirevolte in Parijs van 1968, waar hij toevallig als promovendus in de letteren aan de Sorbonne studeerde, en 1986, het jaar waarin de Sandinisten bij verkiezingen in Nicaragua de macht verloren. In die periode zwerft Jan van de ene revolutionaire situatie naar de andere, voornamelijk in Latijns Amerika.


Het zijn de hoogtijdagen van de links revolutionaire verwachtingen. Verwachtingen die de schrijver meebeleefd en waar hij zelf in gelooft maar eenmaal in praktijk gebracht, uitdraaien op een mislukking. Wat hoopvol begint als een radicale politieke verandering wordt uiteindelijk een nachtmerrie van wrede en bloedige dictaturen van generaals en hun opportunistische slippendragers. Jan van de Putten maakt de hoop en de nachtmerries mee en vraagt zich af waarom radicale veranderingen en revoluties zo dramatisch mislukken.


Het startsein voor hem is toevallig de Franse meirevolte in 1968. Jan is dan net in Parijs om doctor in de letteren te worden. In plaats van doctor te worden, gaat hij voor de krant verslag doen van de opstandige studenten en jongeren die de straten van Parijs barricaderen. De snel opeenvolgende en verrassende gebeurtenissen maken Jan tot de journalist die hij de rest van zijn leven blijft. Zijn Parijse ervaring noemt hij een journalistieke en politieke stoomcursus.


De revolte gaat ten onder in het Franse politieke krachtenveld waar generaal de Gaulle, de held van de Tweede Wereldoorlog, aan het het langste eind trekt. In zijn boek oordeelt Jan dat het een knetterende mislukking was net als de slavenopstand van Spartacus, de Commune van Parijs en zoveel andere protestbewegingen en volksopstanden in Frankrijk. Blijkbaar zijn Fransen dromers die het afleggen tegen de  politieke realiteit. 


Jan weidt er niet over uit maar de meirevolte is een politieke uiting van een culturele revolutie die in de hele westerse wereld plaatsvindt. Het is een generatieconflict dat leidt tot diepgaande culturele veranderingen. 


Het beste kan het begin ervan geduid worden met Bob Dylan’s song “The Times They Are a-Changin’ “ (1964) met als laatste strofe: “De lijn die getrokken wordt, de vloek die uitgesproken wordt, de langzame van vandaag zal later snel zijn, zoals het heden later voorbij zal zijn, de orde vervaagt snel, en de eerste vandaag zal later de laatste zijn want de tijden veranderen.” (Vrij vertaald door mij). 


In Nederland wordt die culturele revolutie gemarkeerd door het optreden van de Provo’s in voornamelijk Amsterdam (1965). Provo was als een strovuur van een kleine anarchistische, geweldloze beweging die met humor en inzicht de autoriteiten provoceren waardoor de zwakheden van het traditionele, autoritaire gezag worden blootgelegd. In tegenstelling tot de Franse meirevolte groeit de provobeweging en later de kabouters niet uit tot een politieke opstand. 


De afloop van de meirevolte in Frankrijk was vrij onschuldig. De Gaulle herstelt de democratie en de Republiek. Er vallen geen doden, er worden geen massa's mensen in stadions opgesloten zoals in Chili  of zoals in Argentinië vermoord. Frankrijk blijft een democratie en de Fransen kunnen rustig slapen. Chili en Argentinië worden dictaturen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten