Mijn post-doctorale studieboekje. 560 bladzijden studiemateriaal die ik natuurlijk niet allemaal gelezen heb. |
Gezien de bekering van menig medestudent tot het communisme wil ik wel eens weten hoe dit communisme nou eigenlijk in elkaar steekt, te beginnen met Marx zelf. Professor van Boxtel die ons in het vak ethica onderwees, vertelt op zijn colleges aan ons aanstormende sociale wetenschappers over de betekenis van de jonge Marx. Volgens hem is die interessanter dan de oude Marx. Ik besluit daarom me te verdiepen in die jonge Marx en schaf ‘Die Frühschriften’ aan. (herausgegeben von Siegfried Landshut bij Alfred Kroner Verlag in Stuttgart 1971).
Mij gaat het vooral om zijn mensopvatting. Wie zijn wij mensen? Niet tot mijn verrassing maar wel belangrijk om te weten is dat volgens de jonge Marx mensen pas mensen worden met en door de ander. De mensopvatting van Marx is een door en door sociale opvattingen.
“Es gehört zum Begriff des Menschen selbst, das er nur in Gemeinschaft mit anderen Mensch ist. Die Gemeinschaft ist nicht etwas, was zum einzelne Individuum noch hinzukommt, sondern das, was jeder einzelne als Mensch ist, ist er nur in und durch die Gemeinschaft mit anderen”, aldus Landhut in zijn inleiding van de Marx Frühschriften.” (blz. XXXVI)
Zonder maatschappij, gemeenschap, samenleving, stam of hoe je het ook noemen wil, kan een mens geen mens worden. Menswording is maatschappelijke menswording. Dat kun je ook omkeren, maatschappelijke wording is menswording derhalve is de geschiedenis van de maatschappij enz. een geschiedenis van menswording.
Met deze fundamentele opvatting over mens en samenleving kun je Marx gerust een van de grondleggers van het moderne denken over mens en maatschappij noemen, een socioloog pur sang. Tenminste als je de sociologie definieert als de studie van de mens als sociaal wezen. Toch kregen we Marx niet onderwezen als een van de belangrijke grondleggers van de moderne sociologie. Was dat koud water vrees voor het communisme van de oude Marx of paste zijn opvatting niet in de kraam van de sociologie beoefenaren aan de universiteit?
Die geloven meer in de Amerikaanse aanpak van de waarneming van het menselijk gedrag in zijn omgeving. Zij rekenen zich tot de zogeheten gedragskundige stroming in de sociologie. Een onmisbare stroming om het menselijk gedrag wetenschappelijk in kaart te brengen en te begrijpen maar onvoldoende om het geheel van het mensdom te begrijpen.
De mens is immers meer dan een object. Je kunt hem niet als een vliegje of een boomblad onder de microscoop leggen om te weten wat er speelt. Mensen zijn geestelijke wezens. Er speelt zich een hoop af in hun hoofden. Daar kun je nooit door objectieve waarneming van gedrag greep op krijgen, hoe nauwkeurig je ook hun sociaal gedrag bestudeert.
Wij studenten willen niet alleen gedragsstudies maken van mens en maatschappij of in mijn geval mens en politiek maar ook weten wat er achter zit, wat mensen willen, denken en voelen en als het dan ook nog even kan hun omstandigheden verbeteren, hun sociale en politieke leven menselijker maken. Maar dan moet je wel weten wat dat menselijke is en daar hebben de gedragswetenschappers geen antwoord op.
Volgens ons studenten smeekt de wereld van de mensen om politieke, sociale en economische veranderingen. De universiteit geeft ons geen antwoord op die smeekbede. Niet dat ze alles bij het oude wil houden, zo erg is het ook weer niet, maar partij kiezen of het nu ten goede of ten kwade is, is volgens de wetenschapsbeoefenaren der sociologie enz. uit den boze. Je bent dan niet meer objectief, beziet het menselijk gedrag dan niet meer als de vlieg onder de microscoop.
Dat is een waterscheiding die in de praktijk niet bestaat. Mensen zijn in de wereld zowel geestelijk als materieel. Het is een utopische gedachte om menselijk gedrag te kunnen bestuderen als een soort micro organisme zonder te weten hoe hij geestelijk in elkaar steekt. De mens is wat hij is, lichaam én geest, idee en gedrag. Door alleen het gedrag waar te nemen, neem je als het ware maar de halve mens waar.
(wordt vervolgd)
Eigenlijk zouden sociologen en psychologen dus meer met elkaar moeten samenwerken ...
BeantwoordenVerwijderen