“Het ondemocratische van het Nederlandse studentenleven is, dat de meerderheid zich zelf niet gerepresenteerd ziet in organisaties en besturen die tegenover de burgerij, de regering, de gemeenteraad, universitaire studiecommissies etc. de rol spelen en de naam hebben representatief te zijn. Deze besturen worden allesbehalve democratisch gekozen, zitten vaak te warm om te weten wat kou is, zijn verregaand incompetent op punten waar het werkelijk belang van grote groepen onder de Nederlandse studenten op het spel staat.” ( A.A.Regtien, Van corporatisme naar syndicalisme, alternatief voor een verziekt studentenleven, blz.26 en 27 in het eerder genoemde boek “Waarom kinderen altijd willen dat de indianen winnen)
Natuurlijk had Regtien gelijk. De tijd van de traditionele studentenverenigingen is voorbij. Hun bluf cultuur met opgeblazen ego’s verpakt in driedelige paradepakken en verouderde mores zijn anachronismen geworden. Daar moet de grove borstel van de vernieuwing doorheen gehaald worden. Het wordt tijd voor meer vrijheid en vooral ook verbeelding en fantasie. Provo en de opstandige studenten in Parijs tijdens de mei revolte 1968 met hun leus “De Verbeelding aan de Macht” zijn ons al voorgegaan.
Volgens Ton Regtien is de studentenvakbeweging het geschikte instrument voor democratisering van de universiteit. Of een vakbond als sociaal en politiek drukmiddel ook geschikt is om verbeelding aan de macht te brengen, is maar de vraag. Macht en verbeelding gaan maar moeilijk samen. Ze verhouden zich als communicerende vaten; meer macht leidt tot minder verbeelding en omgekeerd. Maar wie weet kan mijn generatie daar iets aan doen.
“Want het gehele project van een studentenvakbeweging is bedoeld als alternatief. Géén echolalie van keldernihilisten, géén dichtgetimmerde organisatie van dikbuikige weters. Wij doen slechts een beroep op de duidelijk constateerbare ontevredenheid binnen het Nederlandse studentenleven, een ontevredenheid die zich de afgelopen jaren manifesteerde in steeds weer nieuwe studentenverenigingen, studiegroepen, congressen, rapporten, een ontevredenheid die bewijst dat het ideaal van de oude corpora in onze dagen te kort schiet, voor grote groepen studenten alle geldingskracht verloren heeft, op dit moment door doctrinaire handhaving een onoverzichtelijke versplintering in het Nederlandse studentenleven heeft gehad.” (A.A.Regtien, Van corporatisme naar syndicalisme, alternatief voor een verziekt studentenleven, in bovengenoemd boek”Waarom kinderen altijd willen dat de indianen winnen”, blz.22)
(verschijnt elke vrijdag)
Anno 2020 heerst er in veel studentenverenigingen anders nog steeds een blufcultuur.
BeantwoordenVerwijderen