Als lezer van de krant Trouw ken ik de columns van Seada Nourhussen. Ze is ermee gestopt. Ze heeft er genoeg van om racistische bagger over zich heen te krijgen. Meestentijds wist ik niet wat ik met haar collumn aan moest. Er was vaak sprake van een soort omgekeerd racisme, witte mensen deugen niet. Ik weet niet of zij zich bewust is van dit omgekeerd racisme of dat ze het willens en wetens zo doet, maar hoe dan ook, ik weet niet wat ik daar mee aan moet.
Ze gaat heel ver in haar afkeer van witte mensen. Volgens haar zijn die zo ongeveer per definitie racist maar dat weten ze zelf niet omdat ze in een wit systeem zitten. Witte systemen houden zwarten er liever buiten en dat is wit racisme. Als witte man zal ik tot overmaat van ramp ook nog opgesloten zitten in mijn witte mannen macho cultuur en dat is geestelijk gesproken net zo dodelijk.
Aangezien ik met mijn witte huidskleur nooit uit het witte systeem kan ontsnappen ben ik -alweer geestelijk gesproken- voor eeuwig en altijd verloren. Het is dit soort opvattingen dat me doet denken aan het boek “De verworpenen der aarde” van Frantz Fanon (Bruna boeken, 1969). Volgens Eldridge Cleaver, een van de eerste leiders van de Amerikaanse Zwarte Panter beweging in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw, ‘de Bijbel’ van de zwarte militanten.
Dat was het ook voor ons linkse studenten in Nijmegen mede dankzij het vlammende voorwoord van de Franse filosoof Sartre. Sartre analyseert samen met Fanon de anti-koloniale bevrijdingsstrijd als een combinatie van bevrijdingsstrijd en klassenstrijd. De gekoloniseerden zijn samen de onderdrukte klasse, de kolonisten samen de onderdrukkende klasse. Daartussen zitten aan beide kanten verraders die dit alles willen verdoezelen of voor hun eigen profijt gebruiken.
Hoe moet je hier als normaal mens nog uit zien te komen? Of je staat aan de goede kant van de onderdrukten, of je staat aan de slecht kant van de onderdrukkers. Daar tussenin is geen plek voor nuances. Het is een totale oorlog, een bevrijdings- en een klassenoorlog tegelijk. In zulke oorlogen vallen doden, daar is niet aan te ontkomen. Dat is dan ook gebeurd in Zuid Afrika, in Angola, Mozambique, Algerije en in al die andere voormalige koloniën tot aan Nederlands Indië toe.
Wie na al die oorlogen om zich heen kijkt, beseft dat er uiteindelijk niets anders op zit dan dat we als mensen, wit of zwart, man of vrouw verder samenleven met alle tekortkomingen die daar nu eenmaal bij horen. Dat laatste is moeilijk te aanvaarden als je boos bent, heel boos maar toch zit er niks anders op. Wat je ook doet, racisme, anti-semitisme, overheersing, onderdrukking enz. zal er altijd zijn. De kunst is om daar tussen de menselijkheid overeind te houden met behulp van democratische instellingen, fatsoenlijke rechtspraak en rechtsnormen, wetgeving gebaseerd op de gelijkheid van mensen enz. Misschien voor iemand die radicaal én boos is te weinig maar er rest ons weinig anders.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten