vrijdag 21 december 2018

DE EENZAAMHEID VAN VLAANDEREN 69

 
De federale regering-Di Rupo  (2011 en 2014)  was een klassieke tripartite regering met christendemocraten (CD&V/cdH), socialisten (sp.a/PS) en liberalen (Open Vld/MR) aan beide zijden van de taalgrens. De N-VA bleef ondanks dat het de grootste partij was in België en Vlaanderen buiten de regering. Het was de Vlaamse nationalisten niet gelukt met hun hervormingsvoorstellen in te breken in het traditionele federale politieke cordon van socialisten, christen-democraten en liberalen, voor deze keer aangevuld door de groenen.
In het vervolg op de uitslag van de federale verkiezingen in 2010 stellen we aan de N-VA de vraag waarom die partij na zijn grote verkiezingsoverwinning niet aan de regering deelneemt en ook niet de premier levert. Het antwoord is de Zesde Staatshervorming waarover tijdens de regeringsformatie werd onderhandeld. Tijdens die onderhandelingen haakte de N-VA af aldus N-VA directeur Piet de Zaeger.

“De N-VA wilde haar forse verkiezingsoverwinning verzilveren in een grondige staatshervorming. De klassieke staatshervormingen verliepen steeds volgens hetzelfde recept. Vlaanderen krijgt stukjes en brokjes van bevoegdheden, en moet daarvoor een hoge democratische en financiële prijs betalen. Al bij de eerste staatshervorming in 1970 wordt de democratische meerderheid van de Vlamingen geblokkeerd door de grendelgrondwet.

De latere staatshervormingen hebben die blokkeringen enkel versterkt en uitgebreid. Bovenop die hoge democratische prijs is er de zware financiële prijs. Bij elke staatshervorming zorgden de Franstalige onderhandelaars ervoor dat een deel van de Vlaamse welvaart naar Wallonië en Brussel vloeide. De zesde staatshervorming (onder de regering Di Rupo 2011-2014) ) was hierop geen uitzondering, ook hierbij werd er een miljardenfactuur aan Vlaanderen gepresenteerd.

In ruil voor die hoge prijs krijgen de Vlamingen helaas geen efficiëntere overheid. Integendeel. Staatshervorming na staatshervorming wordt de overheid complexer en ondoorzichtiger. De zesde staatshervorming zet die traditie voort. Het gezondheids-, energie- of mobiliteitsbeleid, bijvoorbeeld, bleven versnipperd. Intussen blijven de sociaaleconomische sleutelbevoegdheden federaal. Precies deze hefbomen – en échte fiscale autonomie – hebben de 6,5 miljoen Vlamingen nodig om onze welvaart, en dus ons welzijn, te versterken.”
(aldus Piet De Zaeger, directeur N-VA)


 Uit het antwoord kunnen we concluderen dat:
1. De N-VA de grendelgrondwet beschouwt als een blokkade van de Belgische democratie, wat strikt genomen juist is als je België als een ongedeeld land beschouwt. 
2. De Vlamingen betalen als vragende partij voor Staatshervormingen de democratische en financiële prijs. België is geen natie maar een "onderhandelingsstaat tussen twee Gemeenschappen".
3. De driedelige overheid (federaal en de gewesten) wordt er door deze wijze van hervormen niet efficiënter op.
4. De belangrijkste bevoegdheden voor een overheid om voor zijn burgers te kunnen zorgen, blijven federaal waardoor de Vlaamse regering afhankelijk blijft van de federale regering.


Het akkoord over de Zesde Staatshervorming dat wel de instemming kreeg van Vlaamse en Waalse politieke partijen kreeg de naam ‘Vlinderakkoord’ zo genoemd naar het vlinderdasje dat premier Elio di Rupo altijd draagt.


(verschijnt elke vrijdag)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten