dinsdag 19 december 2017

DE EENZAAMHEID VAN DE ONGELOVIGE 19

Mijn moeder, mijn oma en een oudere broer
midden jaren 20 van de vorige eeuw

Na Pasen mag ik naar huis. Ik heb er bijkans drie maanden opzitten. Op de dag van mijn vertrek wordt mijn moeder opgenomen in hetzelfde ziekenhuis. We ontmoeten elkaar bij de voordeur van het ziekenhuis. Was dat toeval of georganiseerd door de Zusters van Liefde? Ze vertelt me dat ik bij haar moeder, mijn oma, zal komen te wonen. Ik hoor dat ze ziek is geworden van het altijd maar weer buiten staan voor mijn glazen huis tijdens haar ontelbaar vele bezoeken. Daar kwamen ook nog eens de zorgen bij over mijn toestand.

Bezorgde moeders zien heel wat af. Dat begint al bij de geboorte. Wat daarna komt weet niemand maar een ding is zeker, zorgen zullen er altijd zijn. Waarom worden zoveel vrouwen dan nog steeds moeder? Ze weten toch waar ze aan beginnen? Is het een geheimzinnige kracht van Moeder Natuur, gehoorzamen zij aan de wetten van de evolutieleer of is het de Liefde? Wie het weet mag het zeggen.

Neem nu het gezellige Kerstmis, het feest van de geboorte van Jezus Christus. Bekijk dat eens van de kant van moeder Maria. Zwaar zwanger onderweg naar een verre stad moet ze bevallen in een stal tussen koeien, ezels en schapen. Dat is toch geen doen? Zo een gebeurtenis feestelijk te vieren is onmenselijk. En alsof dat nog niet erg genoeg is, moet ze meteen na de bevalling op de vlucht met haar Zoon en Man naar een vreemd land vanwege een jaloerse koning die het op haar Zoon gemunt heeft. Het kan toch niet anders of ze heeft zich onderweg vaak wanhopig afgevraagd waar ze in ’s hemelsnaam aan begonnen is?

De rest van haar levensverhaal is al evenmin bemoedigend. In plaats dat haar Zoon een fatsoenlijke timmerman wordt zoals zijn vader, wordt hij een rondreizend prediker die zijn mond niet kan houden. Dat moet verkeerd aflopen. Nog maar net 32 jaar oud wordt hij verraden door een volgeling en opgepakt door de Romeinse bezetter. Die bespotten en mishandelen Hem. In plaats van een fatsoenlijk proces wordt hij ter dood veroordeeld door een opgehitst volk en aan een kruis gespijkerd. Zijn moeder maakt dit pijnlijke en droevige einde mee. Wat heeft haar Zoon haar anders gebracht dan ellende en verdriet? Zelfs als het God's eigen Zoon is, dan is dit nog geen doen.

Ik leer in het huis van mijn oma weer op eigen benen te staan. In de ouwelijke huiskamer loop ik van stoel tot stoel tot mijn benen sterk genoeg zijn om me te dragen. Ondertussen worden de dagen langer en mooier, met zon en warmte. Ik kan buiten spelen. Ik knikker bij de voordeur op de stoep met kinderen uit de buurt. Het is of er niks aan de hand is geweest.


(verschijnt elke dinsdag)

6 opmerkingen: