zondag 10 april 2016

WEG MET HET REFERENDUM

Een digitale prent van petrus nelissen

Waarom moest er van politieke partijen uit linkse hoek als D66, Groen Links en PvdA een wet op het referendum komen? Vooral bij D66 waren ze er happig op. Daar zitten de grootste voorstanders van de directe democratie. Dat is een erfenis uit de jaren zestig toen hun voormannen kennis maakten met de Amerikaanse verkiezingscampagnes en bijbehorende mediaspektakels. Als je uit het toen nog heel gezapige Nederland kwam, maakten die heel veel indruk. Dat was pas modern en goed georganiseerd. Verkiezingen als een evenement en een belevenis waar naar het scheen zowat alle burgers bij betrokken waren. 

Zo waaide een idee van burgerschap uit migranten-land Noord Amerika, waar de nieuwe burgers hun geschiedenis en achtergronden letterlijk hadden achtergelaten, onder het mom van modern en vooruitstrevend over naar Nederland. Niks geen maatschappelijk en georganiseerd middenveld meer, dat waren immers verouderde zuilen en die hadden afgedaan. Weg met de ouderwetse politiek. Wat nog telt is het burgerschap, de rest is ballast uit de geschiedenis, de cultuur en religie. De staat zal voortaan kleurloos, reukloos, smaakloos en geluidloos zijn. Staat en maatschappij zijn bij D66 voortaan volledig gescheiden. Vandaar die fanatieke jacht op zogenaamde symbolen uit het verleden in publieke ruimtes.

Intussen is dit negentiende eeuwse ideaal zelfs nu ook in de VS achterhaald. De felle debatten over de al dan niet gewapende burger zijn daar een voorbeeld van. Dat recht op individueel wapenbezit heeft ten tijde van de verovering van het wilde westen wellicht zijn nut bewezen maar is nu na 200 jaar volledig uit de tijd geraakt. Toch houden veel Amerikanen zich krampachtig vast aan dit ideaalbeeld uit het verleden, dat van de vrije burger die vooral voor zichzelf mag opkomen, desnoods gewapend..

Terug naar D66. Volgens die partij moet Nederland dus een geoliede machine worden van allemaal individuele en vooral ook redelijke burgers. De formule daarvoor is de directe democratie met zijn gekozen minister president, de gekozen burgemeester, de gekozen sherif en natuurlijk het referendum. Maar in het Nederlandse politieke stelsel komt een referendum uiteindelijk neer op afschaffing van het parlement of in ieder geval een vermindering van zijn macht en bevoegdheden. Een parlement dat zichzelf door referenda laat corrigeren, verklaart zichzelf onmachtig en dat, zo hebben we nu kunnen zien, hebben de organisatoren van het Oekraïne referendum heel goed begrepen: het volk spreekt, de politiek (Tweede Kamer en regering) luistert.


Dat referenda de politiek dichter bij de burger brengen is demagogie. De actieve, geïnteresseerde burger kan toch lid worden van een politieke partij (behalve van de PVV, dat is een eenmanspartij tot schande van de Tweede Kamer). Geeft dat niet genoeg mogelijkheden om bij de Nederlandse politiek betrokken te worden? Mijn ervaring heeft me geleerd van wel. Je leert er ook nog van alles over besluitvorming, bestuur, compromissen sluiten, prioriteiten vaststellen enz. Allemaal heel belangrijk in een democratie. Waarom vertellen de politieke partijen dat niet aan de burgers in plaats van gemakzuchtig achter een referendum aan te rennen? Teveel Nederlandse politici hebben achter populisten aan gezeuld uit bangheid, gebrek aan visie en vooral veel verwarring in hoofd en hart.

2 opmerkingen:

  1. Mooie analyse. Heb overigens jaren D66 gestemd. Weet bij God niet meer waarop ik nu nog zou moeten stemmen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Nee, dat wordt moeilijk. Ik denk dat het CDA wordt. Niet zozeer vanwege de C maar vanwege de balans tussen individu en gemeenschap, algemeen belang en individuele vrijheid. Maar je weet natuurlijk nooit als er straks weer verkiezingen zijn.

    BeantwoordenVerwijderen