Pagina uit het boek "Cuba before the World", uitgegeven ter gelegenheid van de Panam-Pacific International Exposition in San Francisco, published by The Souvenir Guide of Cuba Co., 1915 |
In het boek
“Cuba before the World” uit 1915 wordt uitvoerig ingegaan op de
suikerproductie in Cuba, een van de belangrijkste exportproducten
naar vooral de Verenigde Staten. Volgens de cijfers in het boek (zie
tabel hieronder) was in 1912 de totale suikerproductie bijna 2
miljoen ton, in 1913 bijna 2,4 miljoen ton en in 1914 ruim 2,5
miljoen ton. Zoals je in dezelfde tabel kunt zien, werd het grootste
deel van de suiker geëxporteerd. In 1914 werd van de totale oogst
van ruim 2,5 miljoen ton nog geen 70.000 ton gebruikt voor
binnenlandse consumptie. Volgens het boek is suikerriet “ a sure
crop, and it is one that does not require the care and the delicate
attention given to tobacco and the other sensitive crops.” Arme
boeren kunnen gemakkelijk suikerriet aanplanten omdat de
suikerfabrieken hen helpen bij de aanplant en de oogst. “Cane is a
product requiring no great amount of skill. It is an easy, safe and
profitable crop.” (blz. 94 en 95)
Honderd jaar
later staat in een persbericht van Reuter van juni 2013 dat de
suikerproductie 1,5 miljoen ton bedroeg, bijna 1 miljoen ton minder
dan in 1913! Volgens de Cubaanse TV was de productie lager dan
verwacht vanwege verouderde fabrieken en machines naast de gevolgen
van de orkaan Sandy en slecht management. "Mills opened and
closed, opened and closed, opened and closed even though managers
said they were ready for the harvest," Cuban Vice President Jose
Ramon Machado Ventura told the meeting.” Opvallend in het Reuter
bericht is ook dat “Only 8 of 56 mills in the country were built
after the 1959 revolution, the last in the 1980s.” In 1915 waren
er maar liefst 178 suikerfabrieken waarvan er 176 operationeel waren.
Illustratie uit het boek "Cuba before the World", 1915. Suikerrietoogst met Ossekar. |
De vraag
dringt zich op wat er gebeurd is met dit belangrijke exportproduct
sinds de revolutie? Het is niet gemakkelijk om daar gegevens over te
vinden omdat het Cubaanse regiem niet scheutig is met informatie. Een
studie van Jorge Salazar Carrillo, Professor of Economics andDirector, Centre of Economic Reasearch van de Florida geeft enig inzicht in de ontwikkeling van de suikerindustrie op Cuba.
Volgens hem was de suikerproductie van Cuba in de jaren 40 en 50 van
de vorige eeuw de basis van de economische ontwikkeling van het
eiland: “Cuba was able to piggyback on the expansion of sugar
production and its higher prices during the late 1940s and early
1950s, to the extent that “it seems safe to say that among all
tropical countries Cuba has the highest per capita income. This
income is produced by a highly capitalized economy concentrating upon
a single export product-sugar. By pushing specialization to an
unusual extent, the Cuban economy has been able to turn in an
exceptional performance”4. The same conclusion was arrived at by
the Cuban Economic Research Group gathered by the University of Miami
late in 1961.”
De os is nog altijd een belangrijke werkkracht op het platteland. Deze foto is genomen in de omgeving van Vinales, 2008 (petrus nelissen) |
Echter aan het
begin van de 21ste eeuw “the Cuban sugar agroindustry was but a
shadow of its former self. It was no longer the engine of economic
activity.” De oorzaak van de ondergang van de suikerindustrie is
volgens de onderzoekers de in de jaren 80 van de vorige eeuw
overgenomen Sovjet Stijl en Methode van grootschalige productie. Het
plan was om de productie op te voeren tot 14 miljoen ton suiker per
jaar. Daarmee zou Cuba de suikerleverancier worden van de landen die
deel uitmaakten van het door de Sovjet Unie gedomineerde Council of
Mutual Economic Assistace.
“While this
goal was never reached, production in 1989 reached 7.58 million tons.
However this level of production was predicated on large subsidies of
oil and equipment from the Soviet Union. This, coupled with the
Soviet style “gigantism” (i.e. huge areas of land under one
administration) and large quantities of fertilizer, pesticides, etc.
in use, resulted in the Cuban sugar industry becoming highly
inefficient. The goal prior to 1989 was simply increased production
via any means, rather than seeking to increase it by greater
efficiency.” Met de val van de Sovjet Unie, vielen de goedkope
Russische toeleveranties weg en dat leidde op zijn beurt tot het
instorten van de Cubaanse suikerindustrie.
Op het platteland vind je nog de eenvoudige boerenhutten zoals 100 jaar geleden. Deze foto is genomen in het typische landschap rond het toeristische stadje Vinales, 2008 (petrus nelissen) |
“Cuba could
not finance its sugar industry in the early 1990s when it was forced
to purchase oil and spare parts on the international market at
prevailing prices. The primary cause of collapsing production was not
any absolute lack of markets...but shortages of key productive inputs
that had hitherto been imported; fertilizers and other agricultural
chemicals, fuels and assorted machinery and parts for both field and
factory. The magnitude of such shortages did not simply match the
fall in sugar earnings but actually exceeded it. This was because the
national economic crisis was so acute that a major part of shrinking
sugar export earnings was perforce diverted to finance other imports
considered to be yet more vital, most notably oil and food.”
Het gevolg was
dat de productie van ruim 8,5 miljoen ton in 1990, waarvan 7 miljoen
ton werd geëxporteerd, in 2000 terugviel tot net 4 miljoen ton,
waarvan 3,5 miljoen werd geëxporteerd. Daar bovenop kwam ook nog
eens een dramatische val van de wereldmarktprijs van suiker van
ongeveer 14 cent per pound naar 8 cent in 2002. Door het inzakken van
de productie en de lagen prijzen op de wereldmarkt kwam de Cubaanse
economie in een crisis die zich over het hele eiland liet voelen.
Cuba werd opeens een heel stuk armer.
Kruiwagen taxi in Trinidad, 2008. Ook in de toeristenindustrie blijft het improviseren voor de gewone Cubaan. (petrus nelissen) |
Niet langer is suikerriet de grootste bron van inkomsten op Cuba
maar het toerisme. Een bron van inkomsten die met de jaren alleen
maar belangrijker is geworden. Toerisme moet als het ware de vroegere
inkomsten van de suikerindustrie gaan vervangen. Dat zal de reden
zijn waarom Cuba zich nu openstelt voor een verzoening met de VS.
Noord Amerika is voor Cuba immers de meest aantrekkelijke want rijke,
grote en meest nabij gelegen toeristenmarkt. Het zou mij niet
verbazen als Havana straks weer een van de meest aantrekkelijke
uitgaanssteden van Noord Amerika wordt, zoals het voor de revolutie
onder dictator Batista ook al was.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten