vrijdag 7 januari 2022

30. HET BELOOFDE LAND. ROMANTIEK IN CÚCUTA

 

Tijdens een busstop worden ons alweer allerlei versnaperingen door voornamelijk vrouwen aangeboden.

De Colombiaanse bergreis is een totaal andere ervaring dan onze vakantiereis door Zwitserland een paar jaar geleden. Vergeleken met Colombia zijn de Zwitserse bergen een en al romantische vredigheid met glooiende Alpenweiden waarop vriendelijk grazende koeien hun klokken luiden. In de verte zie je een kerkje waar omheen de huizen gebroederlijk en vredig tegen elkaar leunen. Kom je eenmaal aan in zo een dorp dan is er altijd wel een herberg die je uitnodigt een kop koffie te komen drinken met Kuchen en andere lekkernijen.

Niets van dat alles treffen wij aan op onze weg naar ons visum. We maken een stop op een strook zand langs de weg pal voor enkele langs de weg geïmproviseerde houten huizen waar we achterom in een al even geïmproviseerd toilethut onze behoeften kunnen doen (pas op niks met je handen aanraken) waarna we koffie of iets kunnen drinken. Voor onderweg kopen we een paar in folie ingepakte met guayaba gevulde koeken. Een miskoop zo blijkt later in de bus. Het zit vol met mieren en wormpjes. Er zit niks anders op dan alles in de door onszelf geïmproviseerde afvalzak te gooien.

Zo rijden we langzaam de nacht in. We geven ons over aan de bus en vertrouwen op de Heilige Maagd Maria die voorin tegen het raam op het ritme van de bus zachtjes heen en weer wiegt. Naarmate het donkerder wordt, zien we alleen nog maar haar lichtje alsof het ons de weg wijst. De buschauffeur zelf heeft blijkbaar ook behoefte aan een houvast terwijl hij in het duister over de smalle asfaltweg kronkelt langs ravijnen die doen denken aan de hellekrochten van Dante’s Divina Comedia. 

Ik vertrouw erop dat we daar niet terecht in zullen komen. Ons leven is daarvoor nog lang niet genoeg zondig geweest. Bovendien zal Maria over ons waken als zijn we haar kinderen, wat we in zeker zin ook zijn als zij inderdaad de Moeder is van God’s Zoon. Met al deze gedachten in ons hoofd proberen we te slapen. Hoe gek ook, het zachte gefluister tussen de chauffeur en zijn copiloot werkt geruststellend en we dommelen zoetjes aan in slaap. Ergens in de nacht stopt de bus totaal onverwacht in het centrum van Cúcuta. We hebben slapend de lichtjes van de stad gemist. Pas de schok van de busstop maakt ons wakker. We gaan meteen op zoek naar een goedkoop doch redelijk betrouwbaar hotel alwaar we de rest van de nacht hopen bij te komen van de lange reis. 

Nu pas voelen we de warmte van de stad. In tegenstelling tot Bogotá ligt Cúcuta op tropische hoogte. Op onze hotelkamer op drie hoog is het klammig warm. We zijn blij met de ventilator die als de propeller van een reusachtig vliegtuig langzaam boven onze hoofden voor enige verkoelende lucht zorgt. Het is alsof we in een ouderwets romantische film verzeild zijn geraakt. Is het de opluchting dat we heelhuids zijn aangekomen of zijn het de zoete zachte geuren van de tropische nacht die ons verleiden om nog voor het slapen gaan heftig te vrijen waarna we in een diepe slaap vallen.

De volgende morgen is de romantiek nog niet uit onze hotelkamer verdwenen. We zien vanuit ons hotelraam palmbomen en met bloemen beladen struiken op het centrale plein van de stad. Het is er druk maar zeker niet te druk, eerder een gezellige provinciale levendigheid die aangenaam aandoet. Tegenover ons hotel is een dakterras waarop zo te zien mensen zitten te ontbijten. Zo een romantisch ontbijt willen we ook wel na onze weldadige nacht in het hotel. We hebben flinke honger. 

Na het ontbijt organiseren we de busreis van ongeveer 50 kilometer naar het Colombiaanse consulaat in de Venezolaanse grensstad San Cristobal. We zijn niet de enige buitenlanders die noodgedwongen hun visum moeten verlengen door een korte buitenlandse reis te maken maar het moet gezegd worden, alles verloopt voorspoedig. De busreis van Cúcuta naar San Cristobal is een fluitje van een cent en niet gelogen maar waar, de bureaucratische procedure tot verlenging van ons visum voor een half jaar is soepeler dat we na al onze ervaringen in de hoofdstad niet voor mogelijk hebben gehouden. 

Blij en gelukkig dat ons verblijf in Colombia is veilig gesteld keren we terug naar Cúcuta waar we alvorens op de nachtbus te stappen naar Bogotá op het dakrestaurant dineren als zijn we een welgesteld verliefd paar dat op huwelijksreis is en zich daarbij het een en ander kan veroorloven.

(wordt vervolgd)
 

1 opmerking: