dinsdag 11 december 2018

DE EENZAAMHEID VAN DE ONGELOVIGE 69




Mijn vader heeft een kamer met vol pension voor me gevonden bij een bevriende vakbondsman in het voormalige Philipsdorp in Strijp. Het toeval wil dat ze wonen op loopafstand van de imposante rij gebouwen van Philips Strijp waar ik werk. De bevriende vakbondsman is penningmeester van een afdeling van de Eindhovense voedingsbond.

Vanwege een hartkwaal is hij met vervroegd pensioen. Hij brengt de dag door in een stoel die als een troon staat naast de kachel in de woonkamer, halverwege de voorkamer en de keuken. Zo overziet hij alles wat in huis gebeurt. Door de dag heen leest hij de krant, luistert naar het nieuws en de actualiteiten op de radio en lost puzzels op in speciale puzzelboekjes.

In een van de eerste weken dat ik bij ze woon, nodigt hij me uit voor zijn wekelijkse ronde langs de leden van de afdeling. In een grote oude Opel met stuurversnelling rijden we door een groot deel van Eindhoven. We lopen meestal achterom naar de keukendeur. De vakbondscontributie ligt al klaar op de keukentafel. Hij stelt me voor als de zoon van Theo die sinds kort bij Philips werkt en nu bij hem woont zo lang het nodig is. Er wordt instemmend geknikt. Na nog een kort praatje over het werk en ziektes vertrekken we naar het volgende adres.

Eigenlijk komen ze uit Drente. Na de Tweede Wereldoorlog kon hij komen werken in Eindhoven, in een van de bakkerijen van etos. Zo te horen missen ze hun geboortegrond niet. Dat zou ook moeilijk kunnen want ze hebben intussen drie grote kinderen, twee dochters en een zoon, die alle drie bij Philips werken. Na de lagere school zijn ze naar de Philips school geweest. De zoon werkt in de glasfabriek, de twee dochters op een kantoor in het ELA gebouw dat ook op Strijp staat. ELA staat voor Electro Akoestiek en Apparaten, een belangrijke Hoofd Industrie Groep van Philips waar onder andere bandrecorders en geluidsinstallaties voor bioscopen worden gemaakt.

Geen van drieën hebben ze haast in de liefde, ook al willen de twee meiden nog wel eens uitvoerig vertellen over wat hun met deze of gene mannelijke collega is overkomen. De belangstelling is er wel maar haast dus niet. Ik word van begin af aan beschouwd als lid van het gezin. Ik eet mee aan tafel bij het ontbijt en het avondeten.

Ik eet wat de pot schaft, een boerse pot als thuis, de heilige drieëenheid soep, aardappelen met vlees en pudding. Net als thuis mag onder het eten gepraat worden. We praten over de dingen van alledag op het werk en er worden nieuwtjes uitgewisseld. Ik blijf wat op de achtergrond, per slot van rekening ben ik nieuw en ondanks alle hartelijkheid niet echt een gezinslid. Ik merk al gauw dat kritiek op Philips niet wordt gewaardeerd. Niemand wil er een kwaad woord horen over het bedrijf dat het gezin zoveel goeds brengt.

 
(verschijnt elke dinsdag)

2 opmerkingen:

  1. Philips leidde dus zijn toekomstig personeel zelf op ...

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dankzij Philips hebben heel veel mensen werk, inkomen en inderdaad een opleiding gehad.

    BeantwoordenVerwijderen