De tijd begint te dringen. De zomer loopt ten einde. Ik moet aan de slag. Lanterfanten is nooit een doel in mijn leven geweest. Maar voor ik kan wanhopen, komt mijn vader, de immer vasthoudend vakbondsman, met een krantenadvertentie. Deze keer geen baan bij de overheid maar bij een grote fabriek in het zuiden des lands en dan weet je het wel. Ze kunnen daar jonge mensen gebruiken voor van alles en nog wat.
Ik zie Philips wel zitten. Ik heb altijd veel plezier gehad van mijn Philips Pionier radio bouwdoos. Het gemakkelijk in elkaar te knutselen radiootje met zijn zelf te wikkelen spoel, transistors en diodes geeft via een kristalletje verbonden aan een oortelefoontje, prima ontvangst van Hilversum 1 en 2. Dank zij de Pionier ben ik ’s avonds in bed verbonden met radioland. De enige zwakke plek van de Pionier is zijn lange antenne. Ik gebruik de waslijn beneden in de achtertuin. Helaas maakt mijn moeder de verbinding regelmatig stuk met haar zwabber en poetsdoek tijdens de poetsbeurt van mijn slaapkamer. Maar gelukkig is het ook weer gemakkelijk te maken.
De twee keer dat ik vakantiewerk heb gedaan bij Philips zijn me ook goed bevallen. Het was er goed werken voor een schooljongen van 14 jaar. Ik verdiende 18 gulden per week en kreeg met een het eind een bonus. Een eigentijds kunststoffen schemerlampje voor op de TV. Het heeft nog jaren ons gezinsleven bijgelicht tijden het TV kijken.
Ik ga dan ook vol vertrouwen naar Philips personeelszaken in de Emmastraat in Eindhoven. De psychologische tests lopen goed af en ik word aangenomen. Ik kom te werken bij de Technisch-Commerciële Informatie Groep van de Hoofd Industrie Groep Radio Grammofoon en Televisie in een van de grote gebouwen van Philips Strijp aan de rand van het Philipsdorp.
(verschijnt elke dinsdag)
Toen hadden afdelingen dus ook al imposante, nietszeggende namen.
BeantwoordenVerwijderenNietszeggend zou ik niet willen zeggen.
BeantwoordenVerwijderen