dinsdag 11 augustus 2015

HAALT DE VAKBOND 2040?


In april dit jaar werd een cursus over de vakbeweging afgesloten met een inleiding door Paul de Beer, hoogleraar arbeidsverhoudingen aan de UVA in Amsterdam. Hij zocht naar een antwoord op de vraag of de vakbeweging nog toekomst heeft. De Beer adviseerde de vakbeweging toch vooral keuzes te maken. ‘Alles willen doen is op termijn noodlottig’. Kiezen we voor een vakbond met een brede maatschappelijke oriëntatie of voor een doelgerichte belangenbehartiger? Het verleden leert, aldus De Beer, dat met kleine stappen forse resultaten kunnen worden bereikt. Kees van Kortenhof doet in de digitale nieuwsbrief “Het geheugen van de vakbeweging”, een uitgave van de “stichting Vrienden van de Historie van de Vakbeweging” VHV verslag van de afsluitende bijeenkomst.



Solidariteitsmars met stakers in de Metaal, Oss, 1977
(foto: petrus nelissen)

Successen

De Beer keek terug op de successen die de vakbeweging de afgelopen honderdtien jaar in Nederland boekte. Het reële loon per arbeidsjaar is sterk gestegen terwijl de arbeidsduur is afgenomen. Een werknemer verdient nu per uur tien maal zoveel als 100 jaar geleden. Als we de verhouding tussen arbeid en kapitaal over die periode onderzoeken, moeten we echter concluderen dat ‘de Franse econoom Thomas Piketty met zijn boek Kapitaal gelijk heeft en de kapitalisten aan de winnende hand zijn’. De werkzekerheid is groter dan in de 19e eeuw maar ook in de afgelopen eeuw kwamen crises voor die, tot op de dag van vandaag, leidden tot grote werkloosheid.

Uitdagingen

De Beer schilderde ook de uitdagingen voor de vakbeweging van nu. De organisatiegraad is ‘een glijbaan omlaag’. In 1980 waren nog 1 op de 3 werknemers lid van een bond, nu nog slechts 1 op de 6. Het aandeel van ouderen in de beweging is groot en de organisatiegraad onder 25-jarigen en jonger is laag, namelijk 7%. Dat verzwakt de legitimering van acties en uitspraken van de vakbeweging. Hij weet dit ondermeer aan de defensieve houding van de vakbeweging en vergeleek die van nu, met die uit de jaren zestig en zeventig.‘ De politiek-economische agenda wordt niet langer bepaald door de vakbeweging maar veel meer door politiek Den Haag en de werkgevers’.
De vakbeweging moet ophouden alles te willen doen. Dat is op termijn noodlottig. Bovendien moet duidelijk worden wie de doelgroep vormt van de vakbeweging. Zijn dat de leden? Zijn dat alle werknemers of alle werknemers inclusief de zzp’ers of misschien alle (indirect) loonafhankelijken inclusief de uitkeringsgerechtigden en gepensioneerden?

Solidariteitsmars met de stakers in de Metaal, Oss 1977
(foto: petrus nelissen)

Haalt de bond 2040?

Tijdens een afsluitend forum werden twee vragen behandeld: Is kennis van de geschiedenis voor de vakbeweging noodzaak? en Bestaat de vakbeweging in 2040 nog? Paul de Beer waarschuwde voor te veel achteruit kijken omdat ‘kennis van de geschiedenis ook kan leiden tot conservatisme en het vasthouden aan oude modellen.’ Piet Hazenbosch (bestuursadviseur CNV en onderzoeker van de geschiedenis van het CNV) stelde daarentegen vast dat wanneer men wil begrijpen wat er aan de hand is, men moet weten waar men vandaan komt. Volgens Hazenbosch verschilt de tijd waarin de vakbeweging ontstond, fundamenteel van de huidige en hij constateerde dat de vakbeweging van nu onvoldoende aansluit bij de hedendaagse maatschappelijke ontwikkeling. Hij pleitte voor een terugkeer van de ‘ideologische veren’ waarbij we de vraag beantwoorden: ‘Waartoe zijn we op aarde?’. Hier vinden de christelijke vakbondsman Hazenbosch en de links-socialistische Van der Velden elkaar. Want de laatste ook betreurt is het verlies aan ideologische diepgang en visie op de maatschappij bij de vakbeweging. ‘Misschien heeft het CNV nog minder die veren verloren’. Sjaak van der Velden, specialist op het terrein van de Nederlandse arbeidsverhoudingen, zal het verder ‘worst zijn’ of de vakbeweging in 2040 nog bestaat. ‘De organisatie is een middel om bepaalde doelen te bereiken. Daar gaat het om.’

Zonsondergang

Leontine Bijleveld, zelfstandig onderzoeker en adviseur vrouwenrechten en arbeidsverhoudingen én historica, acht geschiedenis onontbeerlijk maar dan graag breed en als inspiratiebron voor het heden. Zij deelt de opvatting van haar CNV-collega dat de vakbeweging in 2014 niet meer bestaat zoals nu maar er zullen altijd sociale bewegingen zijn, die de wereld een beetje beter maken. Harry Peer, deskundige medezeggenschap en ondernemingsraden, wijst met de vinger naar de vakbeweging zelf als het om de geschiedenis gaat ‘want de diepgravende kadertrainingen zijn er allemaal verdwenen. Er is te weinig vraag naar de drijfveren van de vakbeweging en vakbondsmensen.’ Hij vreest Amerikaanse toestanden waar werkgevers met alle macht de vakbeweging buiten de deur kunnen houden. ‘We praten veel over het Rijnlandse model maar ondertussen komt het VS-model op ons af.’ Lodewijk de Waal, voormalig voorzitter van de FNV en tegenwoordig voorzitter VHV, sloot de bijeenkomst af en vroeg zich af hoe optimistisch hij zelf is. Zelf werd hij 35 jaar geleden actief in de FNV en is groot geworden met Bob Dylan’s The Times, They Are A-Changin'. Maar diezelfde Dylan zou in de jaren tachtig de zonsondergang van de vakbeweging aankondigen. Wie de tekst leest van Sundown in the Union, kan niet anders concluderen dat er nog werk genoeg is voor de vakbeweging.

Kees van Kortenhof

April 2015


Jongeren in de Solidariteitsmars met de Stakers in de Metaal, Oss 1977
(foto: petrus nelissen)


Dat het niet gaat goed met de vakbeweging als het gaat om ledental en representativiteit van de werknemers, blijkt ook uit onderstaand rapport van het CBS.

Opnieuw minder vakbondsleden, wel sinds lange tijd meer jongeren lid.

Het aantal vakbondsleden daalt in 2014 opnieuw, maar er werden meer jongeren lid. Het aantal vrouwelijke vakbondsleden neemt, na een incidenteel dipje vorig jaar, ook weer toe. Het aantal oudere leden daalt. Eind maart 2014 telde de vakbeweging ruim 1,7 miljoen leden, 30 duizend minder dan een jaar eerder. Bij alle vakcentrales, maar ook bij de niet-aangesloten bonden, daalde het ledental. De FNV was met ruim 1,1 miljoen leden de grootste vakcentrale.

Vakbond verjongt

Het aantal jongeren (tot 25 jaar) dat lid is van een vakbond is vergeleken met vorige eeuw bijna gehalveerd. In 1999 bedroeg het aantal jonge leden nog 117 duizend, in 2013 waren dat er nog 61 duizend. Aan de daling van het aantal jongeren lijkt een einde te zijn gekomen. De afgelopen jaren daalde het aantal jongere leden al nauwelijks, in 2014 kwamen er voor het eerst 6 duizend jonge leden bij. Van alle vakbondsleden is nu 3,8 procent jonger dan 25 jaar.

Een op de zes leden 65 jaar of ouder

Het aantal vakbondsleden daalde in de leeftijden 25 tot 45 jaar en 45 tot 65 jaar. Deze laatsten vormen nog wel steeds de grootste groep met 906 duizend leden. Dit zijn er 19 duizend minder dan vorig jaar. Een deel zegde hun lidmaatschap op, een ander deel bleef lid, maar hoort nu bij de gepensioneerde vakbondsleden (65 jaar en ouder). Het aantal leden dat ook na de pensionering lid blijft, nam in 2014 toe. Het aandeel 65-plussers kwam uit op 17 procent, een op de zes vakbondsleden is dus 65 jaar of ouder. Gepensioneerden kunnen vaak voor een lager contributietarief gebruik blijven maken van de diensten van een vakbond.

Meer vrouwen lid van vakbond

Na een daling in 2013 zijn in 2014 weer iets meer vrouwen lid van een vakbond. Hun aantal komt uit op 630 duizend.


Centraal Bureau voor deStatistiek, Webmagazine , 31 oktober 2014




De tekst van Bob Dylan's lied "Union Sundown"

Well, my shoes, they come from Singapore
My flashlight’s from Taiwan
My tablecloth’s from Malaysia
My belt buckle’s from the Amazon
You know, this shirt I wear comes from the Philippines
And the car I drive is a Chevrolet
It was put together down in Argentina
By a guy makin’ thirty cents a day

Well, it’s sundown on the union
And what’s made in the U.S.A.
Sure was a good idea
Til greed got in the way

Well, this silk dress is from Hong Kong
And the pearls are from Japan
Well, the dog collar’s from India
And the flower pot’s from Pakistan
All the furniture, it says “Made in Brazil”
Where a woman, she slaved for sure
Bringin’ home thirty cents a day to a family of twelve
You know, that’s a lot of money to her

Well, it’s sundown on the union
And what’s made in the U.S.A.
Sure was a good idea
Til greed got in the way

Well, you know, lots of people complainin’ that there is no work
I say, “Why you say that for
When nothin’ you got is U.S.–made?”
They don’t make nothin’ here no more
You know, capitalism is above the law
It say, “It don’t count ’less it sells”
When it costs too much to build it at home
You just build it cheaper someplace else

Well, it’s sundown on the union
And what’s made in the U.S.A.
Sure was a good idea
Til greed got in the way

Well, the job that you used to have
They gave it to somebody down in El Salvador
The unions are big business, friend
And they’re goin’ out like a dinosaur
They used to grow food in Kansas
Now they want to grow it on the moon and eat it raw
I can see the day coming when even your home garden
Is gonna be against the law

Well, it’s sundown on the union
And what’s made in the U.S.A.
Sure was a good idea
Til greed got in the way

Democracy don’t rule the world
You’d better get that in your head
This world is ruled by violence
But I guess that’s better left unsaid
From Broadway to the Milky Way
That’s a lot of territory indeed
And a man’s gonna do what he has to do
When he’s got a hungry mouth to feed

Well, it’s sundown on the union
And what’s made in the U.S.A.
Sure was a good idea
Til greed got in the way

1 opmerking:

  1. Het is dat lid zijn van de vakbond bijna een vereiste is hier in België, anders had ik het ook niet gedaan ...

    BeantwoordenVerwijderen