De Efteling is vooral een familiepark zoals je kunt zien op deze in 1977 gemaakte foto van 3 generaties. |
De kip met het gouden ei heb ik zondag
niet gezien in de Efteling. Ik heb hem nog gezocht op de kaart maar
niet gevonden. Wel zag ik Holle Bolle Gijs de papierslikker, ook een
oud bekende. Net als veel landgenoten ben ook ik opgegroeid met de
Efteling. Mijn herinnering gaat terug naar begin jaren vijftig van de
vorige eeuw. Gek genoeg herinner ik me van die eerste keer niet echt
iets van de Efteling, nou ja misschien lang nek en de zingende
paddestoelen. Wat ik me vooral herinner is de weg er heen. Ome Harry
de broodbezorger had voor de gelegenheid een grote zwarte Amerikaanse
slee gehuurd waarmee we van Oss naar de Efteling reden. Dat was
misschien wel de eerste keer dat ik met ons gezin en dat van mijn oom
in een echte auto reed. Dat was pas een avontuur.
Mijn tweede bezoek was met toen nog
onze 2 kinderen samen met mijn ouders en mijn zus. Dat was in 1977.
Die dag is me beter bij gebleven, ik denk ook vanwege de foto's die
ik toen gemaakt heb. Het was bij dit bezoek dat ik een foto maakte
van een groep geestelijk gehandicapten bij de kip met het gouden ei.
Vandaar dat ik me afvroeg of dat nog bestond. Het was een leerzame
foto omdat een vriend van mij in de donkere kamer, intussen verleden
tijd geworden, de techniek van het doordrukken en tegenhouden bij het
belichten van de foto leerde. De fotografen onder ons weten wel wat
ik bedoel.
Ook in 1977 was de Efteling al geschikt voor groepsuitjes. |
Zondag was ik er met opnieuw 2 van mijn
kinderen en kleinkinderen. Ik kon bij aankomst aan het parkeerterrein
al zien dat de Efteling ondertussen is uitgegroeid tot het grootste
en bekendste familiepark van Nederland. Want dat is het wat de
Efteling in de loop der tijd geworden is, een familiepark dat ons
onvermijdelijk herinnert aan onze eigen jeugd die voorbij gaat maar
dankzij de Efteling ook wordt overgedragen aan onze kinderen en
kleinkinderen. Door de uitgebeelde sprookjes van de gebroeders Grimm
en Hans Andersen en de tekeningen van Anton Pieck is het dubbele
nostalgie geworden, die aan onze eigen jeugd én aan de tijd
daarvoor.
De Efteling is begonnen als een
verbeelding van sprookjesvertellingen die zijn opgeschreven. Het is
volkslitteratuur uitgebeeld met hulp van de nostalgische
volkstekenaar Anton Pieck. Met zijn tekeningen schiep hij prettige
herinneringen, een bijna feestelijk verleden met gezellige
(kneuterige) huisjes, kleine huiselijke raampjes, mooie zomers en
echte winters. Een verleden wat nooit bestaan heeft maar wat we ons
maar al te graag willen voorstellen. Anton Pieck tekende voor ons de
verleiding van de herinnering.
Zulke volkse herinneringen zijn
onvermijdelijk kneuterige, zo te zeggen klein Hollands. Ik zag het
gisteren in heel wat attracties terug, net als de typisch Nederlandse
schoolse uitleggerigheid. Vermaak zonder een educatieve toets is in
Nederland uit den boze. Voor sommige straffe gelovigen is dat zelfs
letterlijk zo, die kijken zondags ook niet naar TV en gaan niet
sporten. Daar hebben we of we het willen of niet een tik van
meegekregen. Erg is het niet maar soms wel langdradig. Waarom eerst
een heel verhaal voorgelezen over de dansende schoentjes voordat ze
beginnen te dansen?
Ook nu nog blijven nieuwsgierige kinderen onderzoeken hoe Holle Bolle Gijs werkt. |
Die educatieve letterlijkheid belet ook
vaak dat de fantasie tot in zijn essentie wordt uitgeleefd. De
geschiedenis van de Bokkenrijders is interessant maar kneuterig
verbeeld met overbodige details van locatie en tijd en daardoor voor
kinderen te langdradig en uitleggerig. Wat doet het er toe waar het
verhaal zich afspeelt? Het gaat om de strijd tegen goed en kwaad
ergens bij ons in de buurt en dat moet je voluit verbeelden, de
geschiedenis is hooguit een houvast en een leidraad maar niet meer
dan dat. Dat geldt ook voor het Raveleijn spektakel, de verbeelding
van een verhaal die men al te volledig wil naspelen zonder zich tot
de essentie te beperken. In wezen gaat het om een strijd tussen een
slechterik en onschuldige kinderen die hij met zijn boeven bedreigt.
Leef je uit op de slechterik en dan vooral draak die ondanks dat
kosten en moeite niet gespaard zijn, nu niet helemaal uit de verf komt.
Dat is jammer.
Aan de laatste twee voorstellingen zie
je dat de Efteling meteen ook verzeild is geraakt tussen het sprookje
van de verbeelding en de kermisattractie, ook zo oud als de mensen
zelf. Het sprookje is meer litterair, de attractie de onderbuik. In
de Efteling treft je beide aan, beleefd in gezin en familieverband.
Toch wel apart. Ik ben benieuwd hoe lang de Efteling in staat zal
zijn het publiek binnen te halen, want dat is dank zij internet en TV
gewend om alles tot in de details en op perfecte wijze verbeeld te
zien. Tussen de bedrijven zie je jongeren al regelmatig verveeld op
hun telefoon naar nieuwe impulsen zoeken. Zal het familiepark ook dit
overleven?
Lang geleden voor mij, de Efteling. Leuk dat Holle Bolle Gijs en Langnek er nog steeds zijn. Toch een kleine correctie: van geestelijk gehandicapten spreekt men tegenwoordig niet meer. Dat zijn mensen met een verstandelijke beperking. Klinkt toch heel wat positiever.
BeantwoordenVerwijderen@ZJA
VerwijderenVoor mij maakt niet uit en ik denk voor de verstandelijk gehandicapten nog minder.