maandag 20 januari 2014

DE EFTELING

De Efteling is vooral een familiepark zoals je kunt zien op deze in 1977 gemaakte foto van  3 generaties.

De kip met het gouden ei heb ik zondag niet gezien in de Efteling. Ik heb hem nog gezocht op de kaart maar niet gevonden. Wel zag ik Holle Bolle Gijs de papierslikker, ook een oud bekende. Net als veel landgenoten ben ook ik opgegroeid met de Efteling. Mijn herinnering gaat terug naar begin jaren vijftig van de vorige eeuw. Gek genoeg herinner ik me van die eerste keer niet echt iets van de Efteling, nou ja misschien lang nek en de zingende paddestoelen. Wat ik me vooral herinner is de weg er heen. Ome Harry de broodbezorger had voor de gelegenheid een grote zwarte Amerikaanse slee gehuurd waarmee we van Oss naar de Efteling reden. Dat was misschien wel de eerste keer dat ik met ons gezin en dat van mijn oom in een echte auto reed. Dat was pas een avontuur.

Mijn tweede bezoek was met toen nog onze 2 kinderen samen met mijn ouders en mijn zus. Dat was in 1977. Die dag is me beter bij gebleven, ik denk ook vanwege de foto's die ik toen gemaakt heb. Het was bij dit bezoek dat ik een foto maakte van een groep geestelijk gehandicapten bij de kip met het gouden ei. Vandaar dat ik me afvroeg of dat nog bestond. Het was een leerzame foto omdat een vriend van mij in de donkere kamer, intussen verleden tijd geworden, de techniek van het doordrukken en tegenhouden bij het belichten van de foto leerde. De fotografen onder ons weten wel wat ik bedoel.

Ook in 1977 was de Efteling al geschikt voor groepsuitjes.

Zondag was ik er met opnieuw 2 van mijn kinderen en kleinkinderen. Ik kon bij aankomst aan het parkeerterrein al zien dat de Efteling ondertussen is uitgegroeid tot het grootste en bekendste familiepark van Nederland. Want dat is het wat de Efteling in de loop der tijd geworden is, een familiepark dat ons onvermijdelijk herinnert aan onze eigen jeugd die voorbij gaat maar dankzij de Efteling ook wordt overgedragen aan onze kinderen en kleinkinderen. Door de uitgebeelde sprookjes van de gebroeders Grimm en Hans Andersen en de tekeningen van Anton Pieck is het dubbele nostalgie geworden, die aan onze eigen jeugd én aan de tijd daarvoor.

De Efteling is begonnen als een verbeelding van sprookjesvertellingen die zijn opgeschreven. Het is volkslitteratuur uitgebeeld met hulp van de nostalgische volkstekenaar Anton Pieck. Met zijn tekeningen schiep hij prettige herinneringen, een bijna feestelijk verleden met gezellige (kneuterige) huisjes, kleine huiselijke raampjes, mooie zomers en echte winters. Een verleden wat nooit bestaan heeft maar wat we ons maar al te graag willen voorstellen. Anton Pieck tekende voor ons de verleiding van de herinnering.

Zulke volkse herinneringen zijn onvermijdelijk kneuterige, zo te zeggen klein Hollands. Ik zag het gisteren in heel wat attracties terug, net als de typisch Nederlandse schoolse uitleggerigheid. Vermaak zonder een educatieve toets is in Nederland uit den boze. Voor sommige straffe gelovigen is dat zelfs letterlijk zo, die kijken zondags ook niet naar TV en gaan niet sporten. Daar hebben we of we het willen of niet een tik van meegekregen. Erg is het niet maar soms wel langdradig. Waarom eerst een heel verhaal voorgelezen over de dansende schoentjes voordat ze beginnen te dansen?

Ook nu nog blijven nieuwsgierige kinderen onderzoeken hoe Holle Bolle Gijs werkt.

Die educatieve letterlijkheid belet ook vaak dat de fantasie tot in zijn essentie wordt uitgeleefd. De geschiedenis van de Bokkenrijders is interessant maar kneuterig verbeeld met overbodige details van locatie en tijd en daardoor voor kinderen te langdradig en uitleggerig. Wat doet het er toe waar het verhaal zich afspeelt? Het gaat om de strijd tegen goed en kwaad ergens bij ons in de buurt en dat moet je voluit verbeelden, de geschiedenis is hooguit een houvast en een leidraad maar niet meer dan dat. Dat geldt ook voor het Raveleijn spektakel, de verbeelding van een verhaal die men al te volledig wil naspelen zonder zich tot de essentie te beperken. In wezen gaat het om een strijd tussen een slechterik en onschuldige kinderen die hij met zijn boeven bedreigt. Leef je uit op de slechterik en dan vooral draak die ondanks dat kosten en moeite niet gespaard zijn, nu niet helemaal uit de verf komt. Dat is jammer.

Aan de laatste twee voorstellingen zie je dat de Efteling meteen ook verzeild is geraakt tussen het sprookje van de verbeelding en de kermisattractie, ook zo oud als de mensen zelf. Het sprookje is meer litterair, de attractie de onderbuik. In de Efteling treft je beide aan, beleefd in gezin en familieverband. Toch wel apart. Ik ben benieuwd hoe lang de Efteling in staat zal zijn het publiek binnen te halen, want dat is dank zij internet en TV gewend om alles tot in de details en op perfecte wijze verbeeld te zien. Tussen de bedrijven zie je jongeren al regelmatig verveeld op hun telefoon naar nieuwe impulsen zoeken. Zal het familiepark ook dit overleven?

2 opmerkingen:

  1. Lang geleden voor mij, de Efteling. Leuk dat Holle Bolle Gijs en Langnek er nog steeds zijn. Toch een kleine correctie: van geestelijk gehandicapten spreekt men tegenwoordig niet meer. Dat zijn mensen met een verstandelijke beperking. Klinkt toch heel wat positiever.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. @ZJA
      Voor mij maakt niet uit en ik denk voor de verstandelijk gehandicapten nog minder.

      Verwijderen