vrijdag 19 juli 2013

STRIJD TEGEN KANKER

Kaart van het strijdtoneel.


Je leest en hoort nogal eens over strijd tegen kanker. Er zijn ook allerlei fondsen die strijd tegen kanker financieren. Het lijkt wel een potje oorlog. Maar eerlijk gezegd, ik zou niet weten hoe je als patiënt moet strijden tegen kanker. Ik heb huidkanker maar om nu te zeggen dat ik daar strijd tegen lever. Je ondergaat de ziekte met hulp van artsen, verplegers en allerlei ander volk dat ergens in is gespecialiseerd: longfoto's maken, ct scans, bloedproeven, dermatologen enz.

Het begon sowieso onschuldig. Een paar jaar geleden zei mijn huidarts dat ze een vervelende mededeling voor me had. Een huidvlekje bleek na onderzoek kwaadaardig. Ik vond het niks om je druk over te maken. Zo'n klein vlekje. Het werd in Leuven al keuvelend door 2 artsen weg gesneden. Ik maakte uit hun gesprek op dat ze moeite hadden met diëten. Ik kon me dat voorstellen. Ik heb dat ook, al jaren. Het vervolg was dat ik me voortaan elk jaar zou melden bij de afdeling oncologie te Leuven en elk half jaar bij de specialiste in mijn dorp. So far, so good.

Twee jaar geleden ging er bij de jaarlijkse controle een bel rinkelen. Een vlek naast de weggesneden vlek zag er niet goed uit. Of ik 's middags me nog een keer wilde melden op de afdeling oncologie zodat meerdere specialisten geraadpleegd konden worden. Prima. Het besluit viel na enig beraad. Een oorlogsverklaring aan de vlek. Hij werd voor alle zekerheid net zo vakkundig als de vorige keer weg gesneden. Die middag nog reed ik dus weer vlekvrij naar huis. De volgende dag was ik de strijd alweer vergeten.

Dit jaar gingen er bij de jaarlijkse controle ineens een heleboel bellen rinkelen. Er volgde onmiddellijk een briefing van de prof en de assistent. Een strategisch aanvalsplan om de uitzaaiing met grove middelen te verwijderen. Of ik me maar eventjes oorlogsklaar wilde maken. Maar ik zat met mijn hoofd nog in vredestijd, dus ik wilde het maar niet bevatten. Zoals het een gehoorzaam soldaat betaamt, luisterde ik zonder tegenspreken, beaamde alles wat ze zeiden maar wist bij god niet waar ze het over hadden. Er moesten foto's gemaakt worden, extra scans waarna opname in het ziekenhuis waar operatief het melanoom (kwaadaardig gezwel) verwijderd zal worden tezamen met alle andere lymfeklieren in mijn linkeroksel, zenuwen worden beschadigd maar dat hoort er bij en zo nog wat van die oorlogszuchtige taal.

Ik probeerde ondertussen door te gaan met mijn gewone leventje. Dat was wel zo geruststellend. Maar langzaam maar zeker drong het tot me door dat de medische stand een oorlogsverklaring had afgelegd en zich nu met alle middelen voorbereidde om ten strijde te trekken tegen het gezwel. Er zat niets anders voor mij op dan me te schikken als een brave soldaat. Na extra scans kwam ik in een loopgraaf in het ziekenhuis te liggen, notabene naast een veel oudere man die hoogst waarschijnlijk aan zijn laatste veldslag bezig was.

De medici wonnen de strijd en het kankergezwel werd verwijderd. Enige collateral damage was niet te vermijden maar daar zou wel weer goed komen zo verzekerde mij een van de officieren. Als gehoorzaam soldaat geloofde ik dat onmiddellijk. Ik begon met herstelwerkzaamheden aan mijn lijf met behulp van de onvermijdelijke pillen en een kinesist. Volgens de laatste moest ik nu vooral zelf strijden met oefeningen tegen het vastroesten van mijn schoudergewrichten en tegen het dikker worden van mijn arm. Bewegen en nog eens bewegen, zo luidde het devies.

Na verloop van tijd werd duidelijk dat ik deze veldslag dankzij bekwame officieren en oversten had gewonnen ook al wordt je lijf natuurlijk nooit meer de oude. Dat kan ook niet. Ik mocht al lang blij zijn dat ik er zo goed was afgekomen, vonden de verplegers en de wijkzusters. Maar had ik nu ook de oorlog gewonnen? Wel, dat konden ze me niet vertellen. Dat kan, maar dat kan ook niet. Een nieuwe uitzaaiing en dan hoogst waarschijnlijk van een veel ernstiger aard, is altijd mogelijk maar hoef niet. Het kan best dat er nooit meer wat komt en dat ik uiteindelijk aan iets heel anders dood ga. Nu ja, dood ga je toch dus gaan we nu maar welgemoed verder met leven. Wat moet een brave soldaat anders? Profiteren van zijn verlof tot de volgende oorlog zich aandient.

donderdag 18 juli 2013

DE MAZELEN KRIJGEN

Verplichte inenting (Pietro Purigno,St. Sebastian, 1489)


Het lijkt allemaal zo gemakkelijk. Je laat je kinderen tegen mazelen inenten en hup ze zijn alweer veilig voor een ziekte. Wie kan daar nu tegen zijn? Daar moet je toch idioot of achterlijk voor zijn en mensen die zich beroepen op God zijn toch achterlijk? Dat weten we intussen dank zij de wetenschap.

Maar is dat ook zo? Wat weten we nu eigenlijk dank zij de wetenschap over ons en de wereld? Een hoop veronderstellingen die niemand ooit echt kan toetsen en zolang dat niet gebeurt, is er niks wetenschappelijk bewezen. Het zijn allemaal veronderstellingen net zo goed als God een veronderstelling is. De veronderstelling van de Oerknal en het ontstaan van heelal, aarde, planten, dieren en mensen wordt tegenwoordig voor waar aangenomen omdat de wetenschap in de loop der tijd zijn gelijk heeft bewezen. De wetenschap is betrouwbaar.

Maar geld dat voor altijd en overal? Dat is nu net het moeilijke deel van de wetenschap. Waarom zijn er anders zoveel mensen tegen kernenergie en gentechnologie, toepassingen die we danken aan de wetenschap, net als de auto, het vliegtuig, de radio, de fiets, kolencentrales, de elektrische lamp, enz. Aan die toepassingen twijfelen we niet, zelfs niet als er een vliegtuig of raket is neergestort, mensen in een auto verongelukt zijn enz. We blijven in de wetenschap geloven ondanks de risico's. We nemen die zelfs op de koop toe. 

Maar volgens veel mensen is kernenergie gevaarlijk en gentechnologie onnatuurlijk. Maar hoe gevaarlijk en wat is onnatuurlijk? Is de anticonceptiepil wel zo natuurlijk ook al wordt die wereldwijd aanvaard als een uitstekend middel voor geboortebeperking? Is kunstmatige bevruchting natuurlijk? Is en reageerbuisbaby natuurlijk? Niemand kan met zekerheid zeggen, ook de wetenschap niet. Is kernenergie gevaarlijk? Volgens wetenschappelijke statistieken niet gevaarlijker dan andere vormen van energie. Het hangt er maar vanaf wat je nog wel en wat niet maatschappelijk aanvaardbaar vindt.

Is het niet inenten tegen mazelen gevaarlijk? Dat ligt er maar aan. Mijn generatie is niet ingeënt. Ik heb gewoon de mazelen gehad en daar deed toen niemand ongerust over. Mijn moeder stelde zelfs min of meer opgelucht vast dat ik de mazelen had. Dat hoorde bij kinderziekten. Ik wil niet pleiten tegen inenting. Ik wil alleen maar vaststellen dat zulke zaken betrekkelijker zijn dan sommigen denken of beweren.

Dit verschil in perceptie op grond van veronderstellingen -wetenschappelijk of religieus- schept verwarring. De een is voor kernenergie, de ander tegen op grond van dezelfde risicoberekeningen. Hetzelfde is het geval met gentechnologie of om wat lager bij de grond te blijven de winning van (schalie)gas. Maar als de wetenschap niet in staat is het verlossende woord te spreken over wat natuurlijk zou zijn en wat niet, wat gevaarlijk is voor mensen en wat niet, waarom stellen sommigen zich dan zo arrogant op tegen mensen die zich door andere veronderstellingen laten leiden dan die van de wetenschap? Beschouwen ze de andersdenkenden als een bedreiging of is het soms een kwestie van geld? Dat zou je wel denken als je sommige van de argumenten leest om inenting tegen mazelen te verplichten.

Als je inentingen gaat verplichten waarom dan ook niet bewegen tegen hart en vaatziekten (verplicht joggen, fietsen of zwemmen te controleren met een registratiechip)? Waarom niet een verbod op het eten van (te) vet voedsel (Mc Donald verbieden) weggooien van voedsel, elke dag douchen enz.? Allemaal zaken waarvan op de een of andere manier te bewijzen valt  dat ze de samenleving op medische of andere onkosten jagen.

Het gemak waarmee sommigen voorstellen om inentingen te verplichten, vind ik angstaanjagend. Alsof ingrijpen in je privé leven door de overheid normaal is. Je zou het haast gaan denken. Blijkbaar geloven die mensen vanuit aan zekerheid grenzende veronderstellingen in een soort heilstaat op wetenschappelijke basis. Hoe gevaarlijk dat kan zijn, hebben het communisme en fascisme in de afgelopen eeuw wel bewezen.


woensdag 17 juli 2013

EENVOUD SIERT DE KAN

Petrus, "Eenvoud siert de Kan, collage van waterverf potlood, acryl en krant op papier (55 x 75 cm)

dinsdag 16 juli 2013

maandag 15 juli 2013

WAARDIG DOOD GAAN

Zo lang mijn geest leeft, zal de dode daarin als mens voortleven. 

Veel ervaring heb ik niet met de dood. Mijn moeder wist dat ze na haar hartaanval dood zou gaan. Tijdens een van mijn nachtelijke wakes in het ziekenhuis zei ze dat ze niet meer aan al die apparaten wilde liggen. Op haar verzoek kwam ze in een gewone ziekenkamer te liggen met een apparaatje gekoppeld aan de hartbewaking. Ze was tevreden dat ze zo als een normaal mens haar kinderen en kleinkinderen kon ontvangen. Een dag later kregen we bericht dat ze dood was. Ze koos voor deze 'waardige dood' omdat ze de dood had aanvaard. In de nachtelijke uren aan haar bed had ze me gewaarschuwd. Ze was moe van het leven. Ze wilde eindelijk rust.

Mijn schoonvader is thuis in bed strijdend ten onder gegaan aan longkanker. Een indrukwekkende strijd die hij gedoemd was te verliezen. Zo gebeurde ook. Van het ene moment op het andere zag ik een persoon met een naam, een karakter, een geschiedenis tot een ding worden. De dood is onthutsend. De dood van mijn schoonmoeder was al even onthutsend hoewel we al dagen wisten dat ze zou sterven. Ze had een tumor in haar hoofd waar niks meer aan gedaan kon worden. De huisarts gaf haar wat tegen de pijnen. Uiteindelijk gleed ze na een ziekbed van een week de dood in. Ook hier weer die pijnlijke vaststelling dat wat op het ene moment nog een mens was, het andere moment een dood ding was geworden.

De dood is monumentaal, onbegrijpelijk, intens, ingrijpend en onoverwinnelijk. Dat maakt het zo moeilijk. We kunnen het niet winnen van de dood. Iedereen weet dat hij of zij ooit in alle eenzaamheid zal moeten buigen voor die inmens grote en onbevattelijke dood. Want we kunnen het niet bevatten, hoe we ons best ook doen. Je kunt hem bagatelliseren, er onverschillig over doen, aankleden met rituelen, negeren, romantiseren, tot een eervol afscheid verheffen maar de dood blijft hoe dan ook onvoorstelbaar en een groot raadsel.

Een mens is waardig om zichzelfs wille maar de Dood? De Dood stript ons lichaam, dat wat we tijdens ons hele leven tastbaar zijn geweest, het enige echte bewijs van ons bestaan, tot een waardeloos ding. Dat is onbegrijplijk, akelig en eigenlijk onwaardig. Dat is en blijft onbevredigend. De Dood is de nederlaag van het leven, van mijn lichaam, van de lichamen van alle mensen.

Het tragische is dat we ons lichaam ook geen andere waarde meer toekennen dan die van onszelf. Ooit geloofden we dat ons lichaam een afspiegeling van God was. We dachten dat God ons geschapen had naar zijn evenbeeld en gelijkenis. Dat denken we nu niet meer. Nu denken we dat we een toevallige verschijning zijn in het heelal, een product van de geschiedenis met niet meer of minder waarde dan alles wat deel uitmaakt van het heelal. We zijn een toevallig ding en hoe waardig zijn de dingen? We zijn ook nog maar eens een héél klein ding in een inmens, al even onbevattelijk heelal. We meten de omvang van het heelal met getallen maar die overstijgen ons leven, de geschiedenis van alle mensen, de geschiedenis van onze planeet en alle planeten om ons heen. Ze vallen buiten ons begripsvermogen.

Als God niet meer de bron is van onze waardigheid wat dan wel? Alleen wijzelf kunnen nog de bron zijn van onze waardigheid. Maar hoe doen we dat? Hoe pakken we dat aan? Mensenrechten, dierenrechten, respect voor milieu en natuur? Krijgen we daarmee onze waardigheid terug en die van het heelal? En hoe zit dat met het leven en de dood? Aan de ene kant doen we alles om een mens in leven te houden, zijn leven te verbeteren of zelfs leven te scheppen, aan de andere kant maakt onze kennis de vernietiging van een mens, van vele mensen, zelfs van de hele aarde mogelijk. Naast een cultuur van het leven, hebben we een cultuur van de dood ontwikkeld.

Ook op persoonlijk vlak doen we dat. We eisen het recht op een waardig leven indien gewenst met hulp van de wetenschap. Maar we eisen ook het recht op de dood op, indien gewenst eveneens met hulp van de wetenschap. We willen waardig leven en daarom spannen we ons in om het leven zo aangenaam en compleet mogelijk te maken, wat dat ook moge zijn. Tegelijk willen we waardig sterven en als het even kan onze dood zelf kunnen kiezen. We willen God zelf zijn maar we zijn het niet. Daarvoor zijn we nu net te onvolmaakt, zowel geestelijk als lichamelijk. Een dilemma waar we nooit uit zullen geraken.  

zondag 14 juli 2013

THE ENGLISH CAN THE POT OP!

"The English can the pot op" ( een tekening van Petrus)


Okay, de Engelsen hebben ons veel gegeven: Shakespeare, Dickens, Hendrik VIII, Anna Boleyn, de bolhoed, Beatles, Rolling Stones, James Bond, Agatha Christie, Sherlock Holmes en Watson, Poirot en Mrs. Marple, Lady Di, Margareth Thatcher, Queen Elisabeth, Tom Jones, Jane Austen, Pride and Prejudice, Monty Python, Mr. Bean, Black Adder, BBC, The Economist, Prins Charles, Tate Gallery, Francis Bacon, John Constable, Turner, Damien Hirst, Banksy enz. enz. Daar ben ik ze dankbaar voor.

Maar dat wantrouwen van hen tegen Europa ben ik meer dan zat. Alsof zij superieur zijn aan ons op het vasteland. Natuurlijk is Europa een zootje maar wel een lekker zootje. Nergens in de wereld kun je je zo veilig voelen als in Europa. Nergens in de wereld vind je zoveel zin en onzin bij elkaar, muziek in alle soorten en maten, schilderkunst, musuea, leefbare steden als Berlijn en Parijs, Amsterdam en Madrid, Rome en Lissabon, zoveel geschiedenis, zoveel talen, zoveel keukens, zoveel welvaart, socaile bekommernis, vrijheid van meningsuiting, kranten en tijdschriften in evenveel talen, de mooiste en beste auto's en zo kan ik nog wel uren doorgaan.

Als de Engelsen daar niet bij willen horen. Mij best. Als ze ons niet vertrouwen dan hoeven ze ook geen smoezen meer te zoeken om van Europa af te raken. Ze zoeken het dan maar uit op dat eilandje van ze. Dat ze nog maar lang en gelukkig leven met hun Conservative Party, de Queen en de Pond. De Engelsen kunnen de pot op.