De resultaten van het onderzoek van Ipsos van 17 september naar wederzijdse “uitsluiting” laat zien dat onder GL-PvdA kiezers de meeste aanhangers zijn voor uitsluiting. Maar liefst 80% van de GL-PvdA aanhang vindt dat de PVV op voorhand moet worden uitgesloten van een coalitie. De groot deel van de aanhang van de PVV komt uit laag geschoolde groepen, groepen waar de PvdA vroeger juist veel aanhang had.
D66 kiezers zijn iets minder van het uitsluiten vooraf maar toch nog bijna 60%, wat nog veel is voor een partij die democratie, redelijkheid en openheid hoog in het vaandel heeft staan of misschien juist daarom?
Bij het CDA zien we een krappe meerderheid voor uitsluiting vooraf van de PVV. Me dunkt dat voor een christelijke partij uitsluiten of niet een dilemma is.
Bij de VVD zijn de minste aanhangers voor uitsluiting van de PVV, amper 30%. Dat is in evenwicht met het aantal VVD kiezers dat vindt dat GL-PvdA moet worden uitgesloten. De VVD is in dit opzicht de meest open partij wat beter aansluit bij hun liberale beginselen.
Uitsluitingsbeleid vooraf wakkert de politieke polarisatie aan. Kiezers voelen zich dan bij voorbaat niet gehoord en dat is altijd een slechte zaak. Of dat bijdraagt tot het politieke geweld dat we onlangs in Den Haag zagen, weet ik niet maar uitsluiten vooraf is in ieder geval nooit goed.
Hoe zit het met de uitsluitingsmentaliteit ter rechterzijde? Daar waar maar liefst 80% van de GL-PvdA kiezers vindt dat de PVV moet worden uitgesloten, vindt onder de PVV kiezers dat slechts 50%. Nu ook niet direct een voorbeeld van democratische verdraagzaamheid maar wonderlijk genoeg statistisch groter dan bij GL-PvdA.
Voor de rechts partij JA 21 geldt hetzelfde. Ook daar is de uitsluitingsmentaliteit lager dan bij GL-PvdA en ongeveer even groot als bij CDA en D66.
Het vooraf uitsluiten van een partij voor coalitie- en regeringsvorming staat haaks op democratische waarden als verdraagzaamheid, openheid en respect. Het leidt tot politieke polarisatie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten